Direct naar artikelinhoud
InterviewElla, Billie en Olga Leyers

‘Als je serieel monogaam bent, en eens vijf leuke jaren hier beleeft, en een paar leuke daar, dan is dat toch ook goed?’

Billie, Olga en Ella Leyers: ‘De lange relatie van onze ouders heeft hen niet beteugeld. Ze bezitten elkaar niet, zeggen elkaar niet wat ze wel of niet mogen doen, maar ­komen wel altijd bij elkaar thuis. Mooi.’Beeld Rebecca Fertinel

Ella Leyers staat klaar voor een nieuw seizoen van De ideale wereld, Olga poetst voor StuBru haar radiostem op, en Billie heeft een single uit. ‘Wij ­waren de Latijn-Grieks studerende, quizzende familie.’

Een gesprek met Ella, Olga en Billie Leyers keurig op de rails proberen te houden: het is een opgave die bij voorbaat gedoemd is te mislukken. De zussen hebben elkaar alweer veel te vertellen, al zaten ze de avond ervoor ook nog gewoon samen op café. Twee uur lang stuiteren we vermakelijk doch een tikje chaotisch alle richtingen uit. Wat niet helpt, is dat we ons met drankjes op een centraal Antwerps plein hebben geparkeerd, waar in de loop van ons gesprek hun halve kennissenkring lijkt te passeren. Om de haverklap schieten de handen alweer wuivend de lucht in. Saai wordt een onderonsje met drie van de vier Leyers-zussen in elk geval nooit.

Er is dan ook véél om het over te hebben. Het nieuwe seizoen van De ideale wereld bijvoorbeeld, dat Ella Leyers (35) voor het tweede jaar op rij vakkundig aan elkaar zal praten. Olga (26) zal op Studio Brussel dan weer tot december wekelijks De afrekening presenteren, en Billie (28) liet zopas haar nieuwe single ‘Bad News First’ op de wereld los. Die maakte ze samen met haar vriend Jasper Maekelberg, onder de noemer van hun muzikale project Oyesono, waarmee ze op 15 oktober in een uitverkochte AB Club staat.

Ik beeld me in hoe een familiefeest er bij jullie aan toegaat. Worden de toegestane geluidsniveaus daar geregeld overschreden?

Olga: “Die feesten zijn inderdaad behoorlijk luid, ja. (lacht) Wij laten elkaar ook zelden uitspreken, dus je moet snél zijn. Jasper, de vriend van Billie, gaat zelfs om het uur even in de woonkamer afkoelen. Anders worden het lawaai en de drukte hem te veel.”

Billie: “Die doet zelfs oordoppen in als ik hem naar familiefeesten meeneem. Geen grap!”

Ella: “Omdat wij zo kakelen? (hilariteit) Komaan, mannekes! We zijn alle clichés over ons nu al aan het bevestigen.”

Vertel eens: wat strookt totaal niet met het beeld dat mensen van jullie hebben?

Ella: “Ik kan ook veel stiller en meer teruggetrokken zijn dan het sociale dier waarvoor velen mij houden. Op televisie moet ik natuurlijk gevat en ad rem uit de hoek komen, maar die twee uitersten zitten in mij, en er is een tijd en plek om ze allebei naar buiten te laten komen.”

Olga: “Dat heb ik ook! Er wordt van mij vaak gedacht dat ik een halve hyperkineet ben, terwijl ik me thuis ook als een asociale kluizenaar kan terugtrekken met al mijn boeken.”

Jullie hangen dagelijks met elkaar aan de­ ­telefoon, heb ik gehoord. Dat is veel.

Billie: “Ja, dat klopt. Er gaat geen dag voorbij zonder dat we minstens een deel van de familie aan de lijn hebben gehad.”

Ella: “Sommige vriendinnen zeggen dat ze jaloers zijn op de hechte band die ik met mijn ouders en met mijn zussen heb. Maar dat heeft als keerzijde dat ik soms ook eens wat méér ademruimte zou willen. Van ons vieren (ze hebben nog een oudere zus, professioneel moderator Dorien Leyers, red.) ben ik degene die het meeste nood aan wat persoonlijke ruimte heeft, denk ik.”

