Direct naar artikelinhoud
InterviewGert Martin Hald

De man achter ‘Blind getrouwd’: ‘We klampen ons te hard vast aan romantische liefde’

‘We willen allemaal heel snel, haast ogenblikkelijk, uniek zijn voor de ander, terwijl zoiets jaren moet groeien’, zegt de Deense professor Gert Martin Hald.Beeld Sammy Slabbinck

Als ‘matchmaker’ van Blind getrouwd (VTM) schaamde hij zich toen hij ging scheiden. Maar aan dat gevoel moet je niet toegeven, zegt de Deense psycholoog Gert Martin Hald (46). ‘Wij in het Westen klampen ons te hard vast aan de romantische liefde.’ 

“Wacht, laat ik eerst die wasmachine afzetten. Mensenlief, wat een lawaai.” De Deense psycholoog en multitasker Gert Martin Hald zit thuis in Noorwegen als we hem zoomen. Hij is vader van twee, zo verklapt het knutselwerkje aan de wand. En sinds enige tijd, na een relatie van dertien jaar, weer single. “En dus pendel ik nu voortdurend tussen Denemarken en Noorwegen”, licht hij toe. “Om de kinderen te kunnen zien.”

Ook professioneel leidt Martin Hald een dubbelleven. Want de matchmaker achter Blind getrouwd richt zich in eigen land ook op die andere groep: bij wie het spaak loopt. Zo rolde hij onlangs een onlineplatform uit voor al wie in een scheiding zit, “om zo de stress te verminderen en het conflict zoveel mogelijk de kop in te drukken”.

BIO • 46 jaar • professor klinische psychologie aan de Universiteit van Kopenhagen • ontwikkelde een onlineplatform ‘samenwerken na je scheiding’, om stress en conflict te verminderen • alleenstaande papa, heeft twee kinderen • interesses: op café een restaurant met vrienden (“wat mis ik dat nu enorm”) reizen, sporten, lezen, schaken

“Eerlijk gezegd, ook mijn relatiebreuk gaf me een gevoel van falen”, zo zal hij later in dit gesprek opbiechten. “Ik keek naar mezelf en dacht: ‘Hier komt de expert uit Blind getrouwd en hij is fucking zelf gescheiden’.” Straks meer daarover, maar eerst die fameuze formule.

Hoe zit dat nu precies met de wetenschap achter de liefde? Bestaat er zoiets als een wiskundige toverformule?

“Wel, we weten dat er parameters zijn die de kans op verliefdheid een duwtje in de rug geven, en zo ook de slaagkansen van een relatie verhogen. Assortative mating, heet dat. Een vorm van seksuele selectie, waarbij individuen met vergelijkbare trekken elkaar sneller vinden.”

Wat moeten we ons daarbij voorstellen?

“Stel nu dat een single vrouw tien mannen voor zich krijgt tot wie ze zich aangetrokken voelt. Dan zijn wij allemaal nogal geneigd te denken dat de liefde daar op magische wijze zal toeslaan. Maar zo is het niet. Wat er wel gebeurt, is dat die vrouw een verdere selectie zal maken. Misschien wil ze het liefst een grotere of een hoogopgeleide man. Of wil ze liever niet degene die al drie kinderen heeft, maar wel iemand die er ooit wil. Die selectie, daar ligt de kiem voor een relatie.”

Welke parameters kunnen dan het verschil maken: een relatie aanknopen of niet?

“Denk aan persoonlijkheid, je dagelijkse noden – hoeveel bevestiging heb je van je partner nodig? Maar ook seks. Een extreem voorbeeld: als de ene het liefst één keer per maand vrijt met de lichten uit, en de andere wil elke zaterdagavond naar de swingersclub. Tja, dan zit je op een totaal andere golflengte.

“Hetzelfde met normen en waarden. Als de ene progressief denkt en de andere extreemrechts, dan is een relatie niet onmogelijk, maar het zal toch een voortdurende worsteling zijn. Als de ene het huishoudbudget in een elektrische wagen wil steken, maar de andere in de originele versie van Mein Kampf. Nee, dat zal niet werken.

“Om maar te zeggen: mensen die zich tot elkaar aangetrokken voelen en een relatie aangaan, hebben meestal redelijk overeenstemmende noden, waarden en interesses.”

