Direct naar artikelinhoud
AchtergrondVastgoedmarkt

Vier op de tien 50-plussers willen kleiner én comfortabeler gaan wonen voor hun pensioen

Verbouwen en uw woning aanpassen aan uw noden of verhuizen blijken vaak de beste keuzes.Beeld Getty Images

Vier op de tien Vlaamse vijftigplussers willen voor hun pensioen verhuizen naar een kleinere woning op maat van een comfortabele oude dag. ‘Elke 55-jarige zou de afweging moeten maken: ofwel grondig renoveren ofwel kleiner gaan wonen.’ 

Klein maar fijn. Dat is - kort samengevat - de tactiek waarmee steeds meer 55-plussers op de vastgoedmarkt stappen. Waar senioren vroeger vaak trouw bleven aan de strategie ‘zo lang mogelijk in het huis blijven’, zoeken ze nu sneller een compacte woning. Vier op de tien vijftigplussers plannen vóór hun pensioen te verhuizen naar een kleinere woning die al op maat is van een oude dag, zo blijkt uit een onderzoek van iVox bij duizend Vlaamse 50-plussers in opdracht van Hillewaere Vastgoed. 

“De nieuwe generatie 50-plussers is duidelijk veel meer bezig met hun pensioen en vooral met wat er daarna op hen afkomt: financieel, materieel en op vlak van hun gezondheid”, zegt Roel Druyts van Hillewaere. “Het zijn mensen die vaak bij hun eigen (groot)ouders zagen hoe moeilijk het kan zijn om tot de laatste dag in de vertrouwde woning te blijven. Denk aan valpartijen, thuiszorg, een opeenvolging van renovatiekosten en een hoge energiefactuur. Daarom kiezen ze er vaker bewust voor de zaken een beetje ‘voor’ te zijn. Meestal maken ze de klik wanneer de kinderen het huis uit zijn en ze merken dat de indeling van hun woning niet meer voldoet aan hun levensstijl. Met nog een 10- à 15-tal jaar werken voor de boeg kunnen ze gemakkelijker een nieuwe woonlening afbetalen. Dankzij de opbrengst uit de verkoop van hun huidige woning is deze doorgaans niet al te zwaar. 

Ongevallen

Volgens de enquête zijn de belangrijkste redenen om vroeg te verhuizen: de vrees voor onnodig veel onderhoud, een opeenstapeling van kosten en mogelijke ongevallen door obstakels zoals steile trappen. Bijna de helft (46 procent) van wie kleiner wil gaan wonen, kiest een appartement. “Ook opvallend in de studie is dat vooral vrouwen het belangrijker vinden niet meer te groot te wonen, dicht bij het openbaar vervoer én voldoende winkels met basisvoorzieningen zoals een bakker en een supermarkt in de buurt te hebben.”

Vooral in Antwerpen (42 procent) en Limburg (45,5 procent) willen vijftigplussers nog voor hun pensioen verhuizen naar een woning die meer voldoet aan de noden van een oude dag. “Deze provincies tellen meer landelijke gebieden met vaak grotere en vrijstaande woningen. Zoals het onderzoek ook aantoont, willen mensen op latere leeftijd vaak dichter in kernen wonen waar winkels en openbaar vervoer op wandel- of fietsafstand zijn.”

Jonge gezinnen

Frank Vastmans - vastgoedeconoom aan de KU Leuven - spreekt van de ‘slimfit-generatie’. “De huidige 50-plusser doet geregeld aan downsizen, maar dat klinkt niet zo aantrekkelijk. Vandaar de ‘slimfit-generatie’, waarmee we bedoelen dat ze zoeken naar een huis op maat. Een te grote woning is hinderlijk. Je verspilt vrije tijd aan het onderhoud. Wanneer zo’n huis niet energiezuinig is, dan kost het flink meer wanneer je het als gepensioneerde een hele dag moet verwarmen. 

“Een grondige renovatie kan dat probleem verhelpen, maar dat kost ook wat en dat doe je best wanneer je er nog een jaar of twintig van kan genieten. Anders is kleiner gaan wonen wellicht de beste optie. Elke 55-jarige zou deze afweging moeten maken.”

 Volgens Statbel telt de groep Vlamingen tussen 55 en 65 jaar net geen miljoen mensen, die allemaal onderdak willen. Als ze massaal kleine woningen gaan zoeken, zou dat een groot effect hebben op de vastgoedmarkt. “Projecten met flats en kleine woningen in de kern van een gemeente zijn erg in trek”, zegt Vastmans. “Het is interessant voor de overheid om dat goed in kaart te brengen en op te volgen. Voor jonge gezinnen zijn de huizen die vrijkomen met veel ruimte en een tuin net heel interessant. Als het beleid erin slaagt deze evolutie op elkaar af te stemmen, dan hoeft er niet veel vrije ruimte opgeofferd worden aan nieuwe woningen.”