Direct naar artikelinhoud
InterviewCaroline Gennez (Vooruit)

Caroline Gennez (Vooruit): ‘Met corona wordt volgend schooljaar dat van de waarheid’

Caroline Gennez (Vooruit).Beeld Benoit De Freine, ID / Wannes Nimmegeers

Wat brengt corona straks? Niemand weet het. Daarom moet ons onderwijs voorbereid zijn, vindt Vlaams Parlementslid Caroline Gennez (Vooruit). ‘Het beleid moet aan de slag met luchtzuivering. Nu, dringend.’

“Met corona wordt volgend schooljaar dat van de waarheid”, zegt Caroline Gennez, Vlaams Parlementslid voor Vooruit, en dus lid van de oppositie. “We hebben mensen gevraagd om zich te laten vaccineren. Dat werd zeer goed opgevolgd. Mensen hebben lockdowns aanvaard en hebben mondmaskers gedragen – zelfs kinderen in de lagere school hebben dat gedaan. Meer kunnen we niet meer vragen. Nu is het aan het beleid om over de brug te komen.”

Het nieuws viel een beetje tussen de plooien, maar het verdient grote aandacht: eind vorige maand kwamen ingenieurs Bert Blocken en Leen Peeters en viroloog Marc Van Ranst met de eerste resultaten van een proefproject met luchtreiniging in klassen. “Die eerste resultaten waren indrukwekkend”, zegt Gennez, die covoorzitter is van de adviesraad die het project begeleidt. “Het blijkt dat de besmettingskans in klassen met luchtfiltratie twaalf keer lager ligt dan in klassen zonder luchtzuivering. Daar zou Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) nu meteen mee aan de slag moeten, maar ik heb er helaas geen goed oog in. De sense of urgency ontbreekt. Er wordt wel lippendienst bewezen aan het belang van luchtkwaliteit, maar het is allemaal te vrijblijvend. Er moeten nu, dringend, stappen worden gezet.”

Hoe kijkt u terug op het coronabeleid van minister Weyts tot dusver?

Gennez: “Het is een goede zaak dat hij geprobeerd heeft om de scholen maximaal open te houden, dat de onderwijsverstrekking kon doorgaan. Ik vind het ook goed dat er geld is vrijgemaakt voor de digitale omslag – daar heeft de minister zeker goede bedoelingen. Maar die heeft hij niet als het gaat over preventieve maatregelen die voor schone lucht moeten zorgen. Al geef ik toe dat weinigen zich daar bij het begin van de pandemie van bewust waren.”

Infectiologe Erika Vlieghe heeft in een webinar gezegd dat ze in januari, februari 2020 al vermoedens had dat het virus door de lucht werd verspreid, maar dat er toen werd besloten om in te zetten op simpele maatregelen, zoals thuisblijven en afstand houden.

“Zo is het inderdaad gegaan, de maatregelen waren aanvankelijk erg bruut en weinig gefocust. Zelfs mondmaskers werden pas later aangeraden. Het heeft wereldwijd even geduurd voor men wist waar men aan toe was. Ik zelf ben er mij in juli 2020 van bewust geworden dat het coronavirus airborne is, toen 236 wetenschappers in een brief aan de Wereldgezondheidsorganisatie vroegen om in te zetten op luchtkwaliteit. Preventie is minder invasief dan lockdowns en mondmaskers. Schone lucht komt ook de cognitieve prestaties en het welzijn van kinderen ten goede.”

Wat hebt u daarvoor politiek ondernomen?

“In november 2020 hebben wij met Vooruit een resolutie neergelegd in het Vlaams Parlement, om aandacht te vragen voor het meten van de luchtkwaliteit in scholen, woon-zorgcentra en andere publieke gebouwen. Aanvankelijk kwam er geen reactie van de regering. Pas in maart 2021 kregen we aandacht voor onze vraag, omdat ik ze had gekoppeld aan het relanceplan ‘Vlaamse Veerkracht’ van minister-president Jan Jambon (N-VA). Schone lucht garanderen op publieke plekken vergt investeringen die de Vlaamse welvaart ten goede zullen komen.”

