De vijf boeken die het leven van Wim Helsen hebben veranderd

Corona of niet, het zomeruur is aangebroken! Daarmee eindigt ook het televisieprogramma “Winteruur” waarin cabaretier en presentator Wim Helsen elke dag “de schoonheid van het geschreven woord probeert te ontrafelen” op Canvas. Honderden gasten kwamen - al vijf seizoenen lang - met plezier hun lievelingstekst voorstellen, maar wat zijn de vijf boeken die Wim Helsen zélf zou kiezen?

In deze coronatijden valt het op hoeveel mensen teruggrijpen naar poëzie, hier en daar wordt zelfs weer een ouderwetse poëtische kettingbrief verstuurd. Voor Wim Helsen is die poëzie er niet alleen voor de bijzondere momenten: “Ik lees elke week minstens twee gedichten, en vaak veel meer. Tjah, je kiest zelf ook niet welk eten je lekker vindt, of welke muziek je graag hoort. Zo kies je ook zelf niet of je van poëzie houdt. Nu, ik lees het graag maar ik ben absoluut geen kenner.”

Élk boek dat ik ooit heb vastgepakt heeft m'n leven veranderd

Wim Helsen

“Alles wat je meemaakt vormt je, dus in die zin heeft élk boek dat ik ooit heb vastgepakt m’n leven veranderd. Ik heb m’n keuze vooral laten bepalen door de vraag “Naar welke boeken blijf ik teruggrijpen?” Dit zijn dus vijf boeken die me op een of andere manier helpen om een kader te schetsen, boeken die mijn denken en voelen mee vormgeven.”

1. “Music-hall : een programma vol charlestons, grotesken, polonaises en dressuurnummers” – Paul Van Ostaijen

Alleen al door die titel krijgt Wim Helsen zin om Paul Van Ostaijen te lezen: “Ik leerde het kennen op m’n vijftiende. Het is een feest, zo voelt het als ik die titel lees. Je wordt uitgenodigd om mee te komen dansen. Sindsdien lees ik graag poëzie.”

“Het zijn absurde, ritmische gedichten, maar soms ook heel ingetogen”, vertelt Helsen. “Het is poëzie die je niet helemaal kan uitleggen. De manier van vertellen is vaak absurd, maar wát er verteld wordt is dat helemaal niet.” 

Bij Van Ostaijen lijkt het soms alsof het gedicht de baas was, en niet de dichter

“Bij Paul Van Ostaijen lijkt het soms alsof het gedicht de baas was, en niet de dichter. Ik herken dat gevoel helemaal, al schrijf ik zelf niet als een dichter, maar in functie van wat er op het podium gebeurt. Het moet klinken alsof het er altijd al is geweest, alsof het moeiteloos is ontstaan. Terwijl het natuurlijk wel moeite kost om het te bedenken.” 

De bundel “Music-Hall” werd al in 1916 gepubliceerd, Helsen koestert een oud exemplaar uit 1955, dat hij van z’n vader kreeg: “De kaft is een beetje vergeeld, en het heeft die typische geur van oude boeken gekregen. Als ik Van Ostaijen herlees, dan lees ik het liefst dit boekje.”

2. “In liefde bloeyende” – Gerrit Komrij

Gerrit Komrij werkte eerder aan een grootschalige bloemlezing van de Nederlandstalige poëzie, dit is een selectie van “honderd en enige gedichten” daaruit, van de 12e tot de 20e eeuw.  

“Komrij begint in de middeleeuwen met “Hebban olla vogala”, en bij elk gedicht schrijft hij een begeleidend essay van een paar bladzijden”, legt Wim Helsen uit. “Die tekst nodigt je uit om langer te kijken naar het gedicht, waardoor het gedicht veel rijker wordt. En al die essays of opstellen zijn stuk voor stuk prachtig geschreven. Vol humor, maar toch ook ernstig, want poëzie is een serieuze zaak voor Komrij.”

Sommige gedichten zijn zo teer, dat ze helemaal geen commentaar verdragen

Gerrit Komrij

“Hij schrijft bijvoorbeeld “Sommige gedichten zijn zo teer, dat ze helemaal geen interpretatie of commentaar verdragen”, om daar dan vervolgens toch vier bladzijden lang prachtig over uit te weiden. "In liefde bloeyende" is een leesvriendelijke manier om gedichten te leren kennen.”

3. “De getuigenissen” – Primo Levi

De getuigenissen” bundelt de ervaringen van auteur Primo Levi in Auschwitz, herinneringen die hij noteerde meteen nadat hij in 1945 – als een van de weinigen – levend terugkeerde uit dat concentratiekamp. Wim Helsen las ze bijna 20 jaar geleden voor het eerst, en was diep onder de indruk.

“Het is in de eerste plaats heel goed geschreven, soms leest het bijna als een avonturenverhaal. Levi was slachtoffer én getuige én verwonderde observator.”, legt Helsen uit. “Levi beschrijft bijvoorbeeld hoe een bewaker zijn vuile mouw afveegt aan het gevangenisplunje van Primo Levi. Wat hem achteraf verwondert is dat zowel hij als de bewaker dat “normaal” vonden. Zo snel kan het gaan, wanneer er machtsstructuren ontstaan die wij als vanzelfsprekend beginnen ervaren.”

Zo snel kan het gaan, wanneer er machtsstructuren ontstaan die wij als vanzelfsprekend beginnen ervaren

Helsen denkt nog vaak aan het boek: “Kijk bijvoorbeeld naar de ongelijkheid die veel vrouwen nog altijd ervaren. Ik geef toe dat ik in het begin het probleem niet zag. Net omdat die vanzelfsprekendheid van machtsstructuren zo ingeworteld zit bij ons. Je moet goed luisteren om te zien waar het probleem zit. Je hebt mensen nodig die je daarop wijzen. Daar helpt Primo Levi bij.”

4. “Ik ben ik ben ik ben” – Maggie O’Farrell

Twee zomers geleden trokken deze eerste zinnen uit het boek “Ik ben ik ben ik ben” de aandacht van Wim Helsen, ergens in een boekwinkel op een Zweedse luchthaven: “Een eindje verder op het pad komt een man achter een rotsblok vandaan. […] Vandaag – een dag waarop ik bijna doodga – begon al vroeg voor mij.”

“Het is non-fictie, maar je voelt dat dit een professioneel auteur is”, maakt Helsen ons warm. De Ierse-Britse Maggie O’Farrell schrijft normaalgezien romans, maar hier beschrijft ze haar eigen leven, waarin ze – zoals ook meteen uit de ondertitel blijkt – 17  keer bijna is gestorven. Geen van die situaties heeft ze bewust uitgelokt. 

Dit boek is in één woord vitaliserend

“Het lijkt iemand met een woest karakter, maar tegelijk ook kwetsbaar en onhandig. Als je haar ziet zou je niet zeggen dat ze al zoveel keer rakelings de dood passeerde. Elk verhaal kan je apart lezen, maar allemaal samen vormen ze een interessant beeld van een mens; het is in één woord vitaliserend.”

“Je moét risico’s nemen in het leven, dat kan gewoon niet anders. Op het podium gaan staan bij try-outs is vergelijkbaar. Het ene moment sta je nog veilig in de coulissen, dan zet je één stap en dan spring je. Dat is ook een soort sterven”, meent Helsen. “Het gaat over beseffen dat het leven aan een zijden draadje hangt en er toch weer helemaal voor gaan. Maggie O’Farrell leeft heel, heel graag.”

5. “Over God wil ik zwijgen” – Meister Eckhart

Meister Eckhart heb ik leren kennen door de sprituele auteur Eckhart Tolle, die zijn schrijversnaam heeft gekozen uit eerbied voor deze 13e-eeuwse mysticus”, verklaart Wim Helsen z’n opmerkelijke keuze voor een middeleeuwse monnik uit Duitsland. 

“Het is een boek waarvan je geen 15 bladzijden na elkaar kunt lezen, een paragraaf of een bladzijde is al voldoende. De preken van Meister Eckhart hadden een grote invloed in zijn tijd, ze zijn genoteerd, maar later zelfs verboden door de paus.”

Let nu goed op! Wil ik iets hebben dat meer dan 1.000 mijl van mij verwijderd is, dan bezit ik dat eigenlijker dan wat ik in mijn schoot heb en niet wil bezitten

Meister Eckhart

“Ik weet niet of er nog ander proza bestaat dat zo krachtig is, al begrijp ik het soms echt niet hoor”, besluit Wim Helsen. “Maar neem nu deze wijsheid van Meister Eckhart: “Let nu goed op! Wil ik iets hebben dat meer dan 1000 mijl van mij verwijderd is, dan bezit ik dat eigenlijker dan wat ik in mijn schoot heb en niet wil bezitten.” Zet dát maar eens op een tegel, als citaat.” 

Zin in meer boekentips? Ga dan naar de website langzullenwelezen.be. Neus rond in de boekenkast van andere lezers en ontdek wat zij van gelezen boeken vinden. Maak ook zelf een virtuele boekenkast aan en geef bij elk boek je ongezouten mening en score.

Meest gelezen