Direct naar artikelinhoud
AchtergrondKlimaat en voedsel

Red de planeet met wat je eet: ‘Chips en blikvoeding zijn veel beter dan kaas en kerstomaten’

Red de planeet met wat je eet: ‘Chips en blikvoeding zijn veel beter dan kaas en kerstomaten’
Beeld Reporters / DPA

U wilt het klimaat redden door uw dieselslurpende wagen in de garage te laten staan? Misschien moet u dan eerst eens nadenken over wat u zélf zoal elke dag verslindt, want wat we eten is goed voor liefst een kwart van de wereldwijde CO2-uitstoot. Sarah Bridle, professor astrofysica aan de Universiteit van Manchester, deed wat berekeningen en bundelde die in een handige gids met voedingtips voor een groen dieet. Worden we straks allemaal klimatariër? ‘Geen paniek: bier en wijn maken niet het grote verschil.’

Jarenlang boog Sarah Bridle zich over de grote vragen aangaande de kosmos en gold ze als één van de briljantste astrofysici van het Verenigd Koninkrijk, maar enkele jaren geleden maakte ze een opmerkelijke carrièreswitch. Ze liet het universum voor wat het was, en stortte zich met volle overgave op het klimaat en voeding.

Hoe komt een gevierde astrofysicus erbij om zich plots met het klimaat te gaan bezighouden?

Sarah Bridle: “Aanvankelijk was ik niet zo heel erg bezig met klimaatverandering. Net zoals vele anderen heb ik lang mijn kop in het zand gestoken – de hele tijd bezig zijn met verre sterrenstelsels helpt wellicht niet om te zien wat er op déze planeet gaande is (lacht). Maar toen mijn kinderen een paar jaar geleden naar school begonnen te gaan, dacht ik: wat vertel ik hun als ze me over een jaar of twintig vragen wat ik heb gedaan om klimaatverandering tegen te gaan?

“Rond diezelfde tijd vertelde mijn mentor, vriend en collega David MacKay (een gerespecteerd wiskundige, natuurkundige en professor aan de universiteit van Cambridge, red.) dat hij maagkanker had. David was als wetenschapper bezig met klimaatopwarming. Hij was iemand die vond dat academici niet in hun ivoren toren mochten blijven zitten en had een boek over duurzame energie geschreven voor een breed publiek. Na zijn dood heb ik me afgevraagd welke bijdrage ik kon leveren. Ik heb zijn boek als inspiratiebron genomen en ben aan een eigen boek begonnen. Ik ben in de cijfers gedoken, en wat ik zag, heeft me gechoqueerd. Ik begrijp nog steeds niet waarom we niet de hele tijd met klimaatverandering bezig zijn. Zo zorgwekkend is de situatie namelijk.

“Nu, de ontdekking dat voeding een grote rol speelt in het klimaatvraagstuk, vond ik wel zeer interessant. Wat we eten, hebben we zelf in de hand. Dus kunnen we ook zélf dingen veranderen.”

Eén van de redenen om het boek te schrijven, zegt u, is dat het tot uw grote verbazing nog niet eerder was gedaan.

Bridle (lacht): “Klopt. Ik dacht even makkelijk te googelen wat de uitstoot van bepaalde voedingswaren was, maar dat viel dus enorm tegen. Ik ben dan maar in de wetenschappelijke literatuur gedoken. Voor het grote publiek zijn die artikels niet beschikbaar, of moeilijk te begrijpen. Dus besloot ik alle onderzoek te vertalen voor een groot publiek. Mike Berners-Lee had dat al eerder gedaan met het fantastische How Bad Are Bananas?: in dat boek brengt hij de voetafdruk van allerlei dingen in kaart, van datacentra en centrale verwarming tot zwembaden en bananen. Ik wilde me specifiek op voeding richten, en bekijken hoe je de CO2-uitstoot van verschillende maaltijden kunt reduceren. Daar ben ik dus drie jaar obsessief mee bezig geweest. Dat was wellicht ook een reden waarom zo’n boek nog niet bestond: het is toch wel een hoop werk (lacht).”

U was ook verrast over hoe groot de impact van voeding op de klimaatopwarming is.

