Direct naar artikelinhoud
Politiek1 mei

De Dag van de Arbeid: een wedstrijdje om ter sociaalst

De Oostendse socialisten met John Crombez en Johan Vande Lanotte vanmiddag.Beeld LBB

De Dag van de Arbeid zo vlak voor de verkiezingen: handig om nog eens ongegeneerd links campagne te voeren, dacht sp.a. Maar dat was buiten de concurrentie gerekend.

“Een deftig loon, een goed pensioen en de beste zorg. Het is wél haalbaar. Het is wél betaalbaar.” Zoals de traditie het voorschrijft mocht sp.a-voorzitter John Crombez dinsdagavond in de Gentse Vooruit de debatten openen. De socialist koos voor een frontale aanval op het centrumrechtse regeringsbeleid.

“Na vijf jaar rechts vindt meer dan de helft van de Vlamingen dat zijn koopkracht gedaald is, kan meer dan de helft van de Vlamingen niet of moeilijk sparen en zijn er 250.000 mensen die werken – mensen met een job dus – die niet meer rondkomen”, zei Crombez. “En dat kan ook moeilijk anders als je de lijst met ontspoorde facturen ziet. Geen facturen voor zotte dingen. Maar gewoon om wat deftig te leven.”

Crombez belooft zijn achterban in de Vooruit een maximumfactuur voor het middelbaar onderwijs, een minimumloon van 1.600 euro, een minimumpensioen van 1.500 euro en een verlaging van de btw op ‘den elektriek‘ van 21 naar 6 procent om de koopkracht te beschermen.

Notre Dame

Vanochtend roerde PVDA-voorzitter Peter Mertens in Antwerpen dezelfde trom. 

“1 mei is de dag waarop wij gestart zijn met het bouwen van onze eigen kathedraal”, sprak Mertens. “De kathedraal van de sociale zekerheid. En die is er niet zo maar gekomen. Ze is opgebouwd, steen per steen. De sociale zekerheid. Met een ziekteverzekering voor iedereen. Met betaald verlof. Een eerlijk pensioen. Die rechten hebben wij samen afgedwongen.” Ook Mertens viseerde de huidige regeringspartijen, maar hij vergat ook de socialisten niet. “Wij zijn niet vergeten hoe de regering-Di Rupo in 2012 het mes heeft gezet in het vervroegd pensioen en de gelijkgestelde periodes.”

Groteske leugens

De Dag van de Arbeid draaide zo uit op een wedstrijdje om ter sociaalst. Zeker omdat ook de rechtse partijen, de N-VA en Open Vld, op een maand voor de verkiezingen niet van plan bleken om zich te laten doen. In twee korte filmpjes op Twitter haalde woensdagochtend minister-president Bourgeois (N-VA), naar zijn doen zwaar uit.

“Vandaag hoort u helaas ook allerlei fabeltjes van groenen, socialisten en hun bevriende organisaties. Normaal heb ik niet de gewoonte om op al die sloganeske verklaringen te reageren, maar binnenkort moet u een belangrijke keuze maken. Daarom wil ik nu toch eens de puntjes op de i zetten. Omdat het groteske leugens zijn die men vertelt”, zei Bourgeois in zijn eigen 1 mei-boodschap. 

De Vlaamse ‘MP’ benadrukte dat “de koopkracht niet gedaald is”, dat “de armoede niet gestegen is” en dat ook “de ongelijkheid niet toegenomen is” in de afgelopen jaren. “De N-VA heeft de hakbijl niet gezet in de sociale zekerheid.”

De Vlaams-nationalist verwees onder meer naar de private jobgroei en de opbrengsten van de taxshift op de loonbrief van werknemers. “En laat u niet wijsmaken dat de facturen sterker gestegen zijn dan uw inkomen. Want dit klopt gewoon niet. De koopkracht van de gezinnen is met gemiddeld 5 procent gestegen.”

Open Vld-voorzitter Gwendolyn Rutten verwelkomde ontslagnemend premier Charles Michel (MR).Beeld BELGA

Rutten

Ook Open Vld-voorzitter Gwendolyn Rutten liet zich horen. Zij trok vanmiddag naar de MR-meeting in Hannuit, in het gezelschap van ontslagnemend premier Charles Michel. Ze vertelde er dat 1 mei bij uitstek een liberale feestdag is, “Hoe meer mensen aan het werk, hoe sterker onze economie, onze sociale zekerheid en onze samenleving zal zijn”, ging de liberale kopvrouw voort. “En wie verdedigt werk en jobcreatie? Dat zijn wij, de liberalen. We hebben dat altijd gedaan en zullen dat altijd blijven doen.”

Rutten wil na de verkiezingen geen tijd verliezen maar verder onze economie hervormen en versterken. Rutten: “Daar is een liberale premier voor nodig.” Het liberale feest werd wel even verstoord toen twee gele hesjes zich een weg wisten te banen naar het podium om er een spandoek te tonen.

Koopkracht omhoog of omlaag?

De politieke discussie over de koopkracht domineerde de Dag van de Arbeid. Stijgt onze koopkracht, zoals de regeringspartijen vertellen? Of daalt ze, zoals de oppositie beweert? Een recent onderzoek van econoom Philippe Defeyt toont een genuanceerd beeld. Het gaat niet zo slecht als we soms denken. In de afgelopen jaren (tussen 1998 en 2018) is onze koopkracht gestegen met gemiddeld 16 procent. Maar: de lage lonen genieten hier veel minder van. Zij besteden tot 80 procent van hun centen aan huur, energie en voeding.