Hollywood-carrière Adil & Bilall vertrekt met gierende banden na klinkend box-officesucces ‘Bad Boys for Life’

Laattijdige vervolgen op oude Hollywood-franchises worden doorgaans niet met open armen ontvangen door de internationale pers. Laat staan als het – zoals in het geval van Bad Boys – gaat over een franchise die nooit erg geliefd was bij critici. Toch oogstte Bad Boys for Life afgelopen weekend overwegend positieve reacties. Variety, zowat het belangrijkste filmvakblad ter wereld, beschrijft de film als “high-powered trash with a (slight) human touch”. Het eveneens hoog aangeschreven The Hollywood Reporter looft het Amerikaanse debuut van Adil El Arbi en Bilall Fallah als “onbetwistbaar de beste van de drie Bad Boys-films”. De Britse krant The Times noemt Bad Boys for Life zelfs onomwonden “een triomf”.

Is al die lof terecht? Als u het ons vraagt: deels. Bad Boys for Life staat garant voor pretentieloze fun, en dat is al heel wat voor een zogenaamde threequel, een derde luik in een filmreeks die maar liefst 25 jaar geleden gelanceerd werd door regisseur Michael Bay (die ons later nog veel hoofdpijn zou bezorgen met de Transformers-films), en in 2003 een overbodig vervolg kreeg.

Flitsend en overzichtelijk

El Arbi en Fallah zorgen alvast qua regiestijl voor een verbetering ten opzichte van de originele films. Zoals te verwachten viel, smijten ze met spectaculaire stunts: ontploffende trucks, neerstortende helikopters en achteruit racende sportwagens... Met een productiebudget van om en bij de 100 miljoen dollar (90 miljoen euro) konden de regisseurs zich volledig laten gaan. Maar terwijl Bays chaotische turbostijl de kijker duizelig en verward achterliet, geven El Arbi en Fallah je brein net genoeg tijd om ieder shot te verwerken. Flitsend én overzichtelijk, zo hebben we onze actiefilms graag.

Het Belgische duo slaagt er bovendien in om Bad Boys for Life niet als een verplicht nummertje te doen aanvoelen. Hun gretigheid om een echte Hollywood-film te maken, en hun liefde voor de personages – de onorthodoxe politieagenten Mike Lowrey (Will Smith) en Marcus Burnett (Martin Lawrence) – zijn in elk shot voelbaar. De komische knipogen voor Belgische kijkers vormen een fijne extra. Zo herrijst een legendarische Antwerpse discotheek in Miami, en lopen daar twee figuren rond die verdacht goed lijken op Adil en Bilall. Maar de grootste troef van deze film blijft de tandem Smith-Lawrence. Hun wederzijdse plaagstoten werken meer dan ooit op de lachspieren. Een hele film met alleen maar Smith en Lawrence die bekvechten in een auto? Wij zouden er naar kijken.

Maar Bad Boys for Life heeft natuurlijk ook een plot. En zoals wel vaker het geval is bij Hollywood-blockbusters loopt die niet helemaal gesmeerd. We ontmoeten Lowrey en Burnett in de herfst van hun carrière. Terwijl Burnett aan zijn pensioen denkt, wil Lowrey afrekenen met een gevaarlijke Mexicaanse bende die het op hem gemunt heeft. Het scenario (waaraan El Arbi en Fallah niet meeschreven) heeft een paar grote verrassingen in petto, maar die worden steeds vergezochter en lijken soms recht uit een Mexicaanse telenovela geplukt. Ook de poging tot emotionele verdieping loopt wat ons betreft spaak. Martin Lawrence mag dan de halve film lang staan snotteren, wij hebben geen traan gelaten.

Test doorstaan

Dat zal de makers van de film wellicht worst wezen, want Bad Boys for Life kroonde zich de afgelopen dagen tot de onbetwiste koning van de box office. De wereldwijde opbrengst van 107 miljoen dollar (96 miljoen euro) is nog spectaculairder dan de halsbrekende toeren die in de film te zien zijn. In minder dan een week tijd is het enorme productiebudget zo al terugverdiend.

Dat is uitstekend nieuws voor El Arbi en Fallah. Want hoe goed zij zich ook van hun taak zouden kwijten als regisseurs, uiteindelijk hing hun toekomst in Hollywood vooral af van de cijfers. Nu ze die test met glans doorstaan hebben, komen de namen ‘Adil & Bilall’ – want zo presenteren El Arbi en Fallah zichzelf op de begingeneriek nadrukkelijk: als een onafscheidelijk en vlot bekkend merk – wellicht heel hoog te staan op de wenslijstjes van studiobonzen die oude franchises van onder het stof willen halen.

Dat zal de komende jaren nog vaak genoeg gebeuren: Hollywood is in het afgelopen decennium steeds meer gaan teruggrijpen naar personages en fantasiewerelden waarmee kijkers al vertrouwd waren. (Zie ook: de succesvolle reboots van Star Wars en Jurassic Park.) Dan komt het erop aan om een evenwicht te vinden tussen nostalgie en vernieuwing, en dat kunnen Adil en Bilall moeiteloos.

Vlaanderen of Hollywood?

Wat er nu met hen gaat gebeuren, zal dus vooral afhangen van hun eigen wensen. Het duo heeft plannen genoeg in eigen land: voor Vier werken ze aan de tv-serie Grond, een vervolg op Patser hangt al langer in de lucht, en met Kawasaki bereiden ze ook weer een wat ernstigere film voor. Tegelijk wordt er in Hollywood nu al geschreven aan een vierde Bad Boys-film, en El Arbi en Fallah steken niet onder stoelen of banken dat ze die graag zelf zouden regisseren.

En dan is er nog hun andere droomproject Beverly Hills Cop 4, met Eddie Murphy. Dat wordt inmiddels bij Netflix ontwikkeld door Jerry Bruckheimer, de beroemde producent die Adil & Bilall onder zijn vleugels nam. Na de uitstekende resultaten die het duo met Bad Boys for Life heeft geboekt, zal zijn vertrouwen in hen alleen maar gegroeid zijn.

‘Bad Boys For Life’ speelt nu in de bioscoop.