De schoolvakanties in Franstalig België lopen niet langer gelijk met die van Nederlandstalig België. Sabien Lahaye-Battheu van Westtoer legt uit aan Business AM wat dit inhoudt voor de toerismesector aan de Belgische kust.
Beluister hier het volledige gesprek met Sabien Lahaye-Battheu:
- “Dit jaar hadden we voor de eerste keer te maken met een spreiding van de schoolvakanties”, zegt Lahaye-Battheu. “De Vlaamse jongeren hebben op de traditionele periodes vakantie, terwijl de Franstalige Belgen geen paasvakantie hebben, maar een lentevakantie van eind april tot half mei.”
- “We hebben gevoeld dat tijdens de voorbije paasvakantie minder Franstalige Belgen op bezoek kwamen aan de kust. In de weekends viel dat wel nog mee.”
- “Op het einde van het jaar zullen we pas goed de evaluatie kunnen maken en terugblikken op de cijfers. Maar als we bijvoorbeeld kijken naar de komende lentevakantie, dan zien we toch dat er al 54 procent meer online boekingen zijn voor hotelkamers in vergelijking met vorig jaar”, zegt Lahaye-Battheu.
Tweesnijdend mes
- “Spreiding is aan de ene kant wel goed omdat je dan minder drukte hebt. Maar aan de andere kant is dit voor horeca-uitbaters en kustgemeenten een uitdaging om het hele jaar door voldoende personeel en aanbod te hebben. Het is een mes dat langs twee kanten snijdt.”
- “We promoten de kust al een hele tijd als een bestemming voor de vier seizoenen”, legt Lahaye-Battheu uit. “Men gaat nu ook in de winter en in de herfst naar de kust, dus het aanbod was al enorm geëvolueerd. Daarnaast is het zo dat die veranderingen van die schoolvakanties niet uit de lucht komen vallen.”
- “Vooral de tewerkstelling blijft een uitdaging. Wanneer Franstalige Belgen naar de kust kunnen komen, stellen wij vast dat veel studenten zich aan het voorbereiden zijn op de examens. Dan moet men zich meer richten tot flexi-jobs.”
- “Wij zien die spreiding van de schoolvakanties niet als iets negatiefs. Volgens ons zal dat eerder positieve effecten hebben voor toerisme”, aldus Lahaye-Battheu.
(ns)
