© Shutterstock

Fijnstof na meteorietinslag speelde belangrijke rol bij uitsterving van dinosaurussen

Het fijnstof van het verpulverde gesteente dat vrijgekomen is bij de meteorietinslag 66 miljoen jaar geleden, heeft een belangrijke rol gespeeld bij het massaal uitsterven van het leven op onze planeet. Dat blijkt maandag uit nieuw onderzoek, waaraan de Koninklijke Sterrenwacht van België, de Vrije Universiteit Brussel, de KU Leuven en het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen hebben bijgedragen.

Bron: BELGA

De meteorietinslag liet een krater van bijna 200 kilometer, bekend als de Chicxulubkrater in het Mexicaanse Yucatan, achter. De inslag had als gevolg dat naar schatting 75 procent van de soorten op aarde, waaronder de niet-vliegende dinosaurussen, uitstierf. De inslag leidde tot een soort winter, waarbij het klimaat sterk afkoelde en de fotosynthese verstoord geraakte. De precieze redenen voor die ‘inslagwinter’ en de bijhorende massa-uitsterving zijn tot op vandaag echter nog niet helemaal bekend. 

Wat uit eerder onderzoek wel al gebleken was, was dat het zwavelgas en de zwaveldeeltjes die tijdens de inslag vrijkwamen, en het roet van de bosbranden na de inslag, de belangrijkste oorzaken waren van de inslagwinter. De uitstoot van fijnstof, meer bepaald silicaatstof, werd als minder belangrijk beschouwd. 

Fotosynthese stilgelegd

Om de rol van zwavel, roet en silicaatstof te onderzoeken, ontwikkelden wetenschappers een nieuw model, gespecialiseerd om de klimatologische en biologische respons van de inslag na te bootsen. De wetenschappers gebruikten daarvoor nieuwe gegevens, afkomstig uit een geologische locatie in Noord-Dakota in de Verenigde Staten. 

“Er zijn daar sedimenten teruggevonden die extreem goed bewaard zijn gebleven”, vertelt Steven Goderis (VUB). “Dat liet ons toe de korrelgrootte van silicaatstof te onderzoeken. De silicaatstof had een veel fijnere en meer uniforme korrelgrootte dan we eerder gedacht hadden.” 

De modellen lieten zien dat een pluim van micrometrisch silicaatstof tot 15 jaar na de inslag in de atmosfeer kan zijn gebleven. Dit droeg bij aan een wereldwijde afkoeling van het aardoppervlak tot 15 graden Celsius in de eerste nasleep van de inslag. 

Het fijnstof hield ook zonnestralen tegen, ontdekten de wetenschappers. De fotosynthese op aarde werd zo bijna twee jaar lang stilgelegd, waardoor dieren en planten massaal zijn gestorven. “De hoeveelheid fijnstof en de diameter van het stof, bleken cruciaal te zijn voor de massale uitsterving”, vertelt Goderis. “Dat fijnstof een dergelijke belangrijke rol gespeeld heeft, naast roet en zwaveldeeltjes, hadden we niet verwacht.” 

Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Geoscience.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer