Direct naar artikelinhoud
MuziekUitgezongen

‘This Must Be the Place’ van Talking Heads: naïef lief

Talking Heads in eighties-plunje (1988). Van links naar rechts: Chris Frantz, Jerry Harrison, David Byrne, Tina Weymouth.Beeld Alamy Stock Photo

Met ‘This Must Be the Place’ schreef Talking Heads-frontman David Byrne een van de mooiste en meest naïeve liefdesliedjes ooit.

Niet zo lang geleden gaf David Byrne van Talking Heads een reeks lezingen met als titel ‘Reasons to be Cheerful’ – warm aanbevolen voor al wie tijdelijk verstoken blijft van een goed humeur of toekomstperspectieven. Een van de redenen waarom wij voorlopig nog zonder eindeloos ­morren uit bed glijden? Het speelse en lieflijke ‘This Must Be the Place’ van zijn groep Talking Heads, een song die de tand des tijds en de knauw van cynisme moeiteloos wist te weerstaan.

“Als dat nummer niet veroudert, denk ik dat het is omdat het zo simpel en zo puur is”, liet Byrne onlangs optekenen. “Het is een puur, onversneden liefdesliedje. Maar dan wél een dat zowat volledig opgetrokken is uit ‘non sequiturs’: zinnen die een sterke emotionele resonantie hebben, maar geen verhalende eigenschappen. Net daarom vind ik het zo’n authentiek en eerlijk liefdeslied. Dat was me nooit eerder gelukt. Voordien stelde ik me te gereserveerd op. Maar met dit nummer probeerde ik opzettelijk een liedje te schrijven dat oubollig noch zoetsappig aanvoelde. De meeste liefdesliedjes druipen van de honing, of manken kreupel voort in alle meligheid. Ik ben met deze song in mijn opzet geslaagd. Ik stel de liefde voor als thuiskomen: comfortabel, maar soms ook wat onzeker.”

De song droeg Byrne op aan Adelle Lutz, een designer die hij begin jaren tachtig ontmoette. Het koppel zou in ‘87 huwen, en na de geboorte van hun dochter Malu scheiden in 2004. “Ik had de muziek op tape mee naar Japan, waar ik voor het eerst de familie van mijn Japanse verloofde zou bezoeken. Toen – en ook nu nog – was een buitenlander die zijn Japanse schoonouders om de hand van hun dochter vroeg a big deal. Ik was dan ook even bloednerveus als dolverliefd. Ik wilde haar een liefdesliedje schrijven, maar dan eentje dat niet klonk als een typische love song. Dus geen slow, geen violen, geen zeemzoeterige tekst, geen romantisch arrangement... En zo belandde ik bij die haast willekeurige, neutrale statements op een ondertoon van melancholie, liefdesverdriet en ­verlangen. Het nummer klinkt droevig en opgewekt tegelijk. En luchtig. Maar het is heel oprecht, heel doorleefd en­ níét ironisch, zoals critici weleens hebben beweerd.”

Integendeel zelfs: “Mensen klampen me al eens aan om te vertellen dat ze ‘This Must Be the Place’ speelden op hun huwelijk. Dat bracht me op een idee. Toen we optraden in Las Vegas dacht ik: waarom laat ik niet eens een koppel trouwen op het podium, tijdens mijn concert? Ik huurde een rent-a-priest en één koppel hapte toe. Het is al meer dan tien jaar geleden, maar onlangs zag ik hen terug en ze zijn nog steeds samen. Ik weet niet of dat iets zegt over hun standvastige karakter of over de kracht van dat liedje.”

De subtitel ‘Naive Melody’ verwijst volgens Byrne niet zozeer naar de song zelf, maar naar de onbevangen manier van muziek maken. “Professionele muzikanten zouden nooit een liedje spelen dat op zo’n repetitieve manier is geschreven”, vertelt hij. Tijdens de opnames speelde Byrne het keyboard, Tina Weymouth ruilde haar bas in voor een gitaar, en Jerry Harrison speelde bas op zijn synth. Chris Frantz bleef weliswaar bij zijn drums, maar hem werd opgedragen te spelen als een beginneling. Byrne: “Ik heb altijd gehouden van gesofisticeerde naïviteit, van werken als een idiot savant, een verlichte simpele ziel. Hoofd, hart en schaamstreek op één lijn.”