Direct naar artikelinhoud
Mobiliteit

Antwerpen wint strijd om centen bij opdeling openbaar vervoer

Afgedankte bushaltes van De Lijn in Ursel, Oost-Vlaanderen.Beeld Wouter Van Vooren

Voor het eerst kennen de vijftien vervoerregio’s, waarin het Vlaamse openbaar vervoer wordt opgesplitst, hun budget. Antwerpen heeft daarbij de strijd om de centen gewonnen. Althans: wat daar nog van rest.

De vervoerregio Antwerpen krijgt 167,2 miljoen euro, tegenover 89,5 miljoen euro voor Gent en 75,6 miljoen euro voor Leuven. Dat heeft de Vlaamse vervoersmaatschappij De Lijn op een persconferentie bekendgemaakt.

De opdeling kadert in de grote omwenteling van het openbaar vervoer. Tegen eind 2020 evolueren we naar een vervoer in laagjes: een kernnet, een aanvullend net en vervoer op maat. De eerste twee blijven in handen van De Lijn en de NMBS. De laatste, met de minst drukke lijnen, wordt afgestoten naar de lokale besturen. Zij werden onderverdeeld in vijftien vervoerregio’s en moeten binnenkort hun mobiliteitsplannen uittekenen. De geciteerde budgetten slaan op het totaalbedrag voor alle lagen.

Het plan staat al een tijdje onder druk, want heel wat lokale besturen vrezen dat ze te weinig centen hebben om het bestaande aanbod van bussen en trams in stand te houden. De voorbije maanden probeerden ze de kosten op elkaar af te schuiven, wat de samenwerking bemoeilijkte. Maar hun vrees is onterecht, zegt Roger Kesteloot, directeur-generaal van De Lijn. “Ze krijgen dezelfde middelen die De Lijn in het huidige systeem zou besteden op hun grondgebied.”

Objectieve factoren

Om te vermijden dat regio’s zich misdeeld voelen, werkten consultants van PricewaterhouseCoopers (PwC)een verdeelsleutel uit. “Dat gebeurde op basis van objectieve factoren, zoals het aantal kilometers dat wordt afgelegd”, klinkt het. In totaal wordt een potje van 725 miljoen euro verdeeld, waarvan 500 miljoen euro voor het kernnet, bijna 200 miljoen euro voor het aanvullende net en bijna 28 miljoen euro voor het vervoer op maat.

De regionale verschillen zijn wel groot. Zo moet de vervoerregio Roeselare het met 13,8 miljoen euro stellen, ruim twaalf keer minder dan Antwerpen. “We blijven op onze honger zitten”, reageert burgemeester Kris Declercq (CD&V) van Roeselare. “In plaats van een oplossing te bieden, bevestigen deze budgetten de bestaande toestand van onderinvestering.”

Meer betalen?

De vaststelling blijft dat de voorbije jaren zwaar is bespaard op het exploitatiebudget van De Lijn. Daar verandert niets aan in het nieuwe systeem. Steden kunnen dus onderling wel vechten om hun deel van de koek, maar die koek blijft even klein. 

“Na alle besparingen schiet er niet veel over”, zegt sp.a-mobiliteitsspecialist Joris Vandenbroucke. “Het is onmogelijk voor de lokale besturen om hetzelfde aanbod te behouden. Tenzij de reiziger in landelijke gebieden meer zal moeten betalen.”

Volgens De Lijn is de nieuwe structuur alvast efficiënter dan de huidige. “We hopen dat de lokale overheden werk maken van een betere doorstroming voor bus en tram”, zegt Kesteloot. “In combinatie met de nieuwe structuur en een betere stiptheid kan dat voor 7,5 procent meer reizigers zorgen.”