Direct naar artikelinhoud
ReportageVerenigde Staten

Duizenden ontslagen werknemers verlaten Silicon Valley: ‘Er is hier een bom gebarsten’

Steffi Seefeld pakt de koffers waarmee ze zes jaar geleden van Duitsland naar Silicon Valley kwam. Ze gaat terug naar Europa.Beeld Hilary Swift voor de Volkskrant

Tienduizenden ontslagen vielen er al in Silicon Valley en dat was nog voordat Silicon Valley Bank omviel. Veel oud-werknemers trekken weg uit de thuishaven van de Amerikaanse techindustrie, waar de groei oneindig leek. ‘De gloriedagen zijn voorbij.’

Twee reusachtige koffers liggen opengeklapt op de glanzende houten vloer. Met haar handen op haar knieën inspecteert Steffi Seefeld (34) de inhoud. Zes jaar geleden vloog ze met deze koffers van Duitsland naar Californië. Hier in Silicon Valley, het epicentrum van de technologische wereld, wilde ze haar dromen najagen.

Gedesillusioneerd vliegt ze binnenkort terug naar Europa. Ze heeft haar ondergoed opgevouwen, haar yogamat opgerold en haar techbaan opgezegd. “Ik kwam vol ambitie en ideeën aan”, zegt ze. “En ze hebben me gebroken.”

Seefeld is een van vele duizenden die deze dagen de omgeving rond San Francisco ontvluchten. De meesten werden ontslagen door techreuzen als Google, Meta (Facebook), Amazon en Microsoft – miljardenbedrijven die sinds november, soms van de ene op de andere dag, bij elkaar opgeteld wereldwijd 216.000 medewerkers wegsaneerden.

Daar kwam de afgelopen drie weken het faillissement van de Silicon Valley Bank, die maandag werd overgenomen door de Amerikaanse First Citizens Bank, nog bovenop. Veel technologiebedrijven hadden er hun geld staan. De chaos was compleet. “Het faillissement is een grote klap voor tech te midden van een toch al zorgwekkend klimaat”, schreef The Washington Post twee weken terug. “Het zal de industrie nog verder terugdringen.”

Bezuinigen is een woord waar Silicon Valley nauwelijks mee bekend was. Al jaren maakt de techindustrie een haast onafgebroken explosieve groei door. Helemaal tijdens de pandemie, toen iedereen thuiswerkend via Zoom en Microsoft Teams nóg afhankelijker werd van onlinediensten.

De techindustrie nam in die periode duizenden werknemers aan die ze in 2022, toen het leven normaliseerde en de winsten van sommige bedrijven halveerden, niet kon vasthouden. De rentes stegen en geld lenen werd moeilijker. Voor de sector die lang gewend was aan gigantische investeringen voor onzekere projecten brak een nieuw tijdperk aan. De recente ontslagen zijn een correctie op de periode waarin het heel goed ging.

In Silicon Valley wordt de klap gevoeld. “Ik fantaseerde ooit over deze zonovergoten plek,” zegt Seefeld, “waar je omringd door briljante mensen de samenleving naar de toekomst mag duwen.” Ze kijkt op van haar koffers. “Maar Silicon Valley is geen gezonde omgeving meer. Mensen zijn gestrest en maken zich zorgen over hun toekomst.” Zijn de gouden dagen van Silicon Valley voorbij?

Technologische wereldwonders

Vraag mensen die in Silicon Valley wonen en werken wat Silicon Valley eigenlijk is en er verschijnen vraagtekens in hun ogen. Dit bosrijke gebied aan de westkust van Californië is geen stad, maar een vage verzamelnaam voor plaatsen aan de baai van San Francisco. Hier tussen de heuvels werd het ene na het andere technologische wereldwonder ontdekt. In een garage in Los Altos bouwde Steve Jobs een halve eeuw geleden de eerste Apple-computer. In Menlo Park begonnen twee Stanford-studenten eind jaren negentig Google. In de plaats San Carlos werd in 2003 Tesla opgericht.