Bridle: “Ik denk dat weinig mensen het beseffen, maar voeding is verantwoordelijk voor een kwart van de totale CO2-uitstoot. En als we het gebruik van fossiele brandstoffen blijven afbouwen – wat we sowieso zullen moeten doen – zal voeding op termijn zelfs de belangrijkste bron van CO2-uitstoot worden.

“Weet je, de impact van voeding op de klimaatopwarming wordt niet voor het grootste deel veroorzaakt door het gebruik van fossiele brandstoffen, maar door ontbossing om landbouwgronden vrij te maken. En door broeikasgassen als stikstofoxide en methaan, die afkomstig zijn van kunstmest en vee, maar ook van rottend voedselafval. Kortom, als we volledig overschakelen op groene energie, zullen we de klimaatdoelstellingen nog altíjd niet halen.

“De uitstoot van voeding zal in de toekomst alleen maar groter worden, omdat de wereldbevolking blijft groeien. In veel ontwikkelende landen neemt de vleesconsumptie bovendien snel toe. Dat is nefast, want vlees heeft een grotere impact op het klimaat dan plantaardige voeding. Gelukkig wordt er over de hele wereld niet zoveel vlees gegeten als bij ons in het Westen, want dat zou de planeet simpelweg niet aankunnen.”

SLECHTE SMAAK

Als het op onze voeding aankomt, moeten we volgens u streven naar een dagelijkse CO2-uitstoot van 3 kilo.

Bridle: “Uiteindelijk zullen we zelfs op een uitstoot van nul moeten uitkomen. Maar volgens de huidige wetenschappelijke inzichten moet de CO2-uitstoot tegen 2030 gehalveerd worden om de opwarming tot 1,5 graden te beperken. Gemiddeld stoot elke mens ter wereld nu 6 kilo CO2 per dag uit door het voedsel dat hij eet. Dat moeten we dus zien te halveren tot 3 kilo.”

Hoe pakken we dat aan? Moeten we vooral rundsvlees en zuivel vermijden, aangezien koeien zoveel CO2 uitstoten?

Bridle: “Koeien leveren inderdaad een flinke bijdrage aan de klimaatopwarming. Ongeveer 5 procent van de calorieën die een koe opneemt, boert ze weer uit als methaan, een broeikasgas dat tachtig keer krachtiger is dan CO2. Het is trouwens een misverstand dat koeienscheten zo schadelijk zijn: methaan wordt geproduceerd door de microben waarmee koeien gras verteren in hun maag, en komt er dus vooral via hun muil weer uit.

“Een bijkomend probleem is dat koeiendrek veelvuldig wordt gebruikt als mest, omdat het veel stikstof bevat. Dat is goed voor de gewassen, maar minder voor de planeet: het goedje bevat veel distikstofoxide, een broeikasgas dat liefst 270 keer krachtiger is dan CO2.”

SLECHTE SMAAK
Beeld AFP

Een steak van 225 gram is goed voor een uitstoot van liefst 10 kilo CO2, of ruim drie keer het richtbudget van 3 kilo. Dat is echt enorm.

Bridle: “Dat is ook de reden waarom ik zeer concrete cijfers op de uitstoot van verschillende etenswaren wilde plakken. Je ziet meteen dat het wel degelijk een groot verschil maakt als je rundsvlees van je menu schrapt of een iets kleinere steak eet.

“Maar ook melk- en zuivelproducten hebben een grote uitstoot. Een doorsnee latte heeft, vooral door de hoeveelheid melk erin, een uitstoot van bijna 1,5 kilo. Dat is liefst de helft van je dagelijkse CO2-budget. Kaas heeft een nog grotere impact, omdat je ongeveer 10 liter melk nodig hebt om 1 kilo kaas te maken. Een sandwich met boter en kaas is goed voor meer dan vijf keer zoveel emissies als een sandwich met confituur of pindakaas.”

Kan plantaardige melk, waarvan er tegenwoordig veel soorten bestaan, een alternatief zijn?

Bridle: “Zeker. Plantaardige melk zorgt maar voor half zoveel uitstoot als gewone koemelk.”

Aangezien alle voeding die afkomstig is van koeien slecht is voor het klimaat, lijkt de beste optie om gewoon veganist te worden.

