Wachtlijst sociale woningen nog wat langer geworden: meer dan 180.000 mensen wachten op een woning

Eind vorig jaar stonden er 182.000 kandidaat-huurders op de wachtlijst voor een sociale woning in Vlaanderen. En die wachtlijst groeit, want ten opzichte van het jaar voordien is het aantal wachtenden gestegen met acht procent. Dat blijkt uit cijfers van minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA). In totaal telt Vlaanderen iets meer dan 175.000 sociale huurwoningen, wat betekent dat er dus meer wachtenden zijn dan mensen die vandaag al zo'n woning kunnen huren.

De wachtlijst voor een sociale woning in Vlaanderen telde eind vorig jaar 182.000 kandidaat-huurders. Het jaar voordien, eind 2020, waren dat er nog 169.000. Het aantal wachtenden ging dus omhoog met acht procent. Die stijging zet zich al enkele jaren door, maar is wel dalende. In 2016 ging het aantal wachtenden nog met 18 procent omhoog. In 2018 ging het nog om een stijging van 14 procent, in 2020 ging dat naar 10 procent en in 2021 dus naar 8 procent. 

"Deze cijfers liggen in de lijn van onze verwachtingen", vertelt Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele. De cijfers geven volgens hem bovendien een vertekend beeld, want 2021 was - net als het jaar voordien - geen "actualisatiejaar". 

De cijfers liggen in de lijn van onze verwachtingen

Matthias Diependaele, Vlaams minister van Wonen (N-VA)

"Om de twee jaar wordt de wachtlijst geactualiseerd door iedereen te contacteren om na te gaan of ze nog steeds kandidaat zijn voor een sociale woning. Door een coronajaar ertussen was de laatste keer dat dit gebeurde in 2019.  Ondertussen loopt er dit jaar opnieuw een actualisatie, zodat we volgend jaar een meer realistisch beeld krijgen van de wachtlijst."

Beluister hier het interview met minister Diependaele in "De ochtend" op Radio 1:

Werk maken van meer sociale woningen

Vlaanderen telde eind vorig jaar in totaal iets meer dan 175.000 sociale woningen, maar dat aantal volstaat duidelijk niet. Na een simpele rekensom kom je tot de conclusie dat er dus méér mensen wachten op een sociale woning, dan dat er mensen zijn die er al eentje huren. 

Ook minister Diependaele erkent dat het aanbod aan sociale woningen omhoog moet. "We maken daar werk van", klinkt het. "Bijvoorbeeld door de hervorming van de sociale woonsector. Met de fusies naar woonmaatschappijen zullen we zorgen voor een performantere sector en een versterkt bouwritme."

Daarnaast maakt ook de private bouwsector volgens Diependaele deel uit van de oplossing. Eerder dit jaar kondigde de minister nog aan dat hij een half miljard euro ter beschikking zou stellen voor de privésector, terwijl dat bedrag eigenlijk bedoeld was voor de bouw van sociale woningen. Dat voorstel werd op veel protest onthaald, onder meer ook bij CD&V en dus binnen de regering. 

Het voorstel werd dus wat herwerkt: het geld zal nu enkel mogen dienen voor gemengde projecten. Private spelers kunnen er enkel aanspraak op maken als ze een deel van dat budget ook aanwenden voor de bouw van sociale woningen. "De private bouwsector zal hiermee zijn steentje bijdragen aan de extra bouw van sociale woningen én van meer betaalbare woningen in het onderste segment van de private huurmarkt."

Sommige mensen op wachtlijst huren al sociale woning

Minister Diependaele wijst er bovendien op dat sommige mensen op de wachtlijst wel degelijk al een sociale woning toegewezen kregen. "Meer dan 24.000 kandidaat-huurders zitten momenteel al in een sociale woning, maar willen om bepaalde redenen verhuizen", aldus Diependaele. "In 2021 werd er overigens aan meer dan 11.000 kandidaat-huurders een sociale woning toegewezen. Dat is tien procent meer dan in 2020. Een kwart daarvan gebeurde na een wachttijd van minder dan één of twee jaar."

Op dit moment bedraagt de gemiddelde wachttijd nog zo'n drie jaar en tien maanden. Wie minstens vier jaar op de wachtlijst staat, komt in aanmerking voor een huurpremie. Die premie kunnen ze dan aftrekken van de maandelijkse huur die ze op de private huurmarkt moeten betalen.  Eind 2021 hadden bijna 16.000 kandidaat-huurders daar recht op. Het gemiddelde maandelijkse bedrag bedroeg 180,10 euro. 

Oppositie reageert verbolgen

Oppositiepartij Groen reageert verontwaardigd op de nieuwe cijfers. "Het beleid van de regering Jambon is zo erbarmelijk dat de dramatische situatie zelfs nog verslechtert", aldus voorzitter Jeremie Vaneeckhout. "Wonen is een basisrecht. Wanneer gaat de regering Jambon eindelijk werk maken van die kerntaak?

"Dat minister Diependaele keer op keer beweert dat hij zijn geld niet geïnvesteerd krijgt in sociale woningen terwijl de wachtlijst volledig in het rood gaat, dat krijg je mij en alle Vlamingen die wachten op een woning niet uitgelegd. Deze nieuwe cijfers tonen bovendien aan dat die groep groter wordt. Dat zou alle alarmbellen moeten doen afgaan. Maar de regering Jambon hoort helaas liever de roep van projectontwikkelaars dan van de Vlaming die het water aan de lippen heeft staan en wacht op een thuis", stelt Vaneeckhout verbolgen.

Meest gelezen