90 procent minder transmigranten wagen oversteek via Belgische kust
De afgelopen vijf jaar waagden 90 procent minder transmigranten de oversteek van de Belgische kust naar het Verenigd Koninkrijk. Dat komt omdat er de laatste jaren strenger opgetreden wordt tegen mensensmokkelaars. Nu kiezen ze vooral voor Noord-Frankrijk om aan hun tocht te beginnen.
Vorig jaar waren er in West-Vlaanderen 90 procent minder transmigranten dan vijf jaar geleden. Dat blijkt uit cijfers van het aantal meldingen bij de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). Zo kreeg DVZ in 2018 12.848 meldingen over transmigranten in België. In 2022 waren dat er nog maar 944.
Volgens minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) komt dat omdat ons land strenger optreedt tegen mensensmokkelaars. "We hebben bijvoorbeeld een TransIT-team opgericht van mensen die systematisch gsm’s uitlezen van slachtoffers en verdachten van mensensmokkel", aldus Van Quickenborne, "dat zorgt ervoor dat we netwerken kunnen oprollen."
Daarnaast worden veelvuldige politieacties uitgevoerd en krijgen mensensmokkelaars strenge gevangenisstraffen die oplopen tot 12 jaar en geldboetes tot 968.000 euro.
Mensenlevens gered
Vroeger gebruikten transmigranten vaker bootjes aan de Belgische kust om de oversteek naar het Verenigd Koninkrijk te maken. Daarnaast proberen transmigranten via snelwegparkings bij ons en in de haven van Zeebrugge in vrachtwagen of containers te klimmen. Nu kiezen ze steeds meer voor Noord-Frankrijk om aan hun tocht te beginnen.
Minister Van Quickenborne hoopt de positieve resultaten in de toekomst verder te zetten: "Een overtocht in een bootje, container of vrachtwagen is levensgevaarlijk. Mensensmokkelaars hebben talloze doden op hun geweten. Onze inspanningen om mensensmokkel tegen te gaan, beginnen te lonen."
BEKIJK - "We hebben van het probleem een heel grote prioriteit gemaakt", zegt minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) in "Het journaal":
