CD&V kritisch voor studie naar kostprijs migratie

Staatssecretaris Theo Francken, voorstander van een Canadees model. © BELGA

Minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) en staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) hebben de Nationale Bank naar een studie gevraagd over de kostprijs van migratie. CD&V is, niet onverwacht, kritisch voor het plan.

Peter De Lobel

Minister Van Overtveldt legt vandaag in Het Laatste Nieuws uit dat hij met de studie een beter beeld wil krijgen van de impact die migratie heeft op de sociale zekerheid, de arbeidsmarkt en de productiviteit. Er zal vooral gekeken worden naar migranten van buiten de Europese Unie. ‘Zo’n allesomvattende studie ontbreekt vandaag. Vaak wordt verwezen naar verouderde of internationale studies waarvan de conclusies moeilijk door te trekken zijn naar de Belgische context’, zegt minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA).

Dat laatste - verwijzen naar eerdere studies - is precies wat CD&V vanmorgen ook doet. Vice-premier Kris Peeters toonde zich vanmorgen alvast verwonderd. 'Ik vind het verwonderlijk omdat de nationale bank dit al berekend heeft in 2016', zei hij aan de VRT. 'Ook de Hoge Raad voor Werkgelegenheid is al met dergelijke studie bezig. Waarom vraag je een bijkomende studie als er al studies zijn gemaakt?'

'Het hoeft geen taboe te zijn'

Het gaat kortom om een heel gevoelig onderwerp. Toen staatssecretaris Theo Francken (N-VA) in 2011 op Facebook een bericht plaatste met een verwijzing naar een artikel van The Economist en daarbij alludeerde op de meerwaarde van Marokkaanse, Congolese en Algerijnse migranten, gingen de poppen aan het dansen. Wouter Beke, voorzitter van CD&V, vroeg zich toen al af of we ook de kostprijs zouden berekenen van iemand die in een rolstoel zit.

'Ik zou het betreuren als andere partijen dat opnieuw op die manier interpreteren. Het wordt vaak als een taboe gezien, maar dat hoeft het niet te zijn. Meten is weten', zegt Francken vandaagaan De Standaard.

'In andere landen zoals het Verenigd Koninkrijk en Nederland doet men dit ook. Waarom zouden wij het dan niet doen? Als je een grondig debat wil over de migratiemodellen van de toekomst, dan doe je dat maar beter op basis van studiewerk.'

Op Radio 1 sloot Van Overtveldt zich daarbij aan. 'Laat ons proberen om een aantal zaken waar voortdurend discussie over is, te objectiveren. Zodat die emotionele discussie objectiever wordt. Niet alleen voor de publieke opinie, maar ook voor het beleid.'

Gezinshereniging

Francken zegt dat hij vooral geïnteresