Weyts wil alleen nog Nederlands op school horen: “Verbod op andere talen in schoolreglement”

Voor Weyts is het prioritair dat er gefocust wordt op de essentie, namelijk Nederlands en wiskunde. Zo moet de helft van de lestijd naar die basisvakken gaan. De onderwijsverstrekkers wijzen erop dat dat geen probleem zal vormen aangezien dat nu in de praktijk al het geval is.

Concreet rolt Weyts dit schooljaar een actieplan Nederlands uit. Om scholen met veel anderstalige kinderen bij te staan, trekt hij 20 miljoen euro extra middelen uit. Het gaat dan om scholen die de voorbije drie jaar meer dan 50 procent anderstalige leerlingen telden. Bedoeling is om met teams vanuit het Leerpunt scholen bij te staan op vlak van het omgaan met anderstaligen, een sterker integratie- en taalintegratiebeleid uit te rollen en 80.000 leerlingen te bereiken.

Weyts zegt verder dat het Nederlands de enige voertaal moet worden op school. In de klas, maar ook op de speelplaats. Die regel wil Weyts bijvoorbeeld in het schoolreglement laten opnemen. “Nederlands is het bindmiddel tussen al die leerlingen met een verschillende thuistaal”, stelt Weyts. “Als je toelaat dat iedereen zijn eigen taal spreekt in het onderwijs, dan ontstaat er een Babylonische spraakverwarring. Je moet een duidelijk signaal en een duidelijke boodschap geven. Ouders en kinderen die maximaal inzetten op Nederlands presteren uiteindelijk beter en halen betere resultaten.” De minister benadrukt nog eens het belang dat kinderen ook na schooltijd in contact blijven komen met het Nederlands.

Ook wil hij minimumdoelen Nederlands voor kinderen in de derde kleuterklas. Aan het begin van het schooljaar (in oktober of november) leggen de kleuters al taaltesten af, de zogeheten koalatest. Zo kan dan de rest van het schooljaar hun Nederlands indien nodig bijgeschaafd worden. Met minimumdoelen kan vastgelegd worden wat ze moeten kennen en kunnen.

Tot slot zal ook het Leesoffensief versterkt worden, het Vlaamse actieplan dat erop gericht is het leesniveau op te krikken.

“De klas van vandaag is niet meer dezelfde als die van twintig jaar geleden, met veel diversiteit aan culturele achtergronden en thuistalen. Een reden te meer om nog meer de klemtoon te leggen op het Nederlands”, verklaart hij. “Nederlands is het kader waarin alle andere kennis verworven wordt. Als dat kader fout zit, is de kans heel groot dat hij fout loopt bij het verwerven van de andere kennis.”

Dat de focus op het Nederlands het stokpaardje van Weyts is, is niet nieuw. Zo lanceerde hij al taaltesten voor kleuters in de derde kleuterklas, de koalatesten, en werd Nederlands, samen met wiskunde en wetenschappen, een van de speerpunten in de nieuwe minimumdoelen voor de tweede en derde graad secundair onderwijs.

In eerste instantie wordt gestart met de minimumdoelen voor de eerste graad secundair en dan volgen die voor het basisonderwijs. De ontwikkelcommissies starten in september. Het onderwijsveld zal voortwerken op de consensus die is gevonden bij de uitwerking van de minimumdoelen voor de tweede en derde graad secundair onderwijs. Het klinkt unisono dat er een goede manier is gevonden om samen te werken.

Vanaf september 2024 worden dan de nieuwe minimumdoelen voor de eerste graad secundair uitgerold, vanaf september 2025 de nieuwe minimumdoelen voor het kleuter- en het lager onderwijs. De minister erkent dat het een huzarenstukje wordt. “De huidige eindtermen dateren nog van 1997. De oefening is bijna dertig jaar blijven liggen.”

De Onderwijsvereniging van Steden en Gemeenten (OVSG) pleit ervoor om geen drempels in te bouwen in de minimumdoelen en bijvoorbeeld vast te leggen wat leerlingen per leerjaar moeten kennen en kunnen.

Maar bij Katholiek Onderwijs Vlaanderen blijft de nadruk op de grondwettelijke vrijheid van onderwijs liggen. “De maatschappelijke verwachtingen van het minimum mogen heel duidelijk klinken. Tegelijk moet er voldoende ruimte zijn, zodat scholen en leraren er vanuit hun eigen professionaliteit hun ding mee kunnen doen en de lat hoger kunnen leggen voor de leerlingen waar dat kan”, zegt directeur-generaal Lieven Boeve.

Ook gedelegeerd bestuurder Koen Pelleriaux van gemeenschapsonderwijs GO! wil een duidelijke focus op Nederlands en wiskunde. Daarnaast vindt hij het belangrijk dat de minimumdoelen voor het basisonderwijs aansluiten op het curriculum van de eerste graad van het secundair onderwijs.

De onderwijsverstrekkers zijn wat terughoudender over het idee van minimumdoelen voor kleuters.

De minister houdt vol: “Het kan niet de bedoeling zijn dat kinderen overgaan naar het eerste leerjaar met een achterstand voor Nederlands”, zegt Weyts. “Nederlands is het vak dat alle andere vakken mogelijk maakt. Die boodschap moeten we ook aan ouders geven: je kind heeft geen gelijke kansen als het aan het eerste leerjaar begint met een achterstand. Zij moeten er ook voor zorgen dat hun kind na 15.30 uur in contact komt met het Nederlands. Anders ontneem je je kind toekomstkansen en ben je geen goede ouder. Dat moeten we durven te zeggen”, aldus Weyts in Het Nieuwsblad.

KIJK OOK. Karine (65) keert terug uit pensioen om leerkrachten met een burn-out te vervangen: