Direct naar artikelinhoud
PostuumRobert Fisk

Robert Fisk was een ‘neutrale journalist’, zei Osama bin Laden

Journalist Robert Fisk in de aan hem gewijde documentaire ‘This Is Not a Movie’ (2019).Beeld IMDB

In een kapotgeschoten huis in Irak of op een geitenpaadje in de Afghaanse bergen: overal had de Britse journalist Robert Fisk tijdens zijn lange carrière kunnen omkomen. Het spannende leven van de veteraan van de Britse buitenlandjournalistiek eindigde dit weekeinde in een bed in het Ierse St. Vincent-ziekenhuis. Daar werd hij opgenomen na een beroerte.

Fisk was een journalist van de oude stempel: andere beroepen interesseerden hem niet en hij was er ook niet geschikt voor. Dat concludeerde hij als 12-jarige na het zien van een Hitchcock-film over een buitenlandcorrespondent, die aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog de ene primeur na de andere optikt.

Na zijn studie politieke wetenschappen – natuurlijk gecombineerd met schrijven voor de universiteitskrant – werkte Fisk even als columnist bij de Sunday Express. De Britse elite achtervolgen met rottige vragen over buitenechtelijke affaires was een goede oefening voor ondervragen van Britse en Amerikaanse politici over hun verantwoordelijkheid voor de vele oorlogen in het Midden-Oosten die Fisk versloeg.

Fisks oorlogscarrière begon met het conflict in Noord-Ierland, maar zijn levenslange journalistieke passie vond hij in Beiroet, Libanon, waar hij als 29-jarige werd gestationeerd. Soms dook hij op in Europese brandhaarden, zoals voormalig Joegoslavië in de jaren negentig. Hij had bijtende kritiek op ‘hotelkamerverslaggevers’ die oorlogen vanuit een veilige uitvalsbasis verslaan, en collega’s die denken dat nieuws afkomstig is van persconferenties. Een journalist moet zijn waar het bloed stroomt, waar lijken rotten en praatgrage soldaten zich vervelen. “Als ik daar niet meer kan zijn, wil ik geen journalist meer zijn”, aldus Fisk.

Robert Fisk aan het werk.Beeld IMDB

Hij trok ook van leer tegen de verplichting iedere partij netjes aan het woord te laten om elke schijn van partijdigheid te vermijden. Zijn motto was “neutraal en onbevooroordeeld aan de kant staan van diegenen die lijden, wie dat dan ook zijn”. Liefst met een geschiedenisboek in de achterzak, om de achtergronden van het bloedvergieten te begrijpen: een journalist is een soort historicus, vond hij.

Bin Laden

Zo trok Fish van volkerenmoord naar bombardementszone, wat naast een gestage stroom artikelen ook een zestal boeken en een goed gevulde journalistieke prijzenkast opleverde. Hij maakte naam als de man die drie keer terroristenleider Osama bin Laden interviewde, in de jaren negentig. Bin Laden vond de Arabisch sprekende Brit “een neutrale journalist”. Hun eerste ontmoeting vond plaats in een chique Londens hotel, waar de terroristenleider op slippers Fisk in de lobby opwachtte. Bin Laden zou zelfs het Witte Huis hebben geadviseerd Fisks artikelen te lezen.

Door zijn ervaring en vele connecties in het Midden-Oosten zag Fisk de aanslagen van 11 september 2001 ver van tevoren aankomen. Hij veroordeelde die aanslagen als een “afschuwelijke misdaad tegen de menselijkheid”, maar was even kritisch over de Amerikaanse oorlog tegen terreur van toenmalig president George W. Bush. Zijn felle anti-Amerikaanse stellingname maakte hem tot een controversieel persoon. 

Onder collega's in het Midden-Oosten was hij omstreden, wegens verdenkingen dat hij zijn verhalen mooier maakte met verzinsels of zaken van anderen overschreef, hetgeen Fisk altijd heeft ontkend. In de nadagen van zijn carrière werd hem verweten dat hij hij in zijn verhalen over Syrië te zeer op de hand van de Syrische regering was.

Vorige maand stond zijn laatste stuk in The Independent, zijn vaste krant nadat hij in 1989 ruzie kreeg met The Times over het herschrijven van een van zijn artikelen. Vorig jaar zei Fisk in de aan hem gewijde documentaire This Is Not a Movie dat hij “nog steeds wil weten wat er hierna gebeurt”. Toen hij vrijdag onwel werd in zijn Ierse woning stond zijn koffer klaar, ingepakt voor een reis naar Beiroet. Fisk is net niet in het harnas gestorven.