Een klas in Gent, eind 2021 nog met mondmaskers. Caroline Gennez dringt aan op luchtreiniging, maar heeft er ‘geen goed oog in’. ‘De sense of urgency ontbreekt’, zegt ze.Beeld ID / Wannes Nimmegeers

Er zijn verschillende manieren om schone lucht te garanderen. Verluchten door ramen open te gooien, mechanische ventilatie installeren of apparaten kopen die de lucht filteren.

“Ramen en deuren tegenover mekaar openzetten, natuurlijke circulatie dus, is het simpelste. Het is goed als dat gebeurt, zeker in de zomer. Alleen is het in sommige scholen minder aan te raden, bijvoorbeeld in steden waar je de vervuilde lucht van buiten zo naar binnen trekt. En in de winter zal het dit jaar zeker niet evident zijn, met het oog op de energiefacturen. Alles op natuurlijke ventilatie zetten is geen oplossing. We moeten drastischer tewerk gaan.”

In hoeveel scholen, en woon-zorgcentra, heeft men goede mechanische ventilatie?

“Wat de scholen betreft: alleen de recent gebouwde. Heel weinig, dus. Bij de rusthuizen zal de situatie beter zijn: daar bestaat een actieplan. Het probleem is dat de zorginspectie niet controleert. Toen we dat vroegen aan minister van Welzijn en Volksgezondheid Hilde Crevits (cd&v), bleek dat zij daarvan niet op de hoogte was. Zonder controles is een aanbeveling tandeloos. En in rusthuizen zet men de ramen uiteraard liever niet open in de winter.”

Hebben Blocken, Peeters en Van Ranst geen rusthuizen meegenomen in hun project met die luchtreinigers?

“Ja, het is een prachtig project. Een wetenschapper zoals Bert Blocken heb ik nog maar zelden ontmoet. Hij heeft de kennis, de mogelijkheden en de persoonlijke missie om een steen in de rivier te verleggen. Ik vind het ook knap dat Marc Van Ranst meewerkt, zeker als je weet dat het bij de virologen even heeft geduurd voor ze mee waren met het inzicht dat het virus zich via aerosolen kan verspreiden.”

Is minister Weyts daarvan al doordrongen?

“Ik hoop dat er snel voortschrijdend inzicht komt, maar voorlopig staat dit dus nog altijd niet centraal op zijn agenda. Ik wil hier geen spel oppositie tegen meerderheid van maken, daar is het te belangrijk voor. Ik geef ook toe dat er kleine stappen zijn gezet – de meeste scholen hebben al CO2-meters en er is 100 miljoen euro vrijgemaakt voor investeringen in schone lucht. Maar geld volstaat niet. Er moet een taskforce komen. Het beleid is aan zet. Dit kun je niet overlaten aan de individuele scholen, die hebben meer dan werk genoeg.”

Met pakweg 100 miljoen kun je in elke Vlaamse klas een luchtreiniger zetten, heeft IT-expert Carl Van Keirsbilck, die mee in uw adviesraad zit, ooit ruwweg berekend.

“Het zou ongelofelijk zijn mochten we het geld daarvoor kunnen gebruiken. In de Australische deelstaat Victoria heeft men in alle 51.000 klassen voor dat bedrag een luchtreiniger gezet. Oud-coronacommissaris Pedro Facon zegt dat 100 miljoen peanuts zijn vergeleken met andere coronakosten. Zeker als je het afzet tegen de economische en maatschappelijke kost van weer een heleboel zieke leerkrachten en leerlingen, en eventueel schoolsluitingen. Zeker dat laatste moeten we echt vermijden.”

Als minister Weyts echt wil dat de Vlaamse klassen in september coronaproof zijn, dan kan hij daarvoor zorgen?

“Elke klas een luchtreiniger: hij moet dat doen. Zo kan hij schoolsluitingen vermijden. Als hij nu niet ingrijpt, is dat schuldig verzuim. Hij wil de resultaten afwachten van de rest van het onderzoek van Bert Blocken, dat nog tot december loopt. Zo wordt tijdens deze pandemie in naam van het perfecte het goede vaak niet gedaan. Schone lucht is niet alleen belangrijk om besmetting te voorkomen, het komt ook de leerprestaties ten goede. Als je dubbel zo goed ventileert, stijgen die prestaties met 15 procent, ongeacht het IQ van de leerlingen.”

