Direct naar artikelinhoud
OnderzoekOnderwijs

Kinderen met homoseksuele ouders presteren (iets) beter op school

Archiefbeeld.Beeld Wouter Van Vooren

Kinderen die opgroeien in een gezin waar de ouders homoseksueel zijn, presteren beter op school. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de KU Leuven. Hoewel die betere leerprestaties grotendeels te verklaren zijn door de betere sociaal-economische omstandigheden waarin zulke leerlingen opgroeien, is dat niet de volledige uitleg.

Voor hun onderzoek bestudeerden onderwijseconomen Deni Mazrekaj, Kristof De Witte en Sofie Cabus (KU Leuven) de gegevens van alle kinderen die sinds 2001 schoolliepen in Nederland. Onze noorderburen waren de eersten die in 2001 toelieten dat homoseksuele koppels trouwden én kinderen adopteerden.

Dankzij de uitgebreide administratieve databank die de Nederlanders bijhouden, konden de auteurs voor elk kind de schoolloopbaan en gezinssituatie aan elkaar koppelen. Eerder onderzoek moest steunen op steekproeven en kon vaak niet zeggen of de kinderen in een homoseksueel gezin terecht waren gekomen door echtscheiding of erin zijn opgegroeid. Dit onderzoek is met andere woorden een wereldprimeur, dat gepubliceerd werd in het vermaarde wetenschappelijke tijdschrift American Sociological Review en wordt binnenkort samengevat als ‘Leuvens Economisch Standpunt’.

“Zo konden we bekijken hoe elk kind in zo’n homoseksueel gezin terecht gekomen was”, zegt hoofdauteur Deni Mazrekaj. “Was dat via adoptie, na een scheiding of op een andere manier?” Dat is cruciale informatie. Onderzoek toonde al meermaals aan dat een scheiding een negatief effect heeft op de schoolresultaten van de gemiddelde leerling. “Op deze manier konden we er dus alle kinderen uitfilteren die van bij hun geboorte in een gezin met homoseksuele ouders leefden”, zegt Mazrekaj. “Dat is de best mogelijke manier om te onderzoeken wat de invloed is van opgroeien in zo’n gezin.”

En wat bleek? Deze kinderen die vanaf hun geboorte opgroeien met homoseksuele ouders scoorden gemiddeld beter in het basis- en secundair onderwijs in Nederland. Op een rangschikking van 100 leerlingen schuift een leerling die opgroeide in een gezin met homoseksuele ouders ruim vijf plaatsen op.

Al moeten we voorzichtig omspringen met die resultaten. De auteurs controleerden alle gegevens om er zich van te vergewissen dat ze niet onbedoeld iets anders meten dan die geaardheid van de ouders. Daaruit bleek dat het grootste verschil in schoolresultaten van kinderen met heteroseksuele ouders en kinderen met homoseksuele ouders verklaard moet worden door de hogere socio-economische status van homoseksuele ouders.

Dat is ergens ook logisch: het zijn vooral de meest welvarende gezinnen die erin slagen om de meest courante manieren om als homoseksueel koppel kinderen te krijgen, een adoptieproces of IVF-behandeling, te doorlopen. Van sociaal-economische status weten we dat het een grote voorspellende factor is voor schoolresultaten.

Hogere motivatie

Maar, en dat is het opvallende, zelfs na controle voor sociaal-economische status blijft er nog een verschil in de schoolresultaten over. Het is een erg klein verschil, maar het is er wel. De auteurs kunnen niet onderzoeken hoe dat komt omdat de administratieve gegevens dat niet toelaten. Wel hebben ze een hypothese. “De hogere motivatie van deze ouders ten aanzien van onderwijs lijkt een rol te spelen”, zegt De Witte. “Ouders van hetzelfde geslacht hebben een hogere motivatie doordat ze zowel financiële als legale barrières moeten overwinnen. Bovendien ervaren ze bewust of onbewust een maatschappelijk stigma waardoor ze volgens de compensatietheorie willen bewijzen dat ze ook goede ouders zijn.”

De algemene conclusie mag voor de gemiddelde Belg misschien vreemd in de oren klinken. In ons land is er nauwelijks iemand die (luidop) zegt dat een gezin met twee mama’s of papa’s een slecht idee is voor kinderen. In het buitenland is dat echter vaak anders.

Het belang van deze studie zit hem misschien meer in het omdraaien van de stelling, namelijk hoe kinderen van homoseksuele ouders vooral niet slechter presteren op school dan kinderen met heteroseksuele ouders. “Dat is niet onbelangrijk als je ziet dat het Amerikaanse hooggerechtshof mogelijk zeer conservatief kleurt met de aanstelling van Amy Coney Barrett”, zegt De Witte. “Onze editor waarschuwde ons al: zorg maar dat het onderzoek sterk staat, het zal wellicht gebruikt worden voor de Amerikaanse rechtbank.”