Nochtans trekken tegenpolen elkaar aan, hoor je wel vaker. Is dat dan quatsch?

“Soms zal dat wel kloppen, maar dan enkel op de korte termijn. Zulke koppels gaan vaak ook weer uiteen. Zijn de verschillen te groot, dan zit je daar toch met een enorme uitdaging. Pas op, dat betekent nog niet dat je op elk gebied moet samenvallen. Wil je echt iemand die identiek is, dan zou je met jezelf moeten trouwen. En dat zou ik zelf ook niet bepaald willen. (lacht)

Gert Martin Hald: ‘Wie ongewenst single is, verwacht vaak te veel van een relatie. Zulke mensen hebben al lang geen realitycheck meer gehad’.Beeld VTM

“De ene kan dus perfect extravert zijn en de andere introvert. Maar ze kunnen dezelfde waarden uitdragen, dezelfde nood hebben aan seks, of op eenzelfde manier communiceren. Ook dan toont het totale plaatje veel raakvlakken.”

Over dat communiceren. Daar zien we in dit seizoen Hanne en Dave behoorlijk mee worstelen. Zij babbelt het liefst elke stilte vol, voor hem lijkt praten een hele opgave.

“Je manier van communiceren is slechts één parameter, maar het is zo’n belangrijke. En daar zijn Hanne en Dave verschillend in. Hij toont zijn gevoelens eerder via muziek, zij communiceert directer. Ook hier geldt: hoe meer raakvlakken, hoe groter de kans dat het zal werken. Hoe groter de kans dat je van die eerste aantrekking verder evolueert naar: ‘Hmm, hier zit potentieel in.’”

Hoe belangrijk is die eerste aantrekking eigenlijk?

“Die is extreem belangrijk. Dat is de parameter waarmee alles begint. Pas op, het is niet zo dat je dat niet kunt overstijgen. Maar er moet toch tenminste een beetje aantrekking zijn, de ander mag geen weerzin opwekken. En aantrekkelijk betekent dan niet alleen een knap uiterlijk. Het draait ook om wat de ander uitstraalt: charme, charisma, stijl, lichaamstaal, hoe iemand praat of ruikt.”

Een beetje zoals wanneer je op café op iemand afstapt of niet?

“Klopt, je ziet het ook in ons dagelijkse leven, bij het uitgaan. Ook dan passen wij – onbewust – die formule toe. Je ziet iemand tot wie je je aangetrokken voelt, je slaat een praatje, en als je dan merkt dat jullie qua intelligentie op een totaal ander niveau zitten, geloof ik niet dat er een relatie van zal komen. Oké, jullie zullen die avond misschien wel plezier maken, zoenen of seks hebben, maar that’s it. De looks zijn dus maar één deel van die aantrekking.”

Maar toch. Wat met het idee dat mannen vooral een knappe verschijning willen?

(buigt nederig het hoofd) “Daar moet de wetenschap het eeuwenoude cliché wel gelijk geven. Mannen houden inderdaad, veel meer nog dan vrouwen, rekening met dat visuele, met de looks. Pas daarna kijken ze naar al die andere parameters.

“Let wel, ook voor vrouwen is het uiterlijk van belang, maar het is niet zo doorslaggevend. Zij kijken ook naar zaken als opleiding, macht, financiële middelen.”

Wow, klinkt dat niet vreselijk cliché?

(lacht)” Om er een cijfer op te plakken: vrouwen die daten, gaan voor de top 25 van hoogopgeleide mannen mét centen. Terwijl dat voor mannen werkelijk niks uitmaakt, zolang die vrouw er maar goed uitziet.

“Natuurlijk, aantrekkelijkheid ligt in the eye of the beholder. Dat hangt sterk samen met hoe anderen naar jou kijken, hoe je in de markt ligt.”

Excuseer, zegt u nu dat wij allemaal een ‘marktwaarde’ hebben?

“Zie het als een aantrekkelijkheidsladder. Wie op de bovenste trede staat, zal zich maar tot een klein groepje anderen aangetrokken voelen. Maar wie onderaan op de ladder staat, lijkt al wie hogerop zit wel te smaken. Evolutionair gezien is dat wel handig: dat als je er zelf niet bijster knap uitziet, je wel in een grote poule kunt vissen. Terwijl de George Clooneys van deze wereld, die er bij wijze van spreken iedereen kunnen uitpikken, al genoeg hebben aan een minivijver.”