Bridle: “Niet helemaal. Het hangt er namelijk vanaf wát je eet. Als je veel groenten en fruit eet die met het vliegtuig zijn getransporteerd, veel met de auto rondrijdt om verse producten te kopen en de oven vaak aanzet voor kleine porties, kan een veganistisch dieet net sléchter zijn voor de planeet.

“Ik ben zelf even veganist geweest, en ik kan me ook voorstellen dat zo’n dieet niet ieders meug is. Veganistische kaas heeft me bijvoorbeeld nog niet kunnen overtuigen. Meestal is die gemaakt van olie, zetmeel en water, en dat merk je helaas aan de smaak en textuur. Door het productieproces zijn ook alle vitaminen en mineralen uit de ingrediënten verwijderd, zodat ze een lagere voedingswaarde hebben dan gewone kaas. De uitstoot is tien keer lager, maar dat is eigenlijk het enige voordeel.

“Mensen die veganisme een brug te ver vinden, kunnen ook nog altijd vegetariër worden. Een vegetarisch dieet is goed voor 60 procent van de uitstoot van het gemiddelde gewone dieet, waar dat bij een veganistisch dieet 50 procent is. Dat scheelt dus maar 10 procent. Maar ook hier geldt weer: het hangt ervan af wat je eet. Als je kip door kaas vervangt, is je uitstoot net groter. Kip is namelijk beter voor het klimaat dan kaas.”

Wie absoluut niet zonder vlees kan, kiest dus best voor kip?

Bridle: “Kippen zijn ongeveer tien keer efficiënter in het omzetten van voer in vlees dan koeien. Het grootste deel van de uitstoot komt van de productie van het voer voor de kip: dat is meestal soja, die geteeld wordt op landbouwgrond waarvoor bossen werden gerooid. Varkensvlees zit ergens tussen kip en rund in.

“Ik heb de berekening gemaakt voor een portie spaghetti bolognaise. Het gewone recept met rundsgehakt is goed voor een uitstoot van ongeveer 6,5 kilo, dus meer dan het dubbele van het dagelijkse streefdoel. Vervang je het rundsgehakt door kippengehakt, dan kom je op een uitstoot van 1,8 kilo. Gebruik je geen gehakt maar linzen, dan kun je de uitstoot nog eens halveren.”

‘Een steak van 225 gram is goed voor een uitstoot van 10 kilo CO2, of ruim drie keer meer dan je dagelijks zou mogen verbruiken’Beeld Foto RV

VLIEGENDE ASPERGES

Eén ding lijkt nu wel duidelijk: plantaardig is altijd beter dan dierlijk.

Bridle: “Klopt. Maar ook daar zijn weer grote verschillen. Een belangrijke factor is de manier waarop fruit en groenten zijn vervoerd. We kunnen tegenwoordig het hele jaar door zowat alle groenten en fruit eten, maar dat betekent dat ze buiten het seizoen vaak van ver komen. Een sinaasappel die per boot is overgekomen uit Zuid-Amerika kan geen kwaad, maar boontjes die met het vliegtuig vanuit een ander continent zijn overgevlogen, dat is nog wat anders. Dan zit je al bijna aan de uitstoot van kip. Het probleem is dat het als consument moeilijk te achterhalen is hoe producten hier zijn geraakt. Een goeie graadmeter is of het product een paar weken goed blijft in de koelkast, en dus per boot kan worden vervoerd. Aardbeien, frambozen, blauwe bessen, asperges en sperziebonen worden buiten het seizoen vaak per vliegtuig overgevlogen. Bananen of appels zijn meestal per boot vervoerd: daarover hoef je je geen zorgen te maken. Maar nog beter is: lokale seizoensproducten kopen.

“De manier van kweken is uiteraard ook van belang: de emissie van een tomaat die in een verwarmde serre is gekweekt, ligt tachtig keer hoger dan die van een tomaat die ’s zomers op een veld wordt gekweekt. Kerstomaten hebben doorgaans een nog veel grotere uitstoot.”

Hoe zit het met groenten en fruit uit blik?

