De hulpdiensten werden maandagnacht verwittigd omdat er voor de kust van De Panne een bootje gekapseisd was. Aan boord zouden veertien transmigranten gezeten hebben. Zij probeerden de oversteek naar Groot-Brittannië op die manier te maken. Na een zoekactie kon de politie zes personen aantreffen. Het ging om een Afghaan en vijf Iraniërs. Volgens hun verklaringen zaten er meer mensen in het bootje, maar geraakten die allemaal terug op het strand. Onder hen waren ook twee jonge meisjes. De hulpdiensten staakten kort na de middag de zoektocht naar de anderen. Zij trokken wellicht terug naar de kampen in Noord-Frankrijk, waar ze vandaan kwamen.

Diezelfde nacht hield de politie tijdens de zoekactie ook een verdachte wagen met Franse nummerplaat in de buurt van De Panne aan. In de auto zaten twee Afghaanse twintigers. Ze wonen in de buurt van Parijs en verklaarden dat ze op vakantie waren in De Panne. Maar daar hecht de politie weinig geloof aan. volgens hen bracht het duo de transmigranten naar De Panne en hielpen ze hen met de boot in kwestie. In de gsm van één van hen werd een foto aangetroffen van een monument in De Panne. Volgens de speurders gaat het om de plaats waar de vluchtelingen afgezet moeste worden.

Het duo ontkent nochtans staalhard dat ze ook maar iets met de feiten te maken hebben. “Wij waren toevallig in De Panne. We weten niets over die mensen of de feiten zelf.” De onderzoeksrechter besliste om hen aan te houden. De twee verschenen vrijdagmorgen voor het eerst voor de raadkamer in Brugge. Die besliste om hen nog een maand langer in de cel te houden. “Het onderzoek zit pas in een beginfase. En mijn cliënt heeft geen vaste verblijfplaats in het land. We hadden deze beslissing dus wel verwacht”, zegt Kris Vincke, de advocaat van één van de verdachten. “Ze blijven ontkennen, dus we zullen het verdere onderzoek afwachten. Het gaat echter om twee jonge gasten. Dus als ze al iets met die mensensmokkel te maken hebben, dan zullen ze zeker niet hoog op de ladder van de organisatie gestaan hebben.”