Hoe zit dat eigenlijk met die chemie? Neem nu Blind getrouwd: wat maakt dat er bij het ene koppel, Candice en Marijn, meteen een klik is, en bij het andere, Veerle en Sven, totaal niet?

“De grote ‘klik’, die chemie, kun je niet in cijfers gieten. Maar het kan natuurlijk dat de formule gewoon niet aanslaat. Ze is ook niet fail proof.

“Neem nu dat ik tien aantrekkelijke vrouwen zou mogen daten. Dan zullen er zeker drie tussen zitten van wie ik denk: ze zien er onmiskenbaar goed uit, maar ze beroeren me niet.

“Het is dus goed mogelijk dat je je eerst aangetrokken voelt. Maar om dat te vertalen in chemie en een relatie, heb je meer nodig. En dat kan van alles zijn. Soms is dat humor, soms een bepaalde geur, een manier van bewegen.”

Ha, maar die wiskundige liefdesaxioma’s zijn dus niet onfeilbaar?

“Nee, en dat vind ik er ook zo fantastisch aan. Hoe saai zou het zijn om gewoon een boeketje liefde samen te stellen en dat aan de deur af te leveren. Voilà, klaar.

“Wel hebben we wetenschappelijke inzichten over hoe we relaties vormen, en precies die kennis kunnen we in ons voordeel gebruiken.”

Wel moeten we durven om het idee van de romantische liefde te laten varen, zei u eerder al. Wat is er mis met een beetje romantiek?

“Het ding is: in de westerse wereld klampen we ons heel hard vast aan de idee van de liefde gedreven door passie en seksuele aantrekkingskracht. Wij vinden het onmogelijk dat een relatie níét vanuit verliefdheid vertrekt. We verwachten vlinders, vonken, opwinding.

Gert Martin Hald: ‘Bij een productiehuis pitchte ik ooit een idee voor een tv-programma over scheidingen. Het was een verloren zaak.’Beeld Sammy Slabbinck

“Vroeger was dat helemaal anders. Toen moest je niet tot over je oren in love zijn om een koppel te vormen, om een verbintenis aan te gaan. Toen heerste de strategische liefde, en die draaide veel meer om de vraag: hoe kunnen wij – en onze families – hier op lange termijn wel bij varen? En geloof het of niet, maar die relaties werkten even goed.”

Maar toch. Klinkt dat niet erg kil, die strategische liefde?

“Nu zien we dat vaak als berekende, kille liefde. We kijken erop neer, als iets wat minderwaardig is aan de romantische liefde. Terwijl dat 150 jaar geleden net andersom was: toen wisten ze wel dat er zoiets als romantiek bestond, maar je moest dat niet najagen. Je moest eerder die rationele liefde achternazitten.

“Ook vandaag nog beantwoordt, wereldwijd, meer dan de helft van de huwelijken aan die strategische liefde. En die verstandshuwelijken – geen gedwongen huwelijken, voor alle duidelijkheid – werken even goed. Alleen kunnen wij, in het Westen, ons dat niet meer voorstellen, met al onze romantische films en bespiegelingen.”

Exact wat we in Blind getrouwd zien? Spatten de vonken er niet meteen af, dan gooien sommigen al behoorlijk snel de handdoek in de ring.

“Dat is nochtans precies wat we hen op voorhand op het hart drukken: dat het die strategische vorm van liefde is die ze kunnen verwachten. Het goede nieuws is: we weten ook dat een ‘rationele’ relatie op lange termijn dezelfde geluks- en kwaliteitsscore behaalt als wanneer je er halsoverkop verliefd invliegt. Die twee vormen van liefde bereiken hetzelfde resultaat, alleen nemen ze een andere route.”

Hoe reageren de singles daar dan op?

“Veel deelnemers verzekeren ons: ‘Oké, worden we niet ogenblikkelijk verliefd, maar zien we dat het een goeie match kan zijn, dan zijn we er klaar voor om het rationeel te benaderen.’ Tot ze getrouwd zijn en die klik niet voelen. (lacht) Then they freak out. “Dat zie je elk seizoen opnieuw. Ze voelen zich teleurgesteld, willen niet meer verder proberen. Je ziet dat zowel bij mannen als bij vrouwen. En dat is niet hun fout. Het ligt er gewoon aan hoe we in onze westerse samenleving naar de liefde kijken: niet realistisch.”

