Veel cultuurhuizen zijn ondanks kritiek creatief met ‘1.000 bezoekers’-advies: ‘Wij volgen het beleid’

“Als ik concertorganisatoren hoor zeggen: we zetten er een paar op het balkon en dan komen we aan 999 mensen in plaats van 1.000, dan steiger ik”, zegt viroloog Marc Van Ranst (KU Leuven). “Als men die 1.000 op die manier interpreteert, als een soort van magisch cijfer, dan heeft men de boodschap niet goed begrepen. En is de communicatie inderdaad niet duidelijk geweest.” Een visie die alvast op sociale media veel weerklank kreeg.

Maandag ‘adviseerde’ de federale overheid om alle indoorevenementen met meer dan 1.000 bezoekers af te gelasten. Een advies dat eerst door het Brussels Gewest en nadien door de Vlaamse provincies in een verbod werd gegoten.

Niet alle organisaties reageren op dezelfde manier. Studio 100 stelt alle opvoeringen van de musicals Daens en 40-45 in maart uit en alle concerten in het Sportpaleis en de Lotto Arena worden verplaatst. Andere organisaties proberen evenwel hun capaciteit terug te dringen tot onder de 1.000 toeschouwers, om hun evenement niet te moeten annuleren. Vooruit laat maar 950 bezoekers toe voor drie feesten in hun grote zaal deze maand, in plaats van 1.150. Voor de theatervoorstelling JR, in Paleis 12, herleidt het Brusselse stadstheater KVS de zaalbezetting van 1.200 naar 900 man. Ook de Capitole en de Elisabethzaal proberen het op creatieve wijze op te lossen.

“Ik stel voor dat de virologen dan het beleid bepalen”, reageert Jan Van Esbroeck van Sportpaleis Group, dat het aantal toeschouwers voor de musical Mamma Mia! beperkt tot 950, op de kritiek van Van Ranst. “Ik zie niet in wat er fout aan is om het beleid van de overheid te volgen.” Ook Vooruit en KVS geven aan de vooropgestelde maatregelen te hanteren. “Ik snap dat de maatregel om de capaciteit tot 950 te beperken als raar wordt ervaren”, zegt Mieke Dumont van Vooruit. “Maar wij schikken ons naar de maatregelen van de overheid. Als er niet wordt gevraagd om evenementen te annuleren, gaan we dat niet doen.”

Een annulering heeft immers grote financiële gevolgen. De organisatie van het dance-festival Rampage, dat dit weekend niet kan plaatsvinden in het Sportpaleis, dreigt failliet te gaan als er geen nieuwe datum wordt gevonden. Operahuis De Munt, met een grote zaal die 1.180 zitjes telt, annuleert negen voorstellingen in eigen huis én een voorstelling in Bozar. “Het is onmogelijk om die voorstellingen te verplaatsen. Wij zullen alle tickethouders contacteren en hen aanbieden om hun ticket om te ruilen voor een andere voorstelling, of hun ticket terug te betalen.” In het ergste geval verliest De Munt zo 400.000 euro aan inkomsten.

Voor de vier voorstellingen van JR kunnen per avond 300 mensen hun ticket inruilen voor een waardebon. Kostprijs voor de KVS: zo’n 36.000 euro. “Op die manier beperken we ook de schade voor het publiek, voor de acteurs en voor de zes betrokken huizen”, zegt zakelijk leider Merlijn Erbuer. “Het belangrijkst is dat we de maatregelen van het beleid volgen en de schade beperken. Maar als er morgen een totaalverbod komt, zullen wij dat meteen volgen.”

Maar bij een volledige annulering zou de verlieskost oplopen tot vele tienduizenden euro’s, zegt Erbuer. “Dat zou een ramp zijn. Ons eigen personeel zullen we kunnen blijven inzetten, bijvoorbeeld in het decoratelier.” Maar voor freelancers geldt dat niet. “En aan acteurs en leveranciers zullen we dan een schadevergoeding moeten betalen. Misschien moeten we dan ook solidariteit vragen aan het publiek, als we tickets maar gedeeltelijk kunnen vergoeden.”

In het Brussels Gewest komt donderdag een economische taskforce samen om te bekijken of de overheid in zulke gevallen financieel kan tussenkomen. “We analyseren momenteel welke economische sectoren het meest in moeilijkheden verkeren, en zullen dan een beslissing nemen”, zegt Nicolas Roelens, woordvoerder van staatssecretaris Barbara Trachte (Ecolo) aan Bruzz. “Maar zoals de minister-president vorige week al zei, als het nodig is zal het Gewest maatregelen nemen. Die intentie is er.”