Direct naar artikelinhoud
Reportage

Carnavalisten verkleed als Joodse mieren zetten kwaad bloed: ‘We willen ons alleen maar amuseren’

Carnavalisten verkleed als Joodse mieren zetten kwaad bloed: ‘We willen ons alleen maar amuseren’
Beeld Bas Bogaerts

Ze waren nog niet eens halfweg hun traject of ze stonden al afgebeeld op de website van The Jerusalem Post. ‘Wij doen totaal niet aan politiek’, zegt een van de als Joodse mier verklede jongens van de Kalisjekloesjers. ‘We zijn hier alleen maar om ons te amuseren.’

Als de groep halfweg de stoet even pauzeert aan de stamkroeg, wordt een van de jongens aangesproken door zijn moeder. “Er is ook al een haatcampagne gestart op Twitter”, zegt ze, eerder verwonderd dan bezorgd. “En daarnet was er een man die allemaal vragen stelde”, reageert haar zoon. “Hij zei dat hij van de Staatsveiligheid was.”

De kleine praalwagen van de Kalisjekloesjers beeldt een klaagmuur uit. Er staat De Klaugmier op en de jongens – ze zijn met zijn tienen – hebben zich verkleed als mieren. Ze dragen allemaal een gigantische sjtreimel, een typische joods-orthodoxe hoed en pijpenkrullen, sommigen ook een baard.

Uit de box schallen Jiddische deuntjes.

‘Elk jaar scheve thema’s’

“Ik voel het nu al”, zegt een van de Kalisjekloesjers. “Ze zijn ons uit de context aan het trekken.”

Hij wil daarom liever niet ingaan op de vraag waar je zo’n hoed kan kopen en wie op het idee van insecten is gekomen. Hij en de andere Kalisjekloesjers vinden dat het uitleggen van een grap neerkomt op toegeven dat het misschien toch niet zo’n goeie is. En het Aalsterse publiek sterkt hen enkel in de overtuiging dat dat van die muur en die mieren een geweldige vondst is. En dat zij er ook niet kunnen aan doen dat men in Jeruzalem en de rest van de wereld geen Oilsjters verstaat.

Kalisjekloesjer: “Ik ga al zestien jaar naar het carnaval, van toen ik klein was. Wij doen totaal niet aan politiek. Daar zijn wij niet mee bezig. We zijn hier alleen maar om ons te amuseren. Onze groep doet elk jaar mee, we spreken enkele weken vooraf af op café. Wat gaan we dit jaar doen? En ja, waarover ging het de afgelopen maanden? We gaan elk jaar voor scheve thema’s (zuchtend). Wat voor zin heeft het ook om het proberen uit te leggen? De mensen verstaan het toch niet.”

‘Elk jaar scheve thema’s’
Beeld Bas Bogaerts

Een van de jongens kleeft omstanders een papiertje op hun jassen. Het zegt ‘Antisemiet?! ‘K weit van niet!’ Te vertalen als: “Antisemiet? Ik weet van niks.”

Hun praalwagen beeldt een soort balie uit waar je kan klagen over wat je ongepast vindt. Boven de bak Jupiler staan een oude schrijfmachine, een oude kassa en een papierversnipperaar. Alle klachten worden hier versnipperd. Een van de slogans verwijst naar besnijdenis bij Joodse kinderen: ‘Ge zotj oeik klaugen zè moest’n ze in aanen pizjeloe gesneiden emmen.’

Video: ‘Aalst is geen racistische stad’

Video wordt geladen...

Skiën

Er rijden 71 officiële carnavalsgroepen in de stoet, geflankeerd door 188 losse groepen zoals de Kalisjekloesjers. Volgens het door de stad Aalst uitgegeven programmaboekje worden zij “het peper en het zout van de stoet genoemd omdat ze die kruiden met snedige humor”.

Vorig jaar ging het allemaal mis met De Vismooil’n die volgens hun eigen uitleg geen inspiratie vonden en daarom een sabbatjaar inlasten – wat ze uitbeeldden met de inmiddels meermaals de planeet rond gegane beelden die zo pijnlijk hard leken op het carnaval in Mainz, in 1939.

