Chinese oorlogsveteraan komt na 55 jaar eindelijk thuis
In het najaar van 1962 vochten China en India op meer dan 5.000 meter hoogte een grensconflict uit. Kort na de oorlog werd de toen 23-jarige soldaat Wang Qi door het Chinese Volksbevrijdingsleger ingeschakeld om in het gebied wegen aan te leggen. Hij raakte verdwaald in het onherbergzame hooggebergte en kwam over de betwiste grens terecht, waar hij werd gevangengenomen door de Indiase autoriteiten.
Wang Qi belandde bijna zeven jaar in de gevangenis, en toen hij in 1969 vrijkwam, werd hij naar een afgelegen, armoedig dorp gebracht waar hij verplicht werd om een nieuw leven uit te bouwen. Hij trouwde met een Indiase vrouw, kreeg kinderen en kleinkinderen, maar bleef er van dromen om ooit naar zijn vaderland te kunnen terugkeren.
Maar een visum werd hem decennialang geweigerd, tot de Chinese ambassade zich de voorbije jaren met zijn zaak ging bezighouden en hem uiteindelijk een Chinees paspoort bezorgde.
"Laat hem de Gele Rivier zien en bied hem een kom Shaanxi-noedels aan"
Vandaag is Wang Qi, 77 intussen, eindelijk teruggekeerd naar de plek van zijn jeugd in de provincie Shaanxi. "Laat hem de Gele Rivier zien en bied hem een kom Shaanxi-noedels aan", klinkt het enthousiast op Chinese online-platformen. En nog: "Zijn accent is niet veranderd, maar zijn haar is grijs geworden". "Welkom thuis, soldaat, het is een zware tocht geweest", stond te lezen op spandoeken in zijn geboortestad Xianyang.
Wang Qi reisde samen met zijn kinderen en kleinkinderen, zijn vrouw bleef in India.
Hij wil absoluut zijn broer terugzien, die hij 55 jaar lang heeft moeten missen. Wang Qi is overigens niet de enige Chinese oorlogsveteraan die op dezelfde manier in India moest blijven hangen. Hij heeft een lotgenoot, maar die heeft geen familie meer in China en was geen vragende partij om de reis nog te maken.
