Direct naar artikelinhoud
Geschiedenis

Nu bewezen: indianen voeren honderden jaren geleden al de oceaan op

Thor Heyerdahl en zijn team op het vlot Kon-Tiki in 1947. Met het vaartuig, dat alleen door een zeil was voortgestuwd, geraakten ze 8.000 kilometer van de Peruaanse kust.Beeld EPA

Zijn boek verscheen in zeventig talen en zijn documentaire won een Oscar. Maar wetenschappers bleven avonturier Thor Heyerdahl altijd uitspuwen als een fantast. Zijn bewering dat indianen en Pacifische eilandbewoners al honderden jaren geleden met elkaar in contact kwamen, blijkt nu echter wel te kloppen.

Op 28 april 1947 vertrok er een vreemdsoortig vaartuig uit de haven van de Peruaanse stad Callao. Het was een vlot van negen balsahouten stammen, veertien meter lang en met henneptouw vastgesjord aan dwarsbalken, mast en kajuit. Nergens in de hele constructie zat ook maar het kleinste stukje metaal. Het was een vlot zoals het honderden jaren eerder al gebouwd had kunnen zijn – want het diende om te bewijzen dat het toen al mogelijk was om van Zuid-Amerika naar Polynesië te varen.

Die eilandengroep in het midden van de Pacific was bevolkt door mensen die uit Zuid-Amerika stammen en die dus lang vóór westerse ontdekkingsreizigers grote stukken oceaan bedwongen hadden. Dat was althans de overtuiging van de Noorse kapitein. Brouwerszoon Thor Heyerdahl studeerde biologie en geografie, maar was ook al vroeg in de ban van de Polynesische cultuur. Hij meende treffende gelijkenissen te zien tussen monolithische beelden zoals die van Paaseiland en varianten in Peru.

De reis van Heyerdahl en de Kon-Tiki.Beeld grafiek dm

Hij doopte zijn vlot Kon-Tiki, naar een godheid uit de beschaving die Peru nog voor de Inca’s zou hebben gekend. Op 7 augustus belandde het vaartuig, dat alleen door een zeil was voortgestuwd, op het eiland Raroia, 8.000 kilometer van de Peruaanse kust. Dat succes maakte Heyerdahl wereldberoemd. Maar wetenschappers bleven de spot drijven met zijn beweringen. “Die zijn evenveel waard als de legende over Atlantis”, schreef een befaamde antropoloog.

Huidige inzichten tonen wel aan dat er al heel vroeg heel ver werd gevaren. Maar het zou van de andere kant zijn dat de Pacifische eilanden werden bevolkt. De meest aanvaarde hypothese is dat de Polynesiërs afstammen van een volk uit Taiwan, dat zich via de Filipijnen en Indonesië over de oceaan heeft verspreid tussen 3000 en 1000 voor Christus. Westwaarts zou datzelfde volk wat later trouwens ook het Afrikaanse eiland Madagaskar hebben bereikt.

Aardappelen

Toch zijn er altijd believers gebleven die dachten dat Heyerdahl ergens een punt had. Zij baseerden zich bijvoorbeeld op het feit dat de Polynesiërs al sinds mensenheugenis zoete aardappelen telen, een gewas uit Zuid-Amerika, en daar ook een woord voor hebben (kumala) dat heel hard op het indiaanse (cumal) lijkt. Zij krijgen nu gelijk. Want een artikel dat deze week in Nature verscheen, bewijst met DNA-onderzoek dat er al in de dertiende eeuw contact is geweest.

Of het de uit Azië stammende Polynesiërs waren die toen al naar Zuid-Amerika reisden, of omgekeerd, dat staat niet vast. Maar feit is dat er rond het jaar 1200 al vermenging is ontstaan tussen bewoners van meerdere Polynesische eilanden en de voorvaderen van de Zenu, een groep van indianen in het huidige Colombia. Op het beroemde Paaseiland, dat het dichtst bij Zuid-Amerika ligt en centraal stond in de theorie van Heyerdahl, gebeurde dat vreemd genoeg pas rond 1380.

Dat zou er op kunnen wijzen dat de verplaatsing inderdaad gebeurd is vanuit Zuid-Amerika. Simulaties van de wind en de stroming leren immers dat vaartuigen die daar vertrekken, meer kans maken om te stranden op de verder verwijderde eilanden waar de vermenging het eerst optrad dan op het dichterbij gelegen Paaseiland. Dat gebeurde trouwens ook met de Kon-Tiki-expeditie. Die landde op een eiland van de Tuamotu-archipel, waar nu ook een vroege mix van DNA gevonden is.

Thor Heyerdahl (rechts) met een crewlid tijdens een latere expeditie.Beeld BELGAIMAGE

Het klinkt dus wel een beetje als een eerherstel voor Heyerdahl, het recente onderzoek. Die had het weliswaar niet helemaal correct, maar blijkt toch ook geen volstrekte fantast. Of dat iets zegt over zijn vele andere theorieën, blijft echter de vraag. Zo was hij kort vóór zijn dood in 2002 nog bezig met een vermeende beschaving die van aan de Zwarte Zee de grondslag zou hebben gelegd voor de oude mythologie in zijn eigen Noorwegen. Dat concludeerde Heyerdahl uit gelijkenissen tussen de namen van oud-Noorse goden zoals Odin en plaatsnamen in Rusland.

Zijn overtuiging was dat die beschaving Scandinavië koloniseerde over rivieren, waarbij ze bootjes uit dierenhuiden gebruikte die opgevouwen konden worden voor trajecten over land. Maar de opgravingen die hij als tachtiger nog in Rusland ging doen, stuitten andermaal op grote scepsis in de wetenschapswereld. Toch kreeg hij na zijn dood een staatsbegrafenis van de Noorse overheid en sleepte de dramaversie van zijn Oscar-winnende documentaire uit 1951 acht jaar geleden nog nominaties voor zowel de Oscars als de Golden Globes in de wacht.