Zijn die onrealistische verwachtingen ook ingegeven door sociale media of datingapps als Tinder? Volgens sociologe Eva Illouz, schrijfster van Waarom liefde eindigt, zitten we in een cultuur van ‘de swipe naar links’.

“Die datingapps zijn een tweesnijdend zwaard. Ze maken het makkelijker om op ‘prospectie’ te gaan, ze creëren kansen. Maar daar hangt ook een prijs aan vast: je moet selecteren. En laten we nu net zo bang zijn om verkeerd te kiezen. Dat leidt er ook toe dat we soms weigeren te werken aan de relatie die we hebben, omdat het gras aan de overkant groener lijkt. Want misschien is die ander toch net dat tikkeltje knapper, vlotter of interessanter? Dat maakt een langetermijn­relatie veel moeilijker.”

We hebben het lastig om te kiezen?

“Niet zozeer om te kiezen, wel om aan die keuze vast te houden. Want zodra er kinderen zijn en onze carrière op de rails staat, ligt onze relatie soms niet meer in lijn met onze verwachtingen. Alleen, dat was net hetzelfde geweest had je destijds gekozen voor persoon B, C, D of E. Het is de context die het onmogelijk maakt om in die fantasiewereld te blijven hangen. Je kunt niet elke avond champagne nippen met de beste minnaar én vader ter wereld.” (lacht)

Opvallend: wie ongewenst single is, houdt er een nóg idealistischer beeld op na van wat een relatie zou moeten zijn, bemerkt u.

“Misschien omdat zij al lang geen realitycheck meer hebben gehad. Stappen zij in een relatie, dan verwachten ze vaak te veel. Van zichzelf: dat ze al die emoties en vlinders moeten voelen. Van die ander: dat hun partner én hun geliefde is én hun beste vriend(in) én een goeie moeder of vader én iemand om mee op café te gaan. Of ze verwachten te veel van hoe een relatie werkt: het idee te moeten samensmelten tot één.

“We willen allemaal heel snel – haast ogenblikkelijk – uniek zijn voor de ander, terwijl zoiets juist jaren moet groeien. Daar zit een mismatch.”

Speelt leeftijd daar ook een rol in? Veerle (56), die ‘geen connectie’ voelt met Sven (51), zegt: ‘Wij zijn ouder, wij hebben meer bagage.’

“Zeker. Want hoe ouder we worden, hoe erger dat idealisme wordt. Vooral omdat je dan veel meer in rekening moet brengen: je kinderen, de pluskinderen, je carrière. We ‘meten’ onze relatie dan graag op dezelfde manier als toen we 20 waren, maar dat kan niet. Je zit met een volstrekt andere context waarin die relatie moet groeien. Dan moet je ook een andere maatstaf gebruiken.

“Dat is precies waar onze leeftijd ons tegenwerkt. Ja, we hebben als veertigers of vijftigers meer ervaring, we weten beter wat we willen en blablabla. Maar we oordelen ook heel snel en blijven vasthouden aan dat idee: ‘Nee, dit wordt niks, want hij heeft twee kinderen.’ Of: ‘Nee, zij woont te ver.’ Heel gek, want we vinden onszelf toch altijd zo flexibel met het ouder worden. Terwijl we juist dan veel sneller denken: geen tijd te verliezen, take it or leave it.”

U zit nu zelf, op uw 46ste, in hetzelfde schuitje. Tot twee jaar geleden was u samen met de moeder van uw kinderen. Neemt u dan als wetenschapper uw liefdesleven onder de loep?

“Ik denk dat ik, net als iedereen, minder rationeel ben als het op de liefde aankomt. (grijnst) Ook voor mij is dat gevoel van verliefdheid niet onbelangrijk. Maar los daarvan koester ik wel realistische verwachtingen. ‘Wat kan ik van mijn volgende partner verwachten? Wat zij van mij?’ Heeft ze kinderen, dan weet ik nu al dat ik niet haar nummer één zal zijn. Dat ik niet op alles en iedereen voorrang zal krijgen. Daar ben ik me nu al bewust van.

