Vlaanderen op Klimaatzaak: ‘Rechtbank mag ons niet van politieke vrijheid beroven’

 ©  BELGA

Vlaanderen voert een ‘ambitieus, maar realistisch’ klimaatbeleid, betoogden de advocaten van het gewest op het proces van de Klimaatzaak. ‘We moeten een evenwicht vinden met sociale en economische pijlers.’

Jef Poppelmonde

‘Vlaanderen telt 60 procent van de inwoners van België, heeft een hoge bevolkingsdichtheid, enorme mobiliteit en veel industrie. Met minder inwoners zou het makkelijker geweest zijn om de doelstellingen te halen.’ Dat zei Marie-Louise Ricker, advocate van het Vlaams Gewest, bij het begin van haar pleidooi op het proces van de Klimaatzaak. Ze vroeg daarmee aandacht voor de ‘context’ waarin de Vlaamse regering haar klimaatbeleid voert. Voor de verdediging was drie uur voorzien, maar de advocate was na een uur klaar.

De vzw Klimaatzaak daagde de vier bevoegde Belgische overheden voor de rechter omdat zij hun internationale klimaatbeloftes niet zouden nakomen (DS 16 maart). Ricker gaf voorbeelden die moesten staven dat Vlaanderen een ‘ambitieus, maar realistisch’ klimaatbeleid voert - zoals de eind vorig jaar goedgekeurde renovatiestrategie en de focus op het terugdringen van de CO₂-uitstoot in het corona-relanceplan.

De advocate betwistte ook dat Vlaanderen in het verleden zijn nationale en internationale verplichting niet zou zijn nagekomen. ‘Tussen 2013 en 2015 heeft Vlaanderen minder uitgestoten dan het volgens de intra-Belgische verdeling mocht. Tussen 2016 en 2018 heeft het teveel uitgestoten, maar kon het beroep doen op het krediet dat in de jaren daarvoor werd opgebouwd. Van fouten is dus geen sprake. Voor de periode 2021-2030 moet de daling 35 procent bedragen. Daarvoor zijn plannen opgesteld. Vlaanderen doet niet niets.’

‘Minieme impact’

De verdediging pleitte, verwijzend naar de scheiding der machten, dat het ‘niet aan de rechter is om bepaalde beleidsmaatregelen op te leggen’. ‘Die bevoegdheid heeft ze niet‘, zei Ricker. ‘Een klimaatbeleid heeft drie pijlers: een ecologische, een economische en een sociale. We kunnen niet alleen focussen op één daarvan. De politiek moet er een evenwicht tussen vinden en de rechtbank kan haar niet van die vrijheid beroven.’

Ricker wees er ten slotte op dat de doelstellingen voor de ‘niet-ETS-sectoren’ - gebouwen, transport en landbouw - werden vastgelegd door de Europese Unie. ‘Als de eisers menen dat de ambities van de EU niet ver genoeg reiken, dan moeten ze de EU dagvaarden, en niet het Vlaams Gewest. Vlaanderen heeft minieme impact in het wereldwijde en Europese klimaatbeleid. Een veroordeling zal het verschil niet maken.’