Olga: “Het is bij ons inderdaad zo dat, als een van de zussen een avond en een voormiddag geen teken van leven heeft gegeven, er alarmbellen afgaan. Dan worden er al beste vriendinnen gecontacteerd. Terwijl de persoon in kwestie − ik kijk even betekenisvol naar Ella − waar­schijnlijk gewoon nog aan het uitslapen is, en wakker wordt met twintig gemiste oproepen.”

Ella: “Dan lijkt het alsof ik vermist was. Nee, ik ben gewoon 35, and I was minding my own business.” (lacht)

Hoe toevallig is het eigenlijk dat jullie alle drie een job in de spotlights uitoefenen?

Billie: “Wij zijn er natuurlijk mee groot geworden. Als kind al zagen wij niets anders dan dat papa muziek maakte of programma’s in elkaar puzzelde. Het was de normaalste zaak van de wereld. Het kind van een bakker of bankier zal later waarschijnlijk ook sneller in diezelfde sector aan de slag gaan, omdat het de wereld is die hij kent.”

Ella: “Maar dat hele ‘in de belangstelling staan’ is voor ons drieën toch eerder een bijkomstigheid van ons vak, hoor. Het is niet de reden waarom we voor deze sector hebben gekozen. Dat Billie iets met haar talent voor muziek zou doen, was bijvoorbeeld al heel vroeg duidelijk. Maar ze had evengoed nummers voor andere artiesten kunnen schrijven. Dat was ook een piste die openlag.”

Olga: “Als klein meisje had ik al een erg duidelijk beeld van de talenten van mijn grote zussen. Ella was de actrice, en zou in mijn ogen ­sowieso een Oscar winnen. Billie speelde schitterend piano, en ging dus uiteraard in de Elisabethwedstrijd als finalist uit de bus ­komen. Ik zag de dingen nogal categoriek, ja. (lacht) Ik turnde toen nog en zou dus ook een gouden medaille op de Olympische Spelen ­winnen.”

Ella: “Dan zou ik stilaan beginnen te trainen.”

Er zijn ook mensen die zich net beenhard verzetten tegen het voorbeeld dat ze van thuis uit hebben meegekregen. Dat hebben jullie níét gedaan.

Olga: “Ik denk dat het geheim verscholen zit in het feit dat onze ouders ons nooit ergens toe hebben verplicht. Er is nooit tegen ons gezegd dat we móésten acteren, bijvoorbeeld. Integendeel: Ella mocht als tiener zelfs niet naar de kunsthumaniora.”

Ella: “Ze wilden dat ik eerst een wat bredere opleiding kreeg. Nadien mocht ik mijn goesting doen.”

Olga: “Onze ouders zijn superblij met de professionele paden die we zijn ingeslagen, maar ze zouden het ook niet erg gevonden hebben als wij in plaats daarvan boekhouder, kinesi­therapeut of dokter waren geworden. Daar ben ik zeker van.”

Olga, jij hebt ook effectief een diploma rechten op zak, behaald met grote onderscheiding. Je hebt er nadien niets mee gedaan. Waarom niet?

Olga: “Eerst was ik dat wel van plan, want ik heb veel tijd en energie in die master gestoken. Ik was zelfs al wat aan het netwerken, had een paar diners bijgewoond in goede kantoren… maar toen kwam Giancarlo (Angeletti, modeontwerper en echtgenoot van Olga, red.) er plots alleen voor te staan in zijn kledingwinkel. Hij kwam handen tekort, en dus heb ik al de rest on hold gezet om hem te kunnen helpen. Ik ben nu al een paar maanden kleren in de rekken aan het hangen, om het cru te zeggen, maar ik vind dat ik-weet-niet-hoe-leuk.

