De wereldwijd actieve Danske Bank wil in de komende zes tot twaalf maanden 1.600 van zijn 11.000 Deense werknemers ontslaan. Dat meldt het bedrijf in een persbericht.

De beslissing is geen gevolg van de coronacrisis, maar past in een plan ‘om tegen 2023 een betere bank te worden’ dat vorig jaar van start ging. Danske zal zijn personeelsleden in Denemarken een plan voor vrijwillig ontslag voorstellen om uiteindelijk 1.600 mensen, of 15 procent, te laten afvloeien. De bank heeft wereldwijd 22.000 werknemers, van wie 11.000 in Denemarken werken. De ontslagen vallen enkel in het thuisland.

‘Het is nooit makkelijk om het aantal collega’s te verminderen en we zullen ons best doen om dat op de meest fatsoenlijke en respectvolle manier te doen’, zegt de Nederlandse CEO Chris Vogelzang in de mededeling. ‘We moeten ons echter aanpassen aan de veranderingen in de financiële sector om competitief te blijven in een markt met lage marges en stevige concurrentie.’

Witwasschandaal

Vogelzang zette het transformatieprogramma in gang nadat hij net aan het hoofd kwam een jaar geleden. Vlak daarvoor kwam de bank regelmatig in het nieuws met een witwasschandaal waar ook een hoop andere banken bij betrokken waren.

Om het bedrijf uit die schandaalsfeer te loodsen, herbekeek Vogelzang in augustus vorig jaar de managementstructuur al en dat doet hij nu opnieuw. Ze wordt stevig vereenvoudigd en de bank stelt twee zogenaamde ‘klantendirecteurs’ aan voor de Scandinavische landen. Die moeten de communicatie met de klant verbeteren.

Financieel staat het bedrijf er wel goed voor. In de eerste helft daalde de omzet wel 6,5 procent naar 20,8 miljard Deense kroon (2,7 miljard euro) en ging de winst maar liefst 85 procent onderuit naar 1 miljard Deense kroon, maar dat is vooral de schuld van de coronacrisis. De voorbije jaren gingen winst en omzet telkens omhoog.