“Voorts weet ik ook wat ik het belangrijkste vind in een relatie. En dat is niet zozeer iemands persoonlijkheid, of die normen en waarden. Voor mij draait het vooral om humor, communicatie en seksualiteit. Als die cocktail er is, maak ik sneller compromissen op andere vlakken. Je ziet, ik ben geen moeilijke.” (proest het uit)

Hoe moeten we dat dan zien: uw vorige relatie doorstond de wetenschappelijke toets niet?

“Eerlijk gezegd, ik vind dat we die toets wél doorstaan hebben. Als de formule alleen maar slaagt als je levenslang samenblijft – en zo niet, dan heeft ze gefaald – dan is dat behoorlijk intens. Dan stel je wel heel hoge eisen.”

Ha, dus de liefdesformule hoeft niet eeuwig mee te gaan?

“Ik vind van niet, nee. Ik weet wel dat de meesten dat verwachten, of dat toch zouden willen. Maar we moeten daar realistisch in zijn: misschien is het niet voor eeuwig en altijd. Misschien was het een goede match voor tien of vijftien jaar, maar niet langer.”

Gert Martin Hald: ‘Verstandshuwelijken – geen gedwongen huwelijken – werken ook vandaag nog even goed als passionele liefdes.’Beeld VTM

Wel goed dat u dat zegt, want velen zien een scheiding toch nog altijd als een falen, niet?

(knikt heftig) “Velen voelen zich beschaamd. Ik moet zeggen: ook bij mij zat die schaamte er diep in, dat gevoel van falen. Nu worstel ik daar niet meer mee, ik heb dat van me afgeschud.”

De cijfers liegen er niet om. In ons land loopt een op de drie huwelijken op de klippen. Van de samenwonenden gaat zowat de helft uit elkaar. Zou die schade kleiner zijn, mochten we strategischer in de liefde staan?

“Als je zo redeneert, dan ga je ervan uit dat je met elkaar breekt omdat er iets fout gelopen is. Maar wat als scheiden even natuurlijk is als samenblijven? Misschien is ook dat, evolutionair gezien, een natuurlijke gang van het leven?”

Vier op de tien echtscheidingen waarbij er kinderen in het spel zijn, monden uit in een vechtscheiding. Waarom stappen we zoveel sneller naar een advocaat dan naar een bemiddelaar?

“Zijn er kinderen bij betrokken, dan staat er nog meer op het spel. Dat vereist nog betere communicatieskills én het vermogen om naar elkaars behoeftes te luisteren. Alleen, meestal zijn het juist deze vaardigheden waar het ons aan ontbreekt, als we scheiden. Voeg daar nog een portie oplaaiende emoties, teleurstelling, stress, schaamte en een gevoel van falen aan toe, en je krijgt een gevaarlijke cocktail die de strijd alleen maar voedt. Precies daar willen wij met ons digitaal platform de angel uithalen, om zo die vijandigheid te verminderen.”

Waarom zien we daar zo weinig van op tv: zijn we dol op de romantiek, maar bang voor hoe het kan uitdraaien?

“Ooit heb ik dat idee bij een productiehuis gepitcht: een tv-programma over scheidingen. Maar het antwoord was onverbiddelijk: hoe we het ook in beeld zouden brengen, het zou een verloren zaak zijn. Wel, daar was ik het dus volledig niet mee eens.” (lacht)

In het voorbije coronajaar klom het aantal echtscheidingen in België met 13 procent, de sterkste stijging in vijf jaar tijd. Houdt de coronacrisis lelijk huis in de liefde?

“Het is dubbel. Koppels die goeie tools hebben om te communiceren, om conflicten te ontmijnen, bloeien nu juist open. Ze hebben meer tijd samen, moeten niet elke dag in de file staan – wat vreselijk is in België. (fijntjes) Die koppels lijken er goed bij te gedijen.

“Daartegenover staan de koppels die al wat strubbelingen hadden, of bij wie het aan goede communicatie ontbreekt. Zij lijken elkaar de kop af te bijten, zijn sneller geagiteerd, minder vergevingsgezind. Precies daar zie je ook meer huiselijk geweld.”

We kunnen niet meer op café, werken massaal thuis, sporten vaak in ons eentje: wat voor impact heeft dat op de singles onder ons?