“Pas op: ik sluit zeker niet uit dat ik nog iets met mijn rechtendiploma ga doen. Als ik kijk naar iemand als Christine Mussche, die het ­Vaticaan aansprakelijk wil stellen… Ja, dat vind ik wel kicken. Zoiets zou een droom zijn.”

Ella: “Het Vaticaan aanklagen is natuurlijk niet iets wat je even tijdens het weekend kunt ondernemen.”

Olga: “Dat is waar: dan zou al de rest voor die job moeten wijken. Acteren, presenteren of meehelpen in de winkel, dat gaat dan niet meer. Alhoewel: misschien zou ik ook een documentaire voor de televisie kunnen maken over hoe ons rechtssysteem in elkaar zit, maar dan op een interessante en toegankelijke ­manier gebracht. Ik zal het hier maar meteen manifesteren, zeker?” (lacht)

Ella Leyers (m.): ‘Toen me in een talkshow werd gevraagd om een liedje te zingen, zei Bart Kaëll: ‘Gewoon nee zeggen.’ Dat nee een antwoord is, heb ik moeten leren.’Beeld Rebecca Fertinel

Billie, jij staat later dit jaar dan weer in een uitverkochte AB Club. Heb je je zussen als klankbord gebruikt?

Billie: “Ik heb dat heel bewust níét gedaan. Dat is dan weer het nadeel van een familie met veel artistieke talenten: iedereen heeft grote en uitgesproken meningen over datgene waarmee je bezig bent. Veel van die meningen zijn dan ook nog eens terecht en goed onderbouwd. Jasper en ik moeten met ons tweeën al overeen zien te komen op muzikaal vlak, als ik er dan ook nog eens alle andere standpunten bij betrek… Nee, dat wordt algauw te veel.”

Ella: “Resultaat: we hebben de nieuwe muziek van Billie ook echt pas heel laat gehoord. Deze zomer mochten we een eerste try-out in de Charlatan bijwonen.”

Olga: “En het is ook wel écht heel goed ­geworden.”

Heb je veel aan je vader gehad? Als muzikant zou hij je nuttige carrièretips kunnen geven.

Billie: “Uiteraard heeft papa veel ervaring, maar het muzikale landschap is tegelijkertijd ook enorm veranderd sinds hij eind jaren 80 de hoogjaren van Soulsister beleefde. Zij verkochten destijds enkele honderdduizenden platen, en dát was dan hun bron van inkomsten. Vandaag heb je met 1 miljoen streams − wat echt al heel veel is − een potje van 3.000 euro verdiend. Dat gaat dan niet eens integraal naar de artiest, maar ook naar het label en het management.

“Er is dus gewoon een compleet ander businessmodel ontstaan, en je moet jezelf als artiest veel meer onderscheiden als je boven het maaiveld wilt uitsteken. Als je daar niet mee bezig bent, verdwijn je in de massa. Natuurlijk zou ik iets op YouTube kunnen zwieren en zien wat er gebeurt, maar dan zijn het parels voor de zwijnen.”

Ella: “Trouwens, om even te beamen dat je je inderdaad niet te veel mag laten leiden door de meningen van anderen. Toen ik aan Olga en Billie vertelde dat ik misschien De ideale wereld zou presenteren, zeiden zij meteen: doen! Maar mijn ouders twijfelden. Ik denk dat ze bang waren dat die rol me niet helemaal zou liggen, of dat ik te veel hooi op mijn vork nam. Het motto van mijn vader is niet voor niks: ‘When in doubt, say no.’ Het is pas toen ze me op de televisie bezig zagen, dat ze merkten: dat komt hier precies wel goed.”

Je hebt ondertussen één seizoen van De ­ideale wereld achter de rug. Had je het ­onderschat?

Ella: “Hm.” (denkt na)

Olga: “Het is wel een beetje een lifestyle geworden, hè? Vroeger was het leven van Ella meer versnipperd. Ze werkte eens twee maanden mee aan de ene serie, dan fladderde ze verder naar het volgende project… Nu draait haar hele agenda rond De ideale wereld.”

