Ex-managers kerncentrale Fukushima moeten bijna 100 miljard euro schadevergoeding betalen voor rol in kernramp
In Tokio heeft een rechtbank vier vroegere managers van de uitbater van de kerncentrale van Fukushima veroordeeld voor hun aandeel in de kernramp. Die was ontstaan na de zware aardbeving en tsunami in 2011. De vier moeten samen omgerekend 95 miljard euro schadevergoeding betalen aan de aandeelhouders van het bedrijf.
Voor het eerst sinds de kernramp van Fukushima in 2011 worden voormalige directeurs van Tokyo Electric Power Company (Tepco) mee verantwoordelijk geacht. De rechtszaak werd 10 jaar geleden aangespannen door de aandeelhouders van Tepco. De vroegere leiding zou volgens hen onvoldoende hebben gedaan om de ramp te voorkomen.
De aandeelhouders betoogden dat de leidinggevenden van Tepco niet hebben geluisterd naar rapporten waarin werd opgeroepen tot preventieve maatregelen tegen een tsunami, zoals het verplaatsen van de noodgeneratoren van de centrale naar een grotere hoogte.
De rechter volgt hen hier nu in en oordeelt dat de vier financieel aansprakelijk zijn voor de ramp én de verliezen die het bedrijf leed.
Hoe zij de gigantische dwangsom van 13.000 miljard yen (ongeveer 95 miljard euro) kunnen terugbetalen, is niet meteen duidelijk
Bij de veroordeelden is ook oud-voorzitter Tsunehisa Katsumata en voormalig president Masataka Shimizu. Hoe zij de gigantische dwangsom van 13.000 miljard yen (ongeveer 95 miljard euro) kunnen terugbetalen, is niet meteen duidelijk. In 2019 werden nog drie andere ex-directeurs vrijgesproken van strafrechtelijke verantwoordelijkheid. Een definitieve uitspraak volgt nog in hoger beroep. Tegen Tepco lopen nog verschillende procedures, onder meer van bewoners die na de ramp de regio gedwongen moesten verlaten.
Nog tientallen jaren werk
De aardbeving van 11 maart 2011 voor de noordoostkust van het Japanse eiland Honshu veroorzaakte een enorme tsunami met golven tot 15 meter hoog. Die overspoelde de kerncentrale Fukushima I, wat leidde tot de op een na zwaarste kernramp in de geschiedenis, na de kernramp in Tsjernobyl van 1986.
Drie van de zes reactoren van de centrale waren in bedrijf toen de tsunami toesloeg. Hun koelsystemen faalden toen golven de noodgeneratoren overspoelden, waardoor de kernen van alle drie reactoren smolten. Ook in de reactoren 1, 3 en 4 deden zich waterstofexplosies voor, die grote schade veroorzaakten. De ontsmetting en ontmanteling van de centrale zal naar verwachting nog enkele tientallen jaren in beslag nemen.
Er kwam niemand om als een direct gevolg van de kernramp in Fukushima. Maar volgens officiële cijfers vielen er 2300 onrechtstreekse slachtoffers door de kernramp. In 2018 stierf een arbeider door de vrijgekomen radioactieve straling in 2011. Het aantal doden als gevolg van de aardbeving en tsunami wordt geschat op 19.500.