Is het Vlaams Parlement zich daarvan bewust?

“Toen ik dat voor het eerst vertelde in het Parlement, werd ik uitgelachen: ‘Aha, Gennez denkt dat ze de oplossing voor de dalende onderwijskwaliteit heeft gevonden!’ Ondertussen weten de meeste collega’s dat het klopt. Door de lucht te zuiveren haal je trouwens ook het fijnstof eruit. En het verhaal van schone lucht geldt niet alleen voor scholen, rusthuizen en crèches. Ook cafés, fitnesscentra en overheidsgebouwen moeten aan de normen voldoen.”

Caroline Gennez: ‘Waar het kan, zie ik in 2024 liefst een progressieve meerderheid. Waar het moet, zullen we de fascisten moeten buitenhouden, en dan is een coalitie met N-VA mogelijk.’Beeld Dimitri Van Zeebroeck

Nu ik u toch aan de lijn heb: uw voorzitter Conner Rousseau kan het naar verluidt goed vinden met N-VA-voorzitter Bart De Wever. Net zoals u, toen u partijvoorzitter was, niet?

“Ik heb in 2009 een Vlaamse regering gevormd, met veel sociaaldemocratische accenten, met cd&v en N-VA. Dat was de snelste formatie uit de recente geschiedenis. Dus ja, ik kon het wel vinden met De Wever. Vandaag kan mijn voorzitter het goed vinden met veel van zijn collega’s, en dus ook met De Wever.”

Bestaat er een as Vooruit-N-VA met het oog op 2024?

“In 2024 is het erop of eronder voor een Vlaanderen met of zonder extreemrechts. Waar het kan, zie ik liefst een progressieve meerderheid. Waar het moet, zullen we de fascisten moeten buitenhouden, en dan is een coalitie met N-VA mogelijk. Maar laten we eerst de verkiezingen winnen, want alleen met goede peilingen zullen we het niet redden.”

U wilde ooit de baseline van sp.a veranderen in Sociaal Progressief Alternatief en kreeg op uw donder van krokodil Louis Tobback. Rousseau verandert de naam en krijgt applaus.

(lacht) “Beter laat dan nooit. Ik ben blij dat een goed idee eindelijk uitvoering krijgt. De nieuwe naam zegt perfect wie we zijn: een progressieve linkse partij die vooruitgang wil voor iedereen.”

Wat vindt u van de ‘flinkse’ koers, waarin de Molenbeek-uitspraak van Rousseau past: dat hij zich daar niet in België voelt?

“De sociaaldemocratie is per definitie inclusief. Ik heb geen probleem met onze inhoudelijke koers. Ik zou mij anders uitdrukken, maar een partij is altijd een meerstemmig orkest. Ik voel mij heel goed in onze beweging. Conner geeft ons ook de ruimte om eigen thema’s te kiezen. Zo kan ik mij onder meer met dit dossier bezighouden.”

BIO

 • Geboren op 21 augustus 1975 in Sint-Truiden

• Licentiaat politieke en ­s­ociale wetenschappen (KU Leuven)

• Van 1998-2003: voorzitter van de Jongsocialisten

• Van 2001 tot 2003: ­schepen in Sint-Truiden

• Van 2007 tot 2012: eerste ­schepen in Mechelen

• Van 2007 tot 2011: ­voorzitter van de sp.a

• Sinds 2014 Vlaams ­Parlementslid voor Vooruit

• Voorzitter van de ­Universitaire Associatie Brussel

• Lid van de raad van bestuur van PES (Party of European Socialists)

‘Schone lucht komt ook de leerprestaties ten goede. Als je dubbel zo goed ventileert, stijgen die prestaties met 15 procent, ongeacht het IQ van de leerlingen’
‘Waar het kan, zie ik in 2024 liefst een progressieve meerderheid. Waar het moet, zullen we de fascisten moeten buitenhouden, en dan is een coalitie met N-VA mogelijk’
‘Ik heb er helaas geen goed oog in. De sense of urgency ontbreekt. Er wordt wel lippendienst bewezen aan het belang van luchtkwaliteit, maar het is allemaal te vrijblijvend’