Tom Waes: "Thuis ben ik een sloef, dat kun je je niet voorstellen"

De uitzending met Tom Waes draaide grotendeels om familie. Zijn broer Sam was te gast, en ook zijn ouders. "Uitzonderlijke televisie", vond Waes, want hoewel de familie close is, gebeurt het niet vaak dat ze verenigd is. "De volgende keer is met kerst."

In zijn puberteit dreef Waes zijn ouders tot wanhoop. "Wat moet daar in godsnaam van worden?", vroeg moeder Waes zich geregeld af. "Ik heb me veel zorgen gemaakt om Tom, want waar zijn toekomst lag, dat wist ik niet."

Waes was een zeer rebelse tiener, die drie keer het vierde middelbaar moest doen, nota bene in de school waar zijn moeder lesgaf. "Verschrikkelijk", vond hij dat.

Problematisch was ook dat hij de auto van zijn grootvader in de prak reed. Vader en moeder Waes waren onverbiddelijk: hij moest vakantiejobs doen om de wagen af te betalen.

Hoewel zijn ouders op zulke momenten streng waren, ziet Tom Waes ze als voorbeeld. "Wat mijn ouders voor mij en mijn broers hebben betekend, wil ik ook voor mijn eigen kinderen betekenen", zegt hij.

In de kinderkamer van "Het huis" heeft hij het over de onzekerheden van het ouderschap. "Je vraagt je als ouder altijd af of je goed bezig bent. Je denkt altijd dat je tekortschiet", vindt Waes, die bekent dat hij bij de geboorte van zijn kinderen "twee keer de ogen uit zijn kop heeft gebleit".

Zijn vrouw en drie kinderen -twee kinderen en een pluskind- hebben het thuis trouwens voor het zeggen. "Ik leef met vier bazen in huis. Ik ben een sloef, dat kun je je niet voorstellen."

De weg van Tom Waes -zowel als puber als later tijdens een aanvankelijk grillige loopbaan- was er een vol bochten. Toch is hij goed terechtgekomen, thuis én in het werk. "Ik noem dat geforceerd geluk. Je moet op het juiste moment wat geluk hebben of een kans krijgen om je te bewijzen, maar dan moet je het wel nog doen. Daar ligt volgens mij mijn kracht."