Het leek een op zijn zachtst gezegd vreemde uitleg: dat dit in Aalst een manier was om uit te beelden dat je geen inspiratie hebt. Dat het iets ongelukkigs was dat achteraf moest zijn bedacht, en als slechtst mogelijke uitleg het alleen maar verder vergiftigde.

Maar als je de hele carnavalsstoet in Aalst ziet voorbijtrekken, valt het op dat wel meer groepen creatief aan de slag gaan met een boodschap die enkel refereert aan de eigen interne keuken. De groep Onzjier Zén Préférés heeft twee gigantische praalwagens gebouwd en tientallen danser gemobiliseerd voor het thema skiën. Een van de wagens, waar maanden werk in moet zijn gekropen, beeldt een kolossale après-skibar uit, met verticaal staande skilatten. En er wordt gezongen: “Weir skiejen der mee oit!” 

Als je de achterliggende boodschap wil begrijpen, ben je aangewezen op het programmaboekje, dat verklaart: “Ook dit jaar zijn er opnieuw een aantal groepen die er de brui aan geven. Groepskas spijzen, leden die ermee stoppen, nieuwe leden zoeken... dit alles blijkt een (te) grote uitdaging. Weir skiejen der mee oit!

Bij de groep Agebesteld is het thema geld. Alle dansers hebben bankbiljetten op hun hoofd. De groep blijkt op zoek naar een nieuwe sponsor.

‘Unestapo’

De stoet was nog niets eens twee uur onderweg toen er al drukte ontstond op sociale media en het American Jewish Committee de Europese Unie in een lang persbericht vroeg om een onderzoek in te stellen naar de “antisemitische parade” die Aalst Carnaval zou zijn geworden. De door media en publiek geselecteerde beelden wekken natuurlijk die indruk, maar de realiteit is dat zowat 99 procent van de carnavalsgroepen gaat voor lokale thema’s als de ontslagen maar doorbetaalde CD&V-schepen Ilse Uyttersprot, Kim Clijsters, Delphine Boël of het faillissement van Thomas Cook.

Het coronavirus deed dan weer opvallend veel groepen aan de slag gaan met gele verf en het drankje. Sommige (gezongen) verwijzingen naar de editie van vorig jaar en het afstand doen van de status van Unesco-werelderfgoed waren subtiel: Joed Ela Letie. Of de als Israëlische soldate verklede jonge vrouw met een spandoek dat gevechten op de Gazastrook uitbeeldt: “Carnaval in Palestina is ook nie om te lachen.” En dan waren er nog enkele carnavalisten met Gestapo-petten, lange lederen jassen en een rode armband: “Unestapo.”

‘Unestapo’
Beeld Bas Bogaerts

Carnavalsgroep Oever aan Oever heeft zich net als de Kalisjekloesjers uitgedost op een manier waarvan je zou kunnen vermoeden dat ze uit was op provocatie en ontploffende sociale media: hoeden, pijpenkrullen, baarden. Een circuswagen die “circ Unesco” moet uitbeelden, en daaronder: ‘Mé ons meigde wel lachen!’

Joachim, al dertig jaar actief bij Oever aan Oever: “We willen helemaal niemand kwetsen. Wij zijn een losse groep. Wij hebben ons tegenover niemand te verantwoorden. Daarover gaat carnaval in Aalst – je mag met alles lachen. We doen gewoon wat wij elk jaar doen – laten zien dat we met alles wel degelijk bedoelen: alles.”

Hét beeld van Aalst Carnaval 2020

Telkens als de Kalisjekloesjers rond hun muur op wielen hun dronken dansjes doen, hoor je kreten van verrukking. Aalstenaren herkennen de woordspeling meteen. Kloagmier, mier, klaagmuur. Slierten van versnipperde klachten vervangen confetti. Heel veel mensen willen een selfie, beseffend: dit is hét beeld van Aalst Carnaval 2020. “En keigoe gevonden", hoor je meerdere keren.

“Wij wéten wat de media ervan gaan maken”, zegt een van de Kalisjekloesjers. “Maar als je daar vooraf rekening mee gaat houden als je samen op café ideeën zit op te gooien, dan is het geen carnaval meer.”