Gevangenenruil met Iran krijgt groen licht

 ©  BELGA

De Kamercommissie Buitenlandse Betrekkingen heeft het wetsontwerp rond de gevangenenruil met Iran goedgekeurd. De voorwaarden waar minister Van Quickenborne zich onder druk van Groen en CD&V toe verbond, gaven de doorslag.

Wim Winckelmans

Het wetsontwerp ligt bijzonder gevoelig, aangezien het een verdrag goedkeurt dat het mogelijk maakt om Assolah Assadi, een veroordeelde terrorist die als Iraanse diplomaat in Europa werkte en verantwoordelijk is voor een verijdelde bomaanslag in Parijs, aan Iran uit te leveren.

De voorbije dagen werd België vanuit verschillende internationale hoeken gewaarschuwd om dat niet te doen. Ook de N-VA verzette zich in de Kamercommissie hevig tegen het verdrag. Volgens fractieleider Peter De Roover komt het erop neer dat België toegeeft aan de ‘Iraanse chantage, wat de weg kan openen naar nieuwe chantage’.

Uiteindelijk is er in de Kamercommissie toch een meerderheid voor gevonden. De meerderheid stemde voor, de N-VA tegen, Vlaams Belang en PVDA onthielden zich. Het Vlaams Belang is tegen de gevangenenruil. Maar omdat in het ontwerp zaken staan waar de partij het wel mee eens is, heeft ze zich onthouden.

De stemming kwam er nadat minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) het noodzakelijk had genoemd dat het parlement achter gesloten deuren op de hoogte wordt gehouden van eventuele uitwisselingen die in uitvoering van dit verdrag plaatsvinden.

   • Iraanse topspion ziet ondanks maximumstraf af van beroep

Van Quickenborne ging ook in op de vraag om voorwaarden te koppelen aan een uitwisseling. Hij wil daarvoor ‘alle mogelijkheden in het verdrag te gebruiken’. De facto zal geval per geval moeten worden bekeken.

Onderhandeld

Over die voorwaarden is er in de meerderheid nog druk overlegd achter de schermen, onder druk van onder meer Groen-fractieleider Wouter De Vriendt. Dat is ook de reden waarom er dinsdag nog niet gestemd is over het wetsontwerp.

Groen en CD&V, dat zich eveneens kritisch had getoond, stemden er uiteindelijk mee in. Doorslaggevend daarin waren de voorwaarden waartoe Van Quickenborne zich verbindt en de inschatting van de veiligheids­diensten dat dit verdrag níét goedkeuren de veiligheid van Belgen nog meer in gevaar zou brengen.

De minister is het ook niet eens met de stelling dat België zo chantage dreigt te belonen. ‘De situatie voor Belgen in Iran is al op dag één na de verijdeling van de bomaanslag die Assadi organiseerde, verslechterd’, zegt hij. ‘Ik ben het niet eens met hen die zeggen dat we niet met Iran mogen onderhandelen. In het belang van onze onderdanen moeten we dat net wel doen, in de hoop zo een minimum aan vertrouwen te creëren en de dreiging niet nog te verhogen.’

Volgens Van Quickenborne voldoet het verdrag aan alle standaarden van het internationaal recht en bevat het alle nodige waarborgen voor de mensenrechten. ‘Wij hebben gekozen voor de rechtsstaat en we zullen blijven doorgaan op dat pad’, zei Van Quickenborne. ‘Deals maken, zoals Trump heeft gedaan met Iran, dat is pas toegeven aan chantage.’ In de Amerikaanse deal die hij aanhaalde, ging het wel niet om de uitwisseling van een terrorist.

Niet in aanmerking

Het is nu afwachten tot ook Iran het verdrag goedkeurt, voor over de eerste uitwisselingen kan worden gepraat. Die gebeuren niet automatisch. Het was al duidelijk dat het verdrag alvast niet van toepassing zal zijn op de VUB-gastprof Ahmadreza Djalali, aangezien die niet de Belgische nationaliteit heeft.

Maar ook de voormalige ngo-medewerker Olivier Vandecasteele kan er strikt genomen niet mee worden geholpen, aangezien hij in voorhechtenis zit en het verdrag alleen van toepassing is op veroordeelde gevangenen. Toch meent Van Quickenborne dat het verdrag ook hem zal kunnen helpen.

Het wetsontwerp moet nu nog in de plenaire vergadering worden goedgekeurd. Dat zal nog niet deze week gebeuren. De N-VA heeft de goedkeuring van het verslag gevraagd op de volgende commissievergadering, volgende week.