G7 bereikt historisch akkoord dat multinationals en techbedrijven hogere belastingen doet betalen

De grote rijke landen zijn het onder meer eens geraakt over het principe van een wereldwijde vennootschapsbelasting van minstens 15 procent. De deal kan Europese landen meer mogelijkheden bieden om Amerikaanse technologiebedrijven zoals Facebook en Amazon te belasten.

Het akkoord dat de zeven landen bereikten in Londen, effent de weg voor een breder akkoord binnen de G20, mogelijk volgende maand al. De bedoeling is te vermijden dat multinationals hun winsten nog verschuiven om hun belastingfactuur te verlagen, die bedrijven meer te doen betalen in de landen waar ze actief zijn, en het systeem aan te passen aan handel in data en informatie.

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) reageerde alvast positief op het akkoord. In een tweet begroette de Belgische minister dit als “een historische beslissing!”.

“Met een wereldwijde #minimumbelasting zetten we een belangrijke stap in de strijd tegen belastingontwijking en belastingparadijzen. Ook multinationals en techbedrijven moeten een eerlijke bijdrage leveren. Dat is maar logisch”, aldus Van Peteghem op Twitter.

De G7 bestaat uit Canada, Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en de EU. Met de overeenkomst willen ze een einde maken aan een jarenlange “race naar de bodem” tussen landen die met ultra-lage belastingen en uitzonderingen grote bedrijven willen lokken. Dat heeft de staatskassen van die landen miljarden euro’s gekost, geld dat ze nu nodig hebben om hun economieën herop te bouwen na de verwoestende coronapandemie.

De Verenigde Staten stelden een wereldwijde minimumbelasting voor bedrijven voor van 15 procent, maar er was aanvankelijk onenigheid over het exacte tarief en welke bedrijven er allemaal aan onderworpen moesten worden. De VS stelden voor om de belasting alleen in te voeren voor de honderd grootste en meest winstgevende bedrijven ter wereld. De Europese landen wilden de regels echter zodanig opstellen dat grote bedrijven met lagere winstmarges, zoals Amazon, toch hogere belastingen moeten betalen. Ze wilden ook dat bedrijven belastingen betalen op de plaats waar ze verkopen en niet waar ze hun winst boeken of hun hoofdkwartier vestigen.

LEES OOK: Bitcoin verliest aan waarde na ‘gebroken hart’ Elon Musk

Bekijk ook: