Kans op ernstige droogte in de zomer is vandaag 20 keer groter dan eeuw geleden
De kans op zomerdroogte, waarbij niet alleen de oppervlakte maar de grond tot een meter diep uitdroogt, is op het noordelijk halfrond in een dikke eeuw 20 keer waarschijnlijker geworden. Dat blijkt uit een studie van de World Weather Attribution, een internationaal team van onderzoekers dat de gevolgen van de klimaatverandering bestudeert. Meer kans op droogte betekent ook meer dramatische landbouwoogsten, bosbranden en een verstoorde stroomproductie.
Voorbije zomer was een van de warmste ooit in Europa. Maar ook China en de VS kregen te maken met uitzonderlijke hittegolven. Zulke hitte droogt de bodem diep uit, tot een meter onder de oppervlakte, waar planten met hun wortels water halen. Wanneer die zone wordt aangetast, spreken we van een "agrarische" of "ecologische" droogte.
De gevolgen van die droogte in juni, juli en augustus waren voelbaar in de landbouwsector, met mindere oogsten (en zo ook mogelijke effecten op de al hoge inflatie). De droogte werkte ook bosbranden in de hand en verstoorde de stroomproductie, vooral waterkracht en kernenergie.
Zulke droogte kan vandaag op het noordelijk halfrond eens om de 20 jaar voorkomen, berekenden de wetenschappers van de World Weather Attribution, die onderzoeken of extreem weer al dan niet beïnvloed is door de klimaatverandering. Dat is maar liefst 20 keer meer dan een dikke eeuw geleden, eind 19e eeuw, toen de kans op een dergelijke zomer eens om de 400 jaar of minder was.
Specifiek voor West- en Centraal-Europa is de kans op agrarische droogte 3 tot 4 keer groter geworden
Specifiek voor West- en Centraal-Europa is de kans op agrarische droogte 3 tot 4 keer groter geworden. Oppervlaktedroogte (de bovenste 7 centimeter) bij ons is vandaag al minstens 5 keer waarschijnlijker dan op het einde van de 19e eeuw.
De veel grotere kans op droogte is volgens de wetenschappers grotendeels het gevolg van de klimaatverandering, stellen de wetenschappers, die aangeven dat ze die invloed zelfs nog conservatief hebben ingeschat. "De werkelijke invloed van menselijke activiteiten is waarschijnlijk groter."