Direct naar artikelinhoud
InterviewGregoire Van den Ostende

‘Stijgende temperaturen in de champagnestreek hebben kwaliteit van de wijn positief beïnvloed’

Grégoire Van den Ostende.Beeld Reuters / rv

Champagneproducenten onderzoeken hoe ze zich kunnen wapenen tegen de klimaatverandering, die zowel de smaak als de opbrengst van de populaire schuimwijn kan beïnvloeden. ‘Pas na twee of drie slechte oogstjaren na elkaar begint het te spannen’, zegt Gregoire Van den Ostende, directeur van het Bureau du Champagne Benelux.

De impact van de opwarming op de kwaliteit van de champagne zou tot dusver vooral positief zijn?

Van den Ostende: “Ja. De voorbije twintig jaar is de gemiddelde temperatuur in de champagnestreek met ongeveer een graad gestegen, en dat heeft de kwaliteit van de wijn vooral positief beïnvloed.

“Voor de smaak van champagne zijn drie zaken van fundamenteel belang. De kennis en knowhow van boeren en champagnehuizen, het terroir - zoals de bodem en andere typische natuurlijke factoren eigen aan de streek - en het klimaat.

“Warmere zomers zorgen voor zoetere druiven, want druiven die sneller rijpen bevatten meer suiker. Cruciaal voor de smaak is het evenwicht tussen zoet en zuur, en dat evenwicht is nu geoptimaliseerd. Soms wordt tijdens het productieproces nog wat suiker toegevoegd om de smaak te optimaliseren, maar dat is nu steeds minder nodig.”

Volgens een recent rapport zou zomerse droogte in de streek tegen 2050 drie keer vaker kunnen voorkomen. Welke gevolgen kan dat hebben en valt daar iets aan te doen?

“Een mogelijk probleem is dat druiven te snel rijpen, en daardoor te zoet worden. Dat is voorlopig gelukkig nog niet aan de orde. Toenemende gevoeligheid voor ziektes is een andere potentiële bedreiging.

“Telers passen zich al met simpele ingrepen aan de warmte aan, door bijvoorbeeld minder bladeren weg te snoeien, zodat er meer beschaduwing is. Daarnaast onderzoeken we het potentieel van nieuwe druivensoorten, die trager rijpen, en beter bestand zijn tegen ziektes.

“Momenteel zijn drie druivensoorten goed voor meer dan 99 procent van de champagneproductie: de pinot noir, de pinot meunier en de chardonnay. Daarnaast zijn er nog vier oudere rassen toegestaan die minder vaak worden gebruikt. We experimenteren nu al enkele jaren met de voltis-druif, en onderzoeken in welke mate die kan helpen om de typische champagnesmaak te vrijwaren. Levert dat positieve resultaten op, dan kan ze worden toegevoegd aan de lijst met druivensoorten die zijn toegestaan voor de champagneproductie.

“Daarnaast kunnen producenten spelen met de blends die ze maken. Meer dan 80 procent van de champagne is een mengsel van druivensoorten, geoogst in verschillende jaren. Zo slagen producenten erin om variatie in de smaak te minimaliseren.”

Welke impact verwachten jullie op de opbrengst?

“De champagnestreek is sowieso een kwetsbare regio, waardoor de opbrengst sterk kan variëren. Vooral late vorst of hagelbuien kunnen de opbrengst schaden. In 2021 ging zo bijna de helft van de oogst verloren. Maar champagneboeren zijn voorzichtig en houden telkens een deel van hun oogst achter de hand als reserve. Daarom heeft het grillige weer in 2021 geen groot effect gehad, omdat er nog voldoende in de kelders lag. Maar volgen er twee of drie slechte oogstjaren op elkaar, dan begint het wel te spannen.”

Is het mogelijk dat de champagneproductie op termijn zal moeten verhuizen naar klimatologisch geschiktere streken?

“Nee. Het terroir is van fundamenteel belang. Zo groeien de meeste wijngaarden op een krijtlaag in de bodem die een impact heeft op de typische smaak. Het kan natuurlijk wel zijn dat andere streken geschikt worden om kwaliteitsvolle schuimwijn te producten, maar champagne kan enkel uit de champagnestreek komen.

“Het is koffiedik kijken welke impact grillig weer zal hebben. Maar vooralsnog hoeft de consument niet te vrezen voor een andere smaak of tekorten.”