Olivier Somers (KV Mechelen) over Operatie Schone Handen: ‘Ik heb mijn twijfels, maar kan niets bewijzen’

Wordt u nu met de nek aangekeken bij uw club?

“Helemaal niet. Ik heb mijn taken weer opgepakt zoals voorheen. Twee, drie dagen per week ben ik op de club. Iedereen hier weet hoe de vork in de steel zit. Ondanks alles wat er is geschreven, voel ik me veeleer de witte ridder in het Veljkovic-verhaal.”

Omdat u geprobeerd hebt de macht van spelersmakelaar Dejan Veljkovic in te perken.

“Geprobéérd? In zes maanden tijd hebben wij al zijn spelers buitengewerkt. In onverdachte tijden bovendien. Daar wordt nu van gemaakt: ‘Hij heeft het geprobeerd, maar het is niet gelukt.’ Niet gelukt? Goed, het is niet in één keer gebeurd, maar die man had tien contracten bij ons. We moesten wel nog elf spelers aan de aftrap kunnen brengen. Maar na één maand waren er vijf weg, in de tweede mercato nog eens vijf. Dat heeft niemand in België ooit gepresteerd, iedereen werkte rustig voort met de Veljkovicen van deze wereld.”

Naarmate KV steeds meer in degradatiegevaar kwam, werd het contact tussen u en Dejan Veljkovic wel weer intenser.

“Vanwaar haalt u dat? Twee of drie telefoons, waarin geen enkele verwijzing naar Waasland-Beveren valt, maar waaruit alleen maar blijkt dat ik bezorgd was dat anderen het niet correct zouden spelen.”

Het ging toch over scheidsrechters.

“Veljkovic heeft me drie keer gebeld over scheidsrechters in een periode van acht maanden. De eerste keer heb ik hem geantwoord dat ik er niets van wilde weten. De tweede keer zei ik: ‘Als hij maar niet tégen ons fluit.’ In die periode voelden wij ons geregeld in de zak gezet door scheidsrechters met een Waalse connectie. Op den duur zie je overal spoken, dan ben je blij als er eens iemand niet tégen je fluit. De derde keer zei hij alleen: ‘Goede vriend zal zeker goed fluiten.’ Dan doelde hij blijkbaar op Delferière en Vertenten, zijn zogezegde kameraden. Wij lachten daar wat mee, want was is dat: goed fluiten? Te zijner verdediging moet ik eraan toevoegen dat hij nooit geïnsinueerd heeft dat hij iets zou regelen of dat wij iets zouden moeten betalen. Verder dan ‘goed fluiten’ ging het nooit. We haalden trouwens 1 op 15 in de matchen die Vertenten floot.”

Vindt u het niet raar dat een makelaar zoiets zegt over een scheidsrechter?

“Tuurlijk! Maar wat moet ik doen? De eerste keer dat ik samen met Stefaan Vanroy met hem aan de onderhandelingstafel zat, bood hij Stefaan een horloge aan. Dat hebben we uiteraard geweigerd. In de verslagen van de telefoontaps kun je lezen dat hem wordt afgeraden dat ooit nog te doen: ‘Anders vliegen we allemaal buiten, die mannen zijn niet om te kopen.’”

Eén van de rode draden in het dossier is dat de protagonisten geregeld van telefoon wisselden of via WhatsApp of Facetime – waar geen tap op stond – belden. U soms ook. Had u iets te verbergen?

“(lacht) Ik ben nooit van nummer of gsm veranderd en belde meestal met de gewone lijn. Maar ik woon in een nieuw huis met heel veel beton: ik heb amper ontvangst. Bij de minste beweging valt het gesprek weg. Daarom bel ik er soms via wifi. Pas enkele maanden geleden heb ik een versterker laten plaatsen die mobiel bellen bij mij thuis mogelijk maakt.

“Ik geef grif toe: er is in dit verhaal veel getelefoneerd. Maar het ging erover dat het correct zou verlopen in Moeskroen. Iedereen in de voetbalwereld had het over de connectie tussen het Moeskroen van de Zahavi’s en de Qatarezen van Eupen: ‘Dat is één pot nat.’ Dat intrigeerde mij. Niet wat er al dan niet bij Waasland-Beveren gebeurde.”

‘Somers wilde niet meewerken’, zei Veljkovic na de degradatie. Dan wéét je wel ergens van.

“Ik heb Thierry Steemans (financieel directeur van KV Mechelen en vriend van Veljkovic, red.) onlangs op de man af gevraagd wat hij wist over Veljkovic’ demarches. ‘Ik wist totaal niet dat hij in Beveren geld ging aanbieden’, was zijn antwoord. Hij heeft me ook bevestigd dat hij mij daar nooit over heeft gebeld, ondanks alles wat daarover wordt beweerd. Volgens mij omdat er gewoon niets te zeggen viel. Bovendien was het contact tussen mij en Steemans al bekoeld.

“Ik heb me altijd ongemakkelijk gevoeld bij Veljkovic. Ik moest hem niet. Toen hij me kort na de overname vroeg om kennis te maken en samen iets te gaan eten, wilde ik dat eigenlijk niet. Maar omdat het op dat moment niet anders kon, zei ik ja. Ik heb iemand meegenomen van het bestuur, want alléén ga ik met zo’n gast niet aan tafel zitten. Daarna heb ik hem altijd afgescheept. Ik heb vijftig gemiste oproepen van hem, ik heb in die periode maar drie keer opgenomen.