Ella: “Dat is waar, en eigenlijk vind ik dat ook wel leuk. Het is de eerste keer dat ik het gevoel heb dat ik een échte job heb. Een vaste plek waar ik mijn laptop mag neerzetten, de structuur, dat vaste, daar hou ik wel van.

“Ik merk dat ik in De ideale wereld op mijn plek zit. Dat heeft even geduurd, hoor: toen ik voor het eerst die pet van presentator mocht opzetten, en besefte dat ik de boel voortaan moest dirigeren, heb ik toch even geslikt. Oei, dacht ik, mág ik dit wel? Die aarzeling is nu weg. Ik begin met heel wat minder stress aan mijn tweede seizoen, ja.”

Stel je het nu niet iets te rooskleurig voor? Sarah Vandeursen zei deze week nog in Humo dat ze het tempo bij De ideale wereld onhoudbaar vond.

Ella: “Natuurlijk is De ideale wereld presenteren ook vermoeiend. You have to show up, elke dag opnieuw. Nadat je eerst een hele werkdag aan die show hebt zitten sleutelen, moet je ’s avonds ook nog effectief op die stoel gaan zitten en het dóén. Maar wees gerust: er is nog steeds tijd genoeg om me in het weekend te amuseren, hoor. (lacht) Het is niet zo dat ik voor twee maanden op wereldtournee ga en nergens nog tijd voor heb.”

Olga: “Ja, ik heb juist het gevoel dat Ella nog gelukkiger is geworden sinds ze die talkshow presenteert. De job is haar op het lijf geschreven. Ella is ook gewoon héél grappig. Dat is wat mensen telkens weer bijblijft wanneer ze haar net hebben ontmoet: haar humor.”

Ella: “Die is in de loop van het vorige seizoen nochtans ook geëvolueerd. Op de Gentse Feesten kwam iemand me vertellen dat het allemaal nog wat stouter mocht. Ik kan me wel vinden in die kritiek: in het begin was ik inderdaad wat te beleefd en durfde ik de mensen niet te onderbreken. Maar tegelijkertijd kan ik me ergeren aan presentatoren die hun gasten te snel de mond snoeren. Het is een delicaat evenwicht, maar ik voel dat ik zelfverzekerder word, dat ik steeds meer durf.”

Nog een Leyers-trekje: jullie zouden allemaal strebers zijn. Waar komt dat vandaan?

Billie: “Dat is zo. Als wij ons ergens in vast­bijten, laten we niet meer los.”

Ella: “Daar zijn wij mee opgegroeid. Wij ­waren de Latijn-Grieks studerende, quizzende familie…”

Billie: “Vooral mama wakkerde die prestatiedrang aan. Als je het op school goed deed, kon je je thuis eigenlijk veel permitteren. Maar als je een zes had op wiskunde, was de reactie toch: ‘Oei, wat is er gebeurd?’ Mama zei weleens: ‘Ze kunnen je alles afpakken in het leven, maar wat er in je kop zit, dat niet.’”

Heeft die druk ooit op jullie gewogen?

Olga: “Nee, want van thuis uit werd ons ook veel zelfvertrouwen meegegeven. Als wij zeiden dat wiskunde ons niet lag, was de repliek: ‘Waarom zou je dat níét kunnen?’ Er werd door onze ouders nooit aan onze capaciteiten getwijfeld, maar je moest wel je best doen.”

Billie: “Soms hoor ik mensen over hun kind zeggen: ‘Zijn Frans is niet zo goed, maar ja, dat ligt hem nu eenmaal niet.’ Dan denk ik: als je er de nodige uren en moeite in steekt, is er meestal toch nog veel mogelijk? Dat is een filosofie die er bij ons is ingepeperd.”

Ella: “Ja, geen uitvluchten zoeken, doe het ­gewoon.”

Olga Leyers (b.): ‘Mocht ik één keer met iemand anders kussen, vrees ik dat mijn valiezen wél klaar zouden staan. Ik ben met een klassieke italiaan getrouwd, hè.’Beeld Rebecca Fertinel

Jullie zijn nu terechtgekomen in een sector waarin de lat ook bijzonder hoog ligt. Het moet niet gewoon goed zijn, je moet uitblinken.

