Met de Europese juniorestitel stapt Moors in de voetsporen van bekende namen als de Nederlandse Lorena Wiebes en de Duitse Liane Lippert. “Ze had voor dit EK al bewezen dat ze wereldtop is”, vertelt Willems. “Fleur reed een erg sterk seizoen, met de laatste twee maanden nog een klein beetje extra. Op het WK was ze supersterk en haalde ze onverhoopt het podium. En vorige week in de Nations Cup in Watersley klopte ze Venturelli al in de laatste rit, ook toen bergop. Venturelli, dat is een wereldtopper.”

Op de VAM-berg vond Moors een parcours op haar maat, weet Willems: “Dit is een parcours dat haar perfect past. Met korte, nijdige hellingen. Iets wat ze perfect kan, dankzij haar cyclocrossachtergrond. Fleur is een heel explosief type. En iemand die eigenlijk geen schrik heeft. Ze is technisch heel sterk, ook al koerst ze nog maar twee, drie jaar. Moeilijk te zeggen welke parcoursen haar het beste zullen liggen. De Vlaamse koersen passen sowieso bij haar, maar ook in het Baskenland reed ze dit seizoen op beklimmingen van vijf, zes kilometer met de beste rensters naar boven.”

In 2024 maakt Moors de overstap naar de beloftecategorie. Kan ze de komende jaren doorgroeien naar de top bij de eliterensters? Willems voorspelt haar alvast een mooie toekomst: “Want ze maakt rustige stappen. Ze koerst heel weinig, ook al lijkt dat niet zo omdat ze de weg combineert met het veldrijden. Maar op de weg rijdt ze enkel de grote wedstrijden. Ze combineert koers ook met zware studies. Daarom is het iemand die nog heel veel stappen kan blijven maken.”