“Dat er ook een gesprek is waarin zijn compagnon in Kroatië vraagt of ‘ze toch weten wie hun redder is’, en dat hij antwoordt ‘Jaja, Somers weet het’, kan ik toch niet helpen? Ik wist het níét, zoals ook uiteengezet is tijdens de verdediging voor de geschillencommissie. Het is de beproefde tactiek van Veljkovic. Die ene keer dat ik met hem ben gaan eten, liet hij ook de hele tijd foto’s zien: ‘Kijk, die ken ik. En die.’ Maar is dat ook zo? Jullie journalisten weten toch ook wat voor babbelaar Veljkovic is? Maar voor het bondsparket volstond het om te zeggen dat die Somers van alles op de hoogte was. En dan hangt Dirk Huyck (voorzitter van Waasland-Beveren, red.) nog een verhaaltje op dat ik hem na de wedstrijd een slag in de nek heb verkocht. Pas in zijn laatste verklaring kwam hij daar plots mee af.”

U hebt hem niet geslagen?

“In de verste verte niet! In die skybox zaten zestien mensen. Daarvan heb ik er onlangs enkelen opgebeld, want op den duur ga je geloven dat je gek bent. Iedereen spreekt dat verhaal tegen. Dat hij zich door stewards naar buiten heeft moeten laten begeleiden: waar háált hij dat? Het enige wat ik heb gezegd, is dat die van Moeskroen het blijkbaar hadden geregeld. Ik ben op dat moment ook een gefrustreerde supporter die ziet wat hij ziet.”

U hebt beroep aangetekend bij het Belgisch Arbitragehof voor de Sport. Wat als het wordt afgewezen?

“Dan zal ik eens goed moeten nadenken. Ik zou het zó onterecht vinden, iedereen in de club weet dat ook. Toen we KV Mechelen pas hadden overgenomen, heb ik op een vergadering letterlijk gezegd: ‘Ik hoef het niet te weten, maar ofwel zijn jullie vijf jaar lang lui, lomp of laks geweest, ofwel heeft iedereen hier veel geld verdiend.’ Dat waren historische woorden: de hele club wist meteen welk vlees ze met mij in de kuip had. Het enige wat ik misschien kan betreuren, is dat we een jaar te laat gekomen zijn. KV Mechelen was op alle vlakken te diep weggezakt.”

Betreurt u dat u in het voetbal bent gestapt?

“(zucht diep en lacht) Soms wel, ja. Iedereen weet dat wij niet megaveel voor de club hebben betaald (Somers en medevennoot Dieter Penninckx betaalden 4 miljoen euro voor 71 procent van de aandelen, red.). We zijn kampioen geworden en hebben de Beker van België gewonnen met een ploeg die we niet alleen met makelaars, maar vooral op basis van objectieve data hadden samengesteld. We doen het clean, objectief en met nul euro zwart geld. En dan krijgen we dit…”

Er hangt u nog een strafrechtelijke zaak boven het hoofd ook. Die draait rond het witwassen van geld.

“Ik heb alle vertrouwen in een goede afloop. Na de overname is er maar één contract getekend waarbij ik vragen had over het commissieloon. ‘Moet dat wel zo?’, heb ik nog gevraagd – daar bestaan mails en telefoontaps van. Maar men verzekerde mij dat het de normale gang van zaken was. Bon, dan leg ik me daarbij neer, ik was tenslotte nieuw in het voetbal. Als nu blijkt dat er van dat geld een deel vanuit Servië is teruggestuurd en verdeeld onder spelers, verrast mij dat compleet. Ik wist daar niets van. In een tweede dossier heb ik me trouwens wél verzet: ‘Dit betaal ik níét.’ We hebben de speler in kwestie ontslagen en de zaak clean opgelost. Ik twijfel er niet aan dat een pak volk uit het voetbal zijn hart vasthoudt. In de wandelgangen vang ik op dat het om zeventig mensen zou gaan die op één of andere manier geld zouden hebben aangenomen – managers, spelers, trainers. Daar ben ik alvast niet bij.”

Vertrouwt ú iedereen in uw club nog wel?

“Het meest schrikbarende is dat mogelijk ook bedienden hebben meegewerkt aan praktijken die ik verafschuw. Waren er combines? Zijn er bij wie geld is blijven plakken? Ik heb mijn twijfels, maar kan niets bewijzen. Ik heb op dat punt alle vertrouwen in het onderzoek. Als je me zou vragen of ik rancuneus ben, antwoord ik volmondig: nee. Het is een verleden waar ik niets mee te maken wil hebben.”

Ex-voorzitter Johan Timmermans werd ook zwaar gestraft door de voetbalbond, maar is niet in beschuldiging gesteld in de strafzaak. U wel.

“We zullen zien wat de witwasaffaire baart. Ik denk er soms het mijne van, maar ik heb geen bewijzen. Ik hoop oprecht voor hen dat ze er niet zijn. Voor mezelf vrees ik niets, mijn geweten is zuiver.”

© Humo