“Zij zien, net als onze jongeren, zwaar af. Ze hebben sowieso minder dates, minder ontmoetingen, minder seks dan voordien. Het enige wat je als single zowat kunt doen, is een wandeldate. Tja.

“Dat isolement doet wat met een mens: we zien meer angst, eenzaamheid en depressie bij singles. Want uitgerekend in tijden van crisis is sociaal contact nóg belangrijker. En laat dat nu net hetgene zijn wat in deze crisis wegvalt.”

De Deense corona-adviseur Søren Brostrøm hamerde er vorig jaar nog op: hoe er, zelfs in tijden van anderhalve meter afstand, wel nog ruimte moest zijn voor casual seks. Wie heeft er momenteel het boeiendste seksleven, denkt u: singles of koppels?

“Ongetwijfeld koppels, puur omdat ze meer tijd met elkaar doorbrengen. Al is dat natuurlijk een gemiddelde. Bij sommigen zal de seks juist op een lager pitje komen te staan, precies omdat je elkaar voortdurend zo dicht op de huid zit.”

Was dit seizoen van Blind getrouwd meer dan ooit een gewaagd avontuur, met dit virus?

“De coronacrisis was een gigantische uitdaging voor het programma. Weet je, als we iemand beter leren kennen, dan is dat voor een groot stuk ook omdat we die andere zien openbloeien bij familie en vrienden. We zien die plezant dronken worden op café, zien die schitteren in een hobby, of floreren op een festival.

“Maar wat je dit jaar ziet, is hoe de koppels noodgedwongen vastgeklonken zitten aan die vervloekte keukentafel. De producers moeten echt gedacht hebben: hoe gaan we dit in godsnaam boeiend houden? (lacht) Want die sociale lijm, die er anders wel is, ontbreekt. En dat legt geweldig veel druk op de koppels, en op hun manier van communiceren. Als de communicatie dan spaak loopt, knelt dat des te harder: voor ons als kijkers, maar ook voor de koppels zelf.”

Plus daarbij, zegt u: ‘Ze kunnen nooit eens ventileren tegenover hun collega’s of vrienden, nooit eens ademruimte nemen.’

“Het is zoals met jonge kinderen: je kunt niet eens naar het toilet zonder dat ze daar plots aan de deur staan. Misschien hebben we dat wel onderschat. Ook wij, als experts, hadden daar geen ervaring mee.

“Alleszins, dat zet ook druk op de koppels om duidelijk hun grenzen aan te geven: ‘Weet je, Martin, vandaag zou ik willen dat je een wandeling maakt die minstens vier uur duurt. Want ik heb het compleet gehad met jou.’ (lacht) En dan is het aan die ander om dat niet persoonlijk te nemen.

“Dat wordt dus spannend om te zien hoe dit zal uitpakken.”

Alles samen blijft ongeveer één op de vier koppels samen na Blind getrouwd. Is dat een resultaat dat we, met die hogere wiskunde, kunnen verwachten?

“Van de situatie die je met zo’n programma schept, is het moeilijk om meer te verwachten. Je verlangt dat mensen gevoelens ontwikkelen voor een volstrekt onbekende, en dat terwijl er hen voortdurend een camera op de hielen zit. Bovendien worden ze vaak apart genomen om over die emoties te reflecteren, waardoor ze het idee krijgen dat die gevoelens er versneld moeten komen. Niet zo’n ideale setting dus, om een relatie uit te bouwen. (lachje)

“Wel belangrijk: het toont ons wat het met een relatie kan doen als we er van bij het begin te veel druk op leggen. In die zin steken alle deelnemers er wel iets van op. Zelfs al blijven ze niet getrouwd, dan nog hebben ze nieuwe relatieskills bijgeleerd. Vaak vinden ze na afloop van het programma wel een partner, en doen ze hun voordeel met die opgedane kennis. En dat terwijl de geschiedenis zich anders misschien zou hebben herhaald, en ze alweer hun tanden op hetzelfde stuk hadden gebeten.”

Maar het mocht gerust wat meer zijn voor u?

“Tuurlijk, ik zou maar wat graag willen dat er meer koppels samen uitkomen. Net zoals ik ook zou willen dat het programma een half jaar langer duurt, alvorens ze moeten beslissen: getrouwd blijven of niet? Maar dat zou misschien saaie televisie opleveren.” (lacht)