Bridle: “Hun impact bleek tot mijn verbazing zeer goed mee te vallen. Blikvoeding bewaart bovendien langer, zodat het tot minder voedselverspilling leidt. En omdat de inhoud al gekookt is, moet je voor de bereiding minder energie verbruiken. Een paar blikken fruit of groenten per dag zullen geen significante bijdrage leveren aan je CO2-uitstoot. Ik heb er altijd wat in voorraad. Het is makkelijk én klimaatvriendelijk.”

Sommige dingen – bijvoorbeeld chips en chocolademousse – hebben dan weer een verrassend lage uitstoot. Denken we onbewust dat ongezonde voeding ook slecht is voor het klimaat?

Bridle: “We maken inderdaad die associatie. Onterecht, zo blijkt. 1 gram chips is goed voor 2 gram emissie. Als je twee pakjes van 25 gram eet, is dat slechts 5 procent van je dagelijkse 3 kilo emissie. Eén portie chocolademousse betekent dan weer 280 gram. Kleine tip: je kunt de uitstoot van chocolademousse meer dan halveren als je aquafaba gebruikt in plaats van eieren. Dat is het water dat overblijft na het koken van kikkererwten. Je kunt het net als eiwit opkloppen. Het is nog niet zo heel lang bekend, maar men gebruikt het steeds vaker als een alternatief voor eieren. Die zorgen namelijk voor redelijk wat uitstoot: 5 gram CO2 per gram ei. Twee gebakken eieren zijn – olie en bakken inbegrepen – goed voor ongeveer 750 gram uitstoot. Of één vierde van je dagelijkse CO2-budget.”

Om het even over drank te hebben: kiezen we best voor plastic of glazen flessen?

Bridle: “Als je alles in rekening brengt van productie tot transport – glazen flessen zijn bijvoorbeeld zwaarder om te vervoeren – heeft glas dubbel zoveel impact op het klimaat als plastic. Maar plastic zorgt dan weer voor meer vervuiling en voor microplastics in de oceanen.”

Hoe zit het met de CO2-emissie van alcohol? Drinken we best bier of wijn?

Bridle: “Dat is een vraag die op lezingen ook altijd terugkomt (lacht). En mensen zijn altijd zeer opgelucht als ze horen dat één glas alcohol per dag niet het grote verschil zal maken. Uiteraard hangt het ervan af waar het product juist vandaan komt, maar over het algemeen is er qua uitstoot niet veel verschil tussen bier en wijn. Hoeveel je drinkt, is een belangrijker factor (lacht).

Van biologische voeding weten we dat ze gunstig is voor het milieu, maar is ze ook beter voor het klimaat?

Bridle: “Dat is een vrij ingewikkeld verhaal. Dieren in de bioteelt leven doorgaans langer, wat betekent dat ze ook langer methaan afgeven. En dat er meer voer nodig is, waarvoor weer meer land moet worden vrijgemaakt. Daardoor hebben ze soms een grotere impact op het klimaat dan dieren uit de gewone veeteelt.”

SCHIMMEL ETEN

Een bron van CO2- uitstoot die vaak over het hoofd wordt gezien, is voedselverspilling.

Bridle: “Voedselverspilling draagt op twee manieren bij aan de klimaatverandering: om te beginnen door het onnodige gebruik van energie voor voeding die we niet consumeren. Wereldwijd gaat ongeveer één derde van het voedsel verloren. En dat is niet omdat supermarkten alleen maar perfect uitziende groenten en fruit willen, of omdat er in restaurants zoveel wordt weggegooid: 70 procent van de voedselverspilling gebeurt bij mensen thuis, en komt van borden die maar half zijn leeggegeten, of voeding die nog in de verpakking in de vuilnisbak wordt gegooid.

Lees ook

Staar je niet blind op de houdbaarheidsdatum, en andere tips om minder voedsel weg te gooien. Jaarlijks gooien we met z’n allen bijna 241.000 ton voedsel weg, goed voor 88 kilogram per gezin. Met deze vier simpele tips kan u verspilling tegengaan én geld besparen.

“Als die voeding op vuilnisbelten wegrot, produceert ze ook nog eens het broeikasgas methaan. Als je alles bij elkaar optelt, is voedselverspilling dagelijks verantwoordelijk voor gemiddeld 1 kilo CO2-uitstoot per persoon. En dan heb je dus nog niet gegeten (lacht). Op dat vlak valt er zeker nog winst te boeken.”

