Direct naar artikelinhoud
NieuwsJustitiepaleis

Afscheid van de stellingen rond het justitiepaleis, de berg verroeste palen die de renovatie meer hinderde dan diende

Het justitiepaleisBeeld Marc Baert

‘Heeft u het zich al proberen voorstellen dat het Paleis van Versailles veertig jaar lang in de stellingen zou blijven staan? Dat gebeurt niet. In Brussel gebeurt het wel.’ Jean de Codt, gewezen eerste voorzitter van het Hof van Cassatie, klonk radeloos in een documentaire van de RTBF, twee jaar geleden. Het leek iets wat geen van ons in zijn leven ooit nog zou mogen meemaken: een perspectief voor de renovatie van het Brusselse justitiepaleis.

Maar kijk nu: staatssecretaris voor de Regie der Gebouwen Mathieu Michel (MR) meldt dat na de zomer eindelijk wordt gestart met het weghalen van de stellingen en het vervangen van loszittende stenen. “Er werd een belangrijke stap gezet met de lancering van een lastenboek voor de restauratiewerkzaamheden en de indiening van de aanvraag voor een omgevingsvergunning”, laat zijn kabinet weten. “Voor het grote publiek zal de gerestaureerde gevel aan de kant van het Poelaertplein zonder steigers in 2024 in al zijn pracht zichtbaar zijn.”

De ambitie van Michel bestaat erin de volledige renovatie te doen voltooien omstreeks het jaar 2030. Die datum is niet zo toevallig vooropgesteld, want dan vieren we behoudens een constitutionele aardverschuiving 200 jaar België.

Dat wordt wennen voor alle ogen, want de eerste stellingen dateren van 1984 en in nagenoeg alle begrotingsjaren sindsdien was de renovatie van het Brusselse justitiepaleis het eerste waarop werd bespaard. Met als gevolg dat het gebouw altijd maar verder verkommerde, en je nu zelfs hele boomstruiken op het dak ziet groeien.

De Belgische staat huurde de stellingen aanvankelijk op jaarbasis, maar zag zich in 2000 verplicht om ze over te kopen. Dat herhaalde zich in 2005 voor de huur van een rij nieuwe stellingen aan de voorgevel, die in 2014 werden aangekocht. De stellingen waren intussen zo verouderd dat ze elke waarde buiten die van oud ijzer verloren hadden. In maart 2021 werd volgens de mededeling van het kabinet zelfs overgegaan tot “restauratiewerkzaamheden met de versteviging van de steigers aan de hoofdgevel”.

De staat zal alles bij elkaar 1,5 miljoen euro hebben uitgegeven aan een niet te overziene berg verroeste palen die hun initiële doel - de restauratie - uiteindelijk meer hebben gehinderd dan gediend. Het in kaart brengen van te vervangen bouwstenen in oude gebouwen gebeurt tegenwoordig met drones, maar die geraakten niet dicht genoeg bij de stenen. Vanwege de stellingen.

Lange tijd werd ervan uitgegaan dat 10 tot 20 procent van alle bouwstenen zou moeten worden vervangen, maar dat percentage is nu opgelopen tot 35. Architect Joseph Poelaert opteerde destijds voor Comblanchien-gesteente, dat enkel voorkomt in de Franse Bourgogne-streek. “Dit gebouw is een van de symbolen van onze democratie”, zegt Michel. “Het verdient het om eindelijk gerespecteerd te worden.” (DDC)