Ruim 5.000 voltijdse banen extra in de zorg via zorgpersoneelfonds
Via het zorgpersoneelfonds zijn er in twee jaar ruim 5.000 voltijdse banen bijgekomen in de zorg. Dat meldt federaal minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke (Vooruit). Het grootste deel van het extra personeel is aan de slag gegaan in de ziekenhuizen. En het gaat vooral om verpleeg- en zorgkundigen.
Het parlement richtte het zorgpersoneelsfonds in 2019 op om het tekort aan arbeidskrachten in de sector aan te pakken en de werkdruk te verlagen.
Sindsdien wordt er elk jaar ruim 400 miljoen euro voor uitgetrokken. Het geld wordt vooral gebruikt om meer handen aan het bed te krijgen en om de werkdruk voor het zorgpersoneel te verlichten.
In de ziekenhuizen werden zo 4.862 bijkomende voltijdsequivalenten gecreëerd. "Bij 75 procent van de aanwervingen gaat het om verpleegkundigen of zorgkundigen", zegt het kabinet-Vandenbroucke. "Algemeen geeft 87 procent van de ziekenhuizen een nettotoename van het personeel aan."
Ook in de thuisverpleging en de wijkgezondheidscentra kwamen er - in mindere mate - banen bij. Over de hele sector gezien, leidde het fonds tot meer dan 5.000 extra voltijdsequivalenten.
Toch nog altijd groot personeelstekort in ziekenhuizen
In juli vorig jaar voorzag de federale regering eenmalig in 20 miljoen euro extra en ook bij de begrotingscontrole vorige maand maakte ze nog eens bijkomend 20 miljoen euro vrij.
Met het geld gebeuren niet alleen bijkomende aanwervingen, ziekenhuizen financieren er ook (medische) apparatuur, ergonomisch materiaal of zelfs psychologische ondersteuning voor het personeel mee. Daarnaast gaan ook middelen uit het fonds naar opleidingen en het omvormingstraject "Kies voor de zorg".
Jaarlijks scholen ongeveer 1.000 mensen zich om tot verpleeg- of zorgkundige. Zij komen er boven op de instroom via het reguliere onderwijs.
Maar ondanks die inspanningen kampen de ziekenhuizen nog altijd met een groot personeelstekort. En daardoor blijven nog bijna 2.500 ziekenhuisbedden gesloten.