Hongaarse ambtenaren waarschuwen dat onderwijs “te vrouwelijk” wordt

Het rapport werd vorige maand gepubliceerd, maar trok niet de aandacht van het publiek tot er donderdag een krantenartikel over werd gepubliceerd. “Het verschijnsel ‘roze onderwijs’ heeft tal van economische en sociale gevolgen”, aldus het rapport van het overheidsorgaan, dat wordt gezien als een nauwe bondgenoot van de nationalistische premier Viktor Orbán.

Zoals in veel landen wordt het beroep van leraar in Hongarije gedomineerd door vrouwen, die 82% van de leraren van het land uitmaken. “Als het onderwijs de voorkeur geeft aan vrouwelijke eigenschappen zoals emotionele en sociale rijpheid en een oververtegenwoordiging van vrouwen aan universiteiten uitlokt, zal de gelijkheid van de seksen aanzienlijk worden verzwakt”, concludeert het rapport.

Het rapport waarschuwt dat als jongens, die volgens het rapport meer geneigd zijn om ondernemend te zijn en risico’s te nemen, zich niet onbelemmerd kunnen ontwikkelen, zij het risico lopen op “geestelijke en gedragsproblemen”. Het rapport voegt eraan toe dat jongenseigenschappen als creativiteit en innovatie “noodzakelijk zijn voor een optimale ontwikkeling van de economie”.

De rekenkamer zegt dat “roze onderwijs” ook “demografische problemen” zou kunnen veroorzaken, aangezien goed opgeleide vrouwen geen soortgelijk opgeleide echtgenoten zouden kunnen vinden, “wat tot een daling van de vruchtbaarheid zou kunnen leiden”.

In reactie hierop zei de Hongaarse oppositieleider Endre Toth op Facebook dat het spreken over mannelijke en vrouwelijke kwaliteiten “totale wetenschappelijke absurditeit” was. “Het is tijd om je bril van de vorige eeuw af te zetten”, voegde hij eraan toe.

Orbán heeft sinds zijn terugkeer aan de macht in 2010 een “conservatieve revolutie” gepropageerd, waarbij hij nationalisme aanmoedigt en immigranten denigreert. Hij heeft ook een controversiële wet verdedigd die LGBTQ-inhoud voor minderjarigen verbiedt.

In 2019 heeft de mensenrechtencommissaris van de Raad van Europa na een bezoek in Hongarije “een terugval in vrouwenrechten en gendergelijkheid” geconstateerd.

Hoewel Hongarije onlangs Katalin Novák tot zijn eerste vrouwelijke president heeft verkozen, is er slechts één vrouw minister, waardoor het land op de een-na-laatste plaats staat in de EU wat betreft de vertegenwoordiging van vrouwen in de regering.