Olga: “Ja, en het kan bij momenten ook echt een harde wereld zijn. Ik herinner me mijn begindagen bij VTMKzoom nog. Na mijn eerste afleveringen hadden ze daar een montage van een halfuur gemaakt met allemaal dingen die ik niet goed had gedaan. Dat was even slikken. In zo’n klimaat raak je op den duur wel gehard.”

Ella: “Met opbouwende kritiek kan ik zelf redelijk goed omgaan. Dat vind ik nog iets anders dan door een willekeurige hater staalhard afgekraakt te worden. Die commentaar laat ik probleemloos van me afglijden.

“Ook mijn grenzen aangeven is iets wat ik heb moeten leren. Ik herinner me nog dat mij enkele jaren geleden in een talkshow gevraagd werd ‘of ik niet nog even een liedje wilde zingen’. Vooraf was ik daar niet van op de hoogte gebracht, en daar voelde ik me dus niet comfortabel bij. Bart Kaëll zat op dat moment in de studio en zei op de meest ontspannen toon die je je kunt inbeelden: ‘Gewoon nee zeggen.’ Dat nee ook een volledig antwoord is, heb ik echt moeten leren. Want je denkt toch snel: ik zal hier maar niet moeilijk doen. Of: ik ben de mensen iets verschuldigd. Maar uiteindelijk ben jij het die op televisie komt, hè. Als je je ergens niet comfortabel bij voelt, moet je nee durven te zeggen.”

In het verleden werd jullie ook weleens aangewreven dat jullie als ‘dochter van’ meer kansen hebben gekregen. Dat succes voor jullie, met andere woorden, net iets gemakkelijker is gekomen.

Ella: “Het idee dat wij de dingen in onze schoot geworpen hebben gekregen, vind ik zo bizar. Alsof papa vroeger aan de telefoon hing: ‘Ja, zeg, ik heb hier een paar dochters rondlopen, geef die eens werk.’ Dat is toch te absurd voor woorden? Nee: ik moet ook casting doen, net als al de rest. Soms krijg ik een rol, soms niet.”

Billie: “Weet je nog toen er mensen waren die dachten dat papa de American Academy of Dramatic Arts in New York had gebeld om jou daar binnen te lullen? Alsof ze daar al van Jan Leyers hadden gehoord.” (lacht)

Ella: “Dat vond ik zo frustrerend. Dan denk je: ik ga in New York studeren om eindelijk van die kritiek verlost te zijn, dan volgt ze je zelfs tot daar.”

Olga: “Maar wij zijn natuurlijk wie we zijn door papa, hè. Materieel zijn wij als kind niet verwend, maar mentaal zijn we wel enorm gevoed. Want er waren boeken in huis, er was een muziekstudio, er kwamen goede muzikanten en schrijvers over de vloer… Misschien hebben we daardoor onze talenten net iets makkelijker kunnen ontplooien. Maar ons een job geven enkel en alleen omdat we ‘de dochter van’ zijn? Dat gebeurt echt niet, dat kan ik je verzekeren.”

Olga, jij trouwde eerder dit jaar met Giancarlo. Schrokken je zussen er destijds van dat je met een wat oudere man thuiskwam, die ook al twee kinderen had?

Olga: “Ella kende hem al, dus voor haar was het geen schok. Maar ik heb zelf vooral even getwijfeld of ik die rol van plusmama wel zou aankunnen, en of het leeftijdsverschil − we schelen achttien jaar − niet te groot zou zijn. Maar wat kan ik zeggen? (toont haar trouwring) Giancarlo is heel volhardend geweest.”

Ella: “Ik weet nog dat ik tegen Olga zei: ‘Het mág, hè. Het is niet omdat er op papier dat leeftijdsverschil tussen jullie in zit, en omdat hij twee kindjes heeft, dat een relatie daardoor bij voorbaat onmogelijk is. Het kan, en het mag.’”

