Direct naar artikelinhoud
NieuwsVerkeer

Nieuwe wegcode op komst: fietsers mogen straks soms ook links door het rood en er komen genderneutrale verkeersborden

Illustratiebeeld.Beeld Benny Proot

De wegcode krijgt na vijftig jaar een update. Eind volgend jaar treden de nieuwe regels in werking. In de nieuwe regelgeving is meer aandacht voor zwakke weggebruikers.

De huidige wegcode werd zowat een halve eeuw geleden ontwikkeld, nochtans verplaatsen we ons niet meer op dezelfde manier als vijftig jaar geleden. Sinds 2005 wordt er daarom gewerkt aan een nieuwe wegcode. Daarover is er nu een akkoord tussen de drie gewesten, zo kondigt federaal minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) aan op een persconferentie.

De nieuwe wegcode - voortaan Code van de openbare weg - is volgens Gilkinet “aangepast aan de nieuwe noden en de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van mobiliteit”. Zo zijn auto’s niet langer de standaardnorm, klinkt het. “We hebben nu een code die het eerlijk delen van de openbare weg voor iedereen regelt.”

De nieuwe regels hebben daarom als doel om alle weggebruikers hun rechtmatige plaats op de openbare weg te geven, de actieve mobiliteit te bevorderen, de verkeersveiligheid te versterken en te zorgen voor duidelijkheid, leesbaarheid en coherentie.

Dit is er nieuw

Voetgangers en fietsers

Voor voetgangers moet er op voetpaden minimaal 1,5 meter vrije ruimte komen. Diagonaal oversteken wordt voor fietsers en voetgangers toegestaan als het verkeersbord ‘vierkant groen voor voetgangers/fietsers’ aanwezig is.

Met de fiets op het trottoir rijden is straks mogelijk voor kinderen tot elf jaar (tegenover negen voordien). De grootte van een groep fietsers verandert ook: binnenkort mag je vanaf tien personen op de weg rijden, terwijl de grens tot nu op vijftien stond. Wanneer een specifiek verkeersbord aanwezig is, mogen fietsers ook door het rode of oranje verkeerslicht rijden om linksaf, rechtsaf of rechtdoor te gaan.

Voor fietsers veranderen enkele regels.Beeld BELGA

Speedpedelecs krijgen dan weer nieuwe toegang tot voetgangerszones en speelstraten en er komen ook regels voor het rijden in groepen, comform de regels voor bromfietsen. In principe gelden voor de snelle fietsen dezelfde regels als voor fietsers, op een paar uitzonderingen na. Bromfietsen van het type B moeten verplicht op de rijbaan rijden, ook al halen ze ze geen 50 kilometer per uur, en dus niet op het fietspad.

Auto

Voor autogebruikers komt er een einde aan het alternerend parkeren. Ook meerderjarige passagiers kunnen worden bestraft als ze hun gordel niet dragen, terwijl dat voordien enkel de bestuurder was. Bij een panne of ongeval moeten de vier richtingaanwijzers verplicht gebruikt worden. Verder wordt het parkeerverbod ook uitgebreid naar een verbod op stilstaan op bepaalde fietspaden en op parkeerplaatsen voor personen met een handicap.

Nieuwe verkeersborden

Op het vlak van diversiteit en inclusie komen er genderneutrale verkeersborden. Er komen ook acht nieuwe gevaarsborden, die onder meer waarschuwen voor een zachte berm, ijzel of sneeuw, mist, file, ongevallen en spoorvorming.

Daarnaast worden er nieuwe symbolen - voor een bakfiets en deel-voortbewegingstoestellen - gelanceerd. Tot slot worden een aantal borden ook in een nieuw jasje gestopt.

Lees ook

‘We leven toch niet in een politiestaat?’: lezers over nultolerantie voor alcohol en andere Vias-voorstellen

De code van de openbare weg moet nu nog worden goedgekeurd door de Raad van State. In de lente van volgend jaar volgt dan normaal gezien de publicatie in het Belgisch staatsblad, waarna de nieuwe regels van kracht worden in het najaar van 2024 of het begin van 2025. De hervorming zal ook veranderingen met zich meebrengen voor de politiediensten en de rijexamencentra.

“Sinds het begin van mijn mandaat is het mijn ambitie om van mobiliteit een vrijheid te maken. Maar er is geen vrijheid zonder respect tussen weggebruikers en een evenwichtige verdeling van de openbare ruimte. De Code van de openbare weg biedt een antwoord op deze twee cruciale uitdagingen en zorgt tegelijkertijd voor dat de verschillende vervoersmodi op rustige manier samengaan”, besluit Gilkinet.