Californië werd de thuis van ’s werelds succesvolste bedrijven. Nog altijd proef je hier de zoete wraak van ‘nerds’ die vroeger gepest werden omdat ze hun vinger te vaak opstaken in de klas. Met grote grijnzen op hun gezicht parkeren ze hun zelfrijdende auto’s voor kleine kastelen. Wie eenmaal binnen was bij een van de Big Five – Google, Apple, Facebook, Amazon of Microsoft – kon vaak rekenen op een hoog loon, gratis lunches, veel doorgroeimogelijkheden en betaald ouderschapsverlof. Aantrekkelijk voor Amerikanen en mensen van ver daarbuiten.

James Bueno werkt in een café in Mountain View. Of de Braziliaan zijn vaste baan bij Cisco kan behouden, is onzeker geworden.Beeld Hilary Swift voor de Volkskrant

“Kijk,” zegt de Braziliaan James Bueno (37), “ik kom niet uit een rijke familie, maar ik wilde wel graag een stabiel leven voor mijn kinderen. Dus kwam ik hier.” De ‘techboy’ zit met zijn Ivy League-petje achter een laptop in Red Rock Coffee, een café in Mountain View dat bestemd lijkt voor uit huis gevluchte thuiswerkers. Hij was blij toen hij tien jaar geleden bij Cisco Systems mocht werken, een techbedrijf gespecialiseerd in netwerkapparatuur. Met twee kinderen thuis neemt hij geen risico’s. Een start-up is hij daarom nooit begonnen. Bovendien, had hij een keer een idee, dan bleken er al vier soortgelijke bedrijfjes te bestaan. Maar nu is hij ook bij het grote Cisco niet meer zeker van zijn vaste baan.

“Er is hier een bom gebarsten”, zegt Bueno. “Wij zijn alleen maar stijgende lijnen gewend. Zelfs tijdens de pandemie, toen het met de rest van de wereld slecht ging, zat mijn LinkedIn-inbox vol met werkaanbiedingen.”

Zijn vrienden in Silicon Valley lijken in paniek. Collega’s die stiekem 25 uur werkten in plaats van 40, maken hun dagen weer langer. Ook hij probeert sinds de ontslagen van strategie te veranderen: hij wil op de onmisbare plekken komen in zijn bedrijf. “We zijn allemaal rechtop gaan zitten.”

‘Een moeilijke tijd tegemoet’

Lange tijd werd de techindustrie gezien als een exceptionele plek, waar exceptionele mensen exceptionele dingen deden. “Die gloriedagen zijn voorbij”, zegt Margaret O’Mara, historicus aan de universiteit van Washington, die boeken schreef over Silicon Valley. “Het geld klotst niet meer tegen de plinten. De techwereld is een nieuwe fase ingetreden.”

De officiële boodschap van de bezuinigende techbedrijven luidt: we moeten ons opnieuw positioneren om competitief te blijven. Vanwege de hoge inflatie en de hoge rentes zijn investeerders terughoudend. Dit maakt het voor veel ontslagen techmedewerkers moeilijk om in dezelfde sector een nieuwe baan te vinden.

“De techwereld gaat een moeilijke tijd tegemoet”, zegt Juliane Begenau, financieel expert aan de universiteit Stanford. “Sommige, zo niet veel bedrijven kunnen omvallen. Tegelijkertijd kunnen de overblijvers er sterker uitkomen.”

Volgens experts zit de kans er dik in dat er eerst nog meer ontslagronden komen in Silicon Valley. Hoewel de regering-Biden deze maand Silicon Valley Bank heeft gered, zullen banken niet meer zo gemakkelijk als eerste uitlenen aan nieuwe start-ups.