Olga: “Dat is waar. Ella is ook vanaf het begin heel ondersteunend geweest met die kindjes. In plaats van te doen alsof het choquerend was dat haar jongere zus plots plusmama was, zei ze: ‘O, hoe schattig! Kom er maar mee af!’”

Ella: “Ik vind trouwens echt dat Olga dat plusmoederschap enorm goed aanpakt. Ze trapt bijvoorbeeld niet in de klassieke val van overdreven zacht of onderdanig te willen zijn voor die kindjes, vanuit het idee dat het niet haar eigen kinderen zijn. Dat vind ik straf, want ze was nog maar 22 toen die kinderen in haar leven kwamen. Het helpt wel dat ze heel braaf zijn. Onlangs zei iemand dat ze even op de iPad konden spelen, waarop zij antwoordden: ‘Nee, wij willen liever kleuren.’ Ja, zo kan ik het ook.” (lacht)

Trouwen zou je vandaag ook een tikje ­traditioneel kunnen noemen.

Billie: “O, maar dat willen wij alle vier heel graag, hoor. We willen ook allemaal kinderen.”

Ella: “De kritiek die je vaak hoort van mensen die niet willen trouwen is: ‘Waarom zou je je vrijwillig in een kooi laten opsluiten?’ Terwijl wij thuis juist hebben gezien dat de lange relatie van onze ouders − ze zijn 41 jaar getrouwd − hen niet beteugeld heeft. Het heeft hun vrijheid gegeven. Ze bezitten elkaar niet, zeggen elkaar niet wat ze wel of niet mogen doen, maar ­komen wel altijd bij elkaar thuis. Dat vind ik mooi.”

De invulling hoeft voor jullie niet zo ­stereotiep?

Billie: (knikt) “Wij zijn alle drie niet de types die, mocht ons lief ooit met iemand anders kussen, meteen zouden zeggen: ‘De valiezen staan klaar!’ Alles heeft toch zijn context? Ik kan het niet goed verdragen als ik mensen in zulke absolute termen hoor spreken. Ga je een goede relatie echt opblazen omdat je lief eens één keer met iemand anders kust? Jasper en ik zijn niet zo’n voorstander van elkaar dingen compleet te verbieden.”

Olga: “Ik vrees dat mijn valiezen wel klaar zouden staan. Ik ben met een klassieke Italiaan getrouwd, hè. (lacht) Maar het is wel zo dat ik het idee van een lange relatie enorm schoon vind. Als je na al die jaren aaneenhangt van de inside jokes en gemeenschappelijke herinneringen, dat is toch prachtig? Daarom ben ik ook blij dat ik al zo jong getrouwd ben: de teller is al aan het lopen.”

Ella: “Dat is waar. Maar hoe langer hoe meer besef ik ook dat er niet één juiste manier is om een familie te creëren. Als je serieel monogaam bent, en eens vijf leuke jaren hier beleeft, en een paar leuke daar, dan is dat toch ook goed?

“Wat ik zoek in een relatie wordt met de jaren in elk geval alleen maar duidelijker. Iemand heeft eens tegen mij gezegd: zoek iemand met wie je jezelf over dertig jaar in een plastic tuinstoel ziet zitten, en met wie je je ook dan nog amuseert. Het moet dus geen stommerik zijn. En lief, dat staat ook hoog op het verlanglijstje. Voorts ben ik niet zo veeleisend.” (lacht)

Billie (l.): ‘Soms hoor ik mensen over hun kind zeggen: ‘Zijn Frans is niet zo goed, maar ja, dat ligt hem nu eenmaal niet.’ Dan denk ik: als je er de nodige uren en moeite in steekt, is er meestal toch nog veel mogelijk?’Beeld Rebecca Fertinel

De ideale wereld, vanaf 16 oktober om 22.20 uur op Eén. De afrekening, elke zaterdag tussen 10 en 12 uur op Studio Brussel. Oyesono (single: ‘Bad News First’), op 15 oktober in de AB Club.