Biedt biotechnologie een oplossing? Over de hele wereld werken start-ups aan de ontwikkeling van kweekvlees en vleesalternatieven zoals mycoproteïnes, een soort gekweekte schimmel waarvan quorn een bekend voorbeeld is.

Bridle: “De uitstoot van mycoproteïnes komt vooral van de voedingsstoffen die nodig zijn om schimmelcellen in een vloeistof te kweken. Bij quorn gaat het om minder dan de helft van de uitstoot van kip. In het lab gekweekt vlees heeft momenteel wel nog een grote impact op het klimaat, omdat het een zeer ingewikkeld technologisch proces is, maar ik zie niet in waarom die op termijn niet dezelfde zou worden als die van mycoproteïne. De ontwikkelingen op dat vlak zijn alvast veelbelovend.

“Het publiek moet wel meewillen. Zelf zie ik geen graten in vlees uit een lab, maar uit studies weten we dat minder dan de helft van de consumenten bereid is om het te proberen.

“We zullen hoe dan ook minder vlees moeten consumeren. Ook omdat de productie van vlees nu veel te veel land in beslag neemt. Ongeveer 80 procent van de landbouwgrond wordt gebruikt voor de productie van veevoer. Mochten we allemaal veganistisch gaan eten – wat voor mij nu ook weer niet hoeft, voor alle duidelijkheid – zou liefst driekwart van alle landbouwgrond vrijkomen. Die zouden we dan kunnen gebruiken om massaal bossen te planten. Of je zou grote velden met zonnepanelen kunnen aanleggen. Zo zou ons voedselsysteem een deel van de oplossing kunnen worden, in plaats van het probleem.”

Het vliegtuig en de auto hebben een veel grotere CO2-uitstoot dan onze voeding. Mensen zouden kunnen denken: waarom zou ik zoveel aandacht besteden aan mijn menu, als dat relatief weinig impact heeft?

Bridle: “Eén transatlantische vlucht is – uitgespreid over een jaar – goed voor een uitstoot van bijna 9 kilo per dag. Eén zo’n vlucht heeft dus een grotere impact dan alles wat je op een jaar tijd eet. Maar we mogen het belang van onze voeding toch ook niet onderschatten. Met elke maaltijd heb je een impact. Als we anderen dan ook nog eens zover krijgen om hetzelfde te doen, kan het alles bij elkaar toch een serieus verschil maken. Een verschil dat we ook nodig zullen hebben, vrees ik.”

Kan of moet de overheid een rol spelen om iedereen mee te krijgen?

Bridle: “Ik denk het wel, anders zullen nooit genoeg mensen hun dieet aanpassen, en halen we niet de winst die we zouden kúnnen boeken. De overheid kan allerlei maatregelen nemen. Ik denk dan bijvoorbeeld aan labels die duidelijk aangeven of fruit of groenten per vliegtuig of per boot werden getransporteerd. En een score die de CO2-uitstoot van een product aangeeft, vergelijkbaar met de nutriscore. Men zou er ook voor kunnen kiezen alleen nog klimaatvriendelijke producten te subsidiëren, en voeding met een grote uitstoot net extra te belasten. De opbrengsten van zo’n CO2-taks kun je dan gebruiken om gezonde voeding goedkoper te maken.

“Het probleem is dat raken aan de voedingsgewoonten van mensen heel gevoelig ligt. Geen enkele politicus wil er zijn vingers aan verbranden. Maar verandering moet érgens beginnen. Kijk naar hoe het met plastic is gegaan. In het Verenigd Koninkrijk werd in 2014 een taks ingevoerd op plastic zakjes. Vier jaar later was het gebruik ervan met liefst 80 procent afgenomen. Overheden, beleidsmakers, bedrijven en supermarkten pakken er nu graag mee uit hoe ze hun plasticgebruik hebben gereduceerd. Het zou mooi zijn als politici en supermarkten straks op dezelfde manier trots uitpakken met de maatregelen die ze hebben genomen om de klimaatimpact van voeding te verminderen.

“Een jaar of tien geleden waren er enkele supermarktketens en voedingsbedrijven die de CO2-uitstoot op de verpakking van hun producten vermeldden, maar ze zijn er snel mee gestopt, omdat niemand erin geïnteresseerd was. Wellicht omdat we toen nog geen vier hittegolven per jaar hadden (lacht). Nu zijn de geesten er wél rijp voor. Ik hoop dat de bevolking de politiek zal aansporen om actie te ondernemen.”

ZONDIGEN MAG

U bent zelf ook anders gaan eten. Was dat makkelijker of moeilijker dan u had gedacht?

Bridle: “Ik vrees dat ik zeer fanatiek ben geworden, anders had ik er ook geen boek over geschreven (lacht). Ik verwacht niet dat iedereen hetzelfde doet, maar ik ben constant aan het experimenteren om gerechten klimaatvriendelijker te maken. En ze tegelijk smakelijk te houden, want mijn gezin moet het natuurlijk ook nog willen eten (lacht). Momenteel ben ik aan het bekijken wat er mogelijk is met gedroogde erwten. Ik experimenteer veel met erwtenbloem. Daar kun je onder meer pizza’s mee maken. En onlangs nog heb ik een chili gemaakt met lokaal geteelde erwten als vleesvervanger.

“Ik besteed er dus flink wat tijd aan, maar ik heb ook geleerd dat je met kleine ingrepen een groot verschil kunt maken. Gerechten worden bijvoorbeeld vaak afgewerkt met een laagje geraspte kaas. Als je dat weglaat of door een alternatief vervangt, scheelt dat flink qua uitstoot.”

Welk praktisch advies hebt u voor mensen die zelf klimaatvriendelijker willen gaan eten?

Bridle: “Je kijkt best eerst wat de meest klimaatonvriendelijke voeding is in je dieet, en of je die eventueel kunt verminderen. Je hoeft bepaalde voeding dus niet noodzakelijk volledig te schrappen. Dat is voor veel mensen ook te veel gevraagd. Het is beter om te focussen op wat je wél mag eten. Als je meer lokaal geteelde groenten en fruit eet, zul je automatisch minder voeding consumeren die slecht is voor het klimaat. Dierlijk eiwit kun je vervangen door plantaardige eiwitten uit peulvruchten, of plantaardige vleesvervangers – die almaar beter worden, trouwens.

“Probeer ook niet te overdrijven, iets waaraan ik me overigens zelf heb bezondigd. Als je echt op de allerkleinste dingen gaat letten om toch nog maar een paar procenten te winnen, put je jezelf uit en dreig je het op te geven. De dingen tegen elkaar afwegen helpt: de oven wat minder gebruiken levert meer op, en is makkelijker dan de kookplaat afzetten net voor het water kookt.

“Vlieg er ook niet té enthousiast in. Je dieet veranderen is zeer ingrijpend, en ook een kwestie van trial-and-error. De kans is groot dat je in het begin een paar dingen maakt die mislukken en regelrecht de vuilnisbak in kunnen, waardoor je net het omgekeerde bereikt en ontmoedigd raakt. Probeer daarom geleidelijk je dieet te veranderen, door bijvoorbeeld één dag in de week klimaatvriendelijk te eten en met nieuwe gerechten te experimenteren. Bevalt het je? Las dan geleidelijk aan meer klimaatvriendelijke dagen in.”

Eten is iets dat we associëren met smaak, plezier en gezelligheid. Hoe vermijd je dat het een last wordt?

Bridle: “Ik verwijs altijd naar de zogenaamde feastarians: vegetariërs die wel vlees eten bij speciale gelegenheden, zoals etentjes en feestjes, om zichzelf eens een pleziertje te gunnen. Dat maakt het sociaal makkelijker. Af en toe eens zondigen kan geen kwaad. Onze uitstoot is belangrijk, maar genieten van het leven is dat óók.”

In Amerika geven restaurantketens als Chipotle al aan welke gerechten het klimaatvriendelijkst zijn, Just Salad biedt zelfs een CO2-arm menu aan. Er zijn ook al een aantal apps met klimaatvriendelijke gerechten.

Bridle: “Er is inderdaad wat aan het bewegen. Toen ik vier jaar geleden veganistisch ging eten, was dat niet simpel, omdat het aanbod zeer beperkt was. Dat is volledig veranderd. Als ik destijds op restaurant beleefd vroeg of er een veganistische optie was, werd ik in sommige zaken bekeken alsof ik problemen zocht. Tegenwoordig doen restaurants er niet moeilijk meer over, en hebben ze altijd wel iets voor veganisten op de kaart.

“Het zou wel mooi zijn als restaurants hier, net zoals die Amerikaanse ketens, de CO2-uitstoot bij de gerechten zouden vermelden. Verschillende vleesproducenten bekijken bijvoorbeeld hoe ze koeien minder methaan kunnen doen uitstoten door hun voer aan te passen. Dat zouden wij als consumenten moeten weten, zodat we zulke producenten kunnen steunen.”

Hoe belangrijk informatie over dit onderwerp is, blijkt ook uit een klein experiment aan de Universiteit van Californië in Los Angeles. Studenten die een cursus kregen over de relatie tussen voeding en klimaat, consumeerden op slag zoveel minder vlees dat hun emissie met één kilo per dag verminderde.

Bridle: “Dat is inderdaad een mooi voorbeeld. Op dit moment proberen veel mensen hun impact op de planeet zoveel mogelijk te beperken, maar ze doen niet noodzakelijk de juiste dingen. Correcte informatie helpt eventuele misvattingen uit de wereld.

“Wat mij optimistisch stemt, is dat je niet per se de meerderheid van de bevolking moet meehebben om voedingsbedrijven en supermarkten te beïnvloeden. Als we de vele mensen die nu al bezorgd zijn om het klimaat juiste informatie geven, kunnen we het systeem ook veranderen.”

De klimaatopwarming kan een invloed hebben op de voedselproductie. Bestaat de kans dat we straks met grote voedseltekorten zitten?

Bridle: “De opwarming zal een invloed hebben op de opbrengst van landbouwgewassen. In sommige regio’s, zoals delen van Rusland en Canada, zal er volgens de voorspellingen meer opbrengst zijn, maar rond de evenaar, en dan vooral in Afrika, zullen de oogsten veel kleiner zijn. De klimaatopwarming kan ook een nefaste invloed hebben op de bijenpopulatie, terwijl die nodig is om gewassen te bevruchten. Het warmere klimaat kan ook leiden tot meer insectenplagen en ziekten bij landbouwgewassen. Nog verontrustender is de toename van extreme weerfenomenen zoals stormen, bosbranden en langdurige droogte. De gevolgen daarvan zien we nu al.

“De wereldwijde voedselvoorziening hangt voor het grootste deel af van slechts een paar zeer productieve regio’s, de zogenaamde graanschuren van de wereld. Als in hetzelfde jaar een paar van die regio’s door extreem weer worden getroffen, is het niet ondenkbaar dat er wereldwijd voedseltekorten ontstaan.”

Hebt u het gevoel dat mensen voldoende beseffen hoe ernstig de klimaatopwarming is, en hoe groot de noodzaak om er iets aan te doen?

Bridle: “Het hangt ervan af aan wie je het vraagt. Veel mensen hebben hard gewerkt voor hun mooie auto: ze willen die nu niet zomaar afgeven, en er al zeker geen schuldgevoel over hebben. Dat is typisch menselijk: als we ons slecht voelen over iets, hebben we de neiging onze kop in het zand te steken, zodat we er niet over hoeven na te denken. Ik heb de indruk dat steeds meer mensen last hebben van klimaatangst, en liever geen doemberichten horen.”

Hoe ziet u de toekomst? Denkt u dat we de opwarming tot 1,5 graden kunnen beperken? Om dat te halen zou de mens de komende decennia nog een manier moeten vinden om grote hoeveelheden CO2 uit de atmosfeer te halen en op te slaan, schrijft u.

Bridle: “Technologisch is dat perfect doenbaar. Het zal vooral véél politieke wil vergen. De burgers moeten de politiek een signaal geven: het is oké, neem die onpopulaire beslissingen maar. Anders zullen politici nooit de nodige maatregelen treffen, uit angst afgestraft te worden bij de volgende verkiezingen. Wat allemaal niet wegneemt dat ik optimistisch blijf (lacht).”

Sarah Bridle, ‘Food and Climate Change Without the Hot Air’, Cambridge Ltd.

ZONDIGEN MAG
Beeld RV

© Humo