camera closecorrect down eyefacebook Het Nieuwsblad nextprevquote share twitter video

Een klootzak om van te houden

Een godverdomse klootzak 1: Isabel

Olivier Pont en Régis Loisel

Blloan, 88 blz.

Vier sterren

Deze keer geen fantasiewereld, zoals in “Peter Pan” of “Op zoek naar de Tijdvogel”. Deze keer ook geen oer-Frans dorp, zoals in “Magasin Général”. Neen, in zijn nieuwe reeks “Een godverdomse klootzak” neemt de Franse stripgrootmeester Régis Loisel - dik in de 70 ondertussen - de lezers mee naar het hart van het Amazonewoud in Brazilië. Een plek waar achter elke boom een ongekend gevaar schuilt, maar vooral ook een plek waar ruige mijnbouwers jonge indianenmeisjes tot prostitutie dwingen. Zoals eerder met scenarist Serge Le Tendre of met tekenaar Jean-Louis Tripp doet Loisel dat ook deze keer niet alleen, maar in een soort symbiose met een ander stripbeest, Olivier Pont, tekenaar van het prachtige “Ontboezemingen”. Samen zorgen ze ervoor dat je als lezer met een compleet verkeerd been het verhaal in stapt. Aanvankelijk lijkt het een vrolijk reisepos over een jongeman die in Brazilië zijn vader komt zoeken, gewapend met twee foto’s van twee mogelijke kandidaten. Hij wordt bijzonder gastvrij ontvangen door enkele jonge verpleegsters vol wereldverbeteringsdrang en hun vrijgevochten vriendin. Een vrolijke ontmoeting, neergezet in de schalkse, karikaturale tekenstijl van Pont. Maar na het genot van de vrije liefde krijgt het verhaal al snel een heel donkere kant, als de zoekende jongeman op weg naar een mijnwerkerskamp een bende brutale ontvoerders tegen het lijf loopt en op de vlucht moet. Gelukkig voor hem krijgt hij in de jungle wat lokale hulp van een jonge Indiaanse, die wél weet hoe je in zo’n omgeving moet overleven.

Loisel en Pont maken af en toe plaats voor een glimlach. Met hier een daar ook een knipoog, naar onder meer de knullige helden uit “Op zoek naar de Tijdvogel”. Maar met dit nieuwe “Een godverdomse klootzak” lanceren ze boven alles een fascinerende en spannende nieuwe avonturenreeks. Met enkele veelbelovende personages. En met aan het einde van het eerste album ook nog een tikkeltje magie. Niet nodig misschien, maar wel dat tikkeltje extra kruiding dat nieuwsgierig maakt naar het vervolg.