Ook de 37-jarige Dustin Calim, die werkt aan zijn vijfde start-up, voelt de sfeer veranderen. Dertien jaar geleden verkocht hij zijn auto, kuste hij zijn moeder gedag en verruilde hij Florida, “waar niemand me begreep”, voor Silicon Valley. Hij sliep voor 60 dollar per nacht op de bank van een villa vol Japanse, Franse en Spaanse hackers. “Iedereen had het over software en start-ups. Eindelijk had ik mijn mensen gevonden.”

In cafés en op netwerkbijeenkomsten – overal werden nieuwe ideeën besproken voor diensten die klantvriendelijker zouden kunnen. De pandemie heeft de techwereld een aantal jaren winstgevender gemaakt, maar, zegt Calim, sociaal armer. “Mensen lopen hier niet meer zo snel een café binnen om naar ideeën van vreemden te luisteren. Die utopische oase waarin ik als twintiger belandde bestaat niet meer.”

Kritiek op groeiende macht

Vlak na de economische crisis in 2009, toen mensen als Calim hun weg vonden naar Silicon Valley, liep iedereen weg met de techwereld. Ook dat sentiment is gedraaid. Naast de technische beloften werden ook de maatschappelijke gevaren van tech steeds zichtbaarder. Zowel de Democraten als de Republikeinen werden kritisch op de groeiende macht van de industrie. Links spreekt zich uit tegen het gebrek aan privacyregels, rechts beweert dat Silicon Valley ‘woke’ is en anticonservatieve geluiden onderdrukt.

Er volgden allerlei onthullingen over de zorgelijke effecten van sociale media in de samenleving en democratie. Mede vanwege alle kritiek veranderde Facebook in 2021 de naam van het moederbedrijf in Meta.

“Techbedrijven die zich ooit moreel voordeden vielen steeds opnieuw van hun voetstuk”, zegt O’Mara. Ook zij blijken vooral ook gewoon bedrijven te zijn: uit op groei, groei, groei. Dat waren ze al, zegt de historicus, maar de mensen die dat niet wilden zien kunnen er niet meer omheen. “Net als al die andere kapitalistische bedrijven zetten ze zo duizenden mensen op straat, via een mail.”

Fietsen op de campus van Google.Beeld Hilary Swift voor de Volkskrant

Het gebeurde ook bij Google, dat zich bij de oprichting nog had voorgenomen om van de wereld een mooiere plek te maken – ‘Don't be evil’ was ooit de slogan.

De campus van het bedrijf ziet eruit als een idyllisch dorp waar werknemers als grote kinderen rondrazen op gekleurde fietsen, hoverboards en elektrische steps. In een grote zandbak wordt gevolleybald. Verder ligt het terrein er uitgestorven bij: in januari ontsloeg Google in een klap 12.000 van de in totaal 190.000 medewerkers.

Ze waren niet de enigen. “Hoe overleef je een massaontslag in tech?”, kopte techblad Wired laatst boven een stuk. Bij Meta verloren 10.000 medewerkers deze maand hun baan, in november werden er al 11.000 weggestuurd. Bij Microsoft moesten 10.000 mensen weg, bij Amazon meer dan 18.000.

Ex-Google-medewerkers, die Xooglers worden genoemd, organiseren webinars over hoe ze hun cv het beste kunnen updaten en ‘happy hours’ om steun te vinden bij elkaar. Voor sommigen voelt hun ontslag alsof ze uit de familie zijn geroyeerd.

“Vroeger stonden de mensen op de eerste plek en daarna pas het bedrijf”, zegt Thais Blumenthal, een 34-jarige ex-Google-medewerker die in januari, na meer dan tien jaar, haar baan verloor. “Dat is nu andersom. De afgelopen jaren veranderde Silicon Valley van een plek waar mensen met ideeën naartoe kwamen, naar een plek waar mensen met geld naartoe kwamen, op zoek naar ideeën.” Ook Blumenthal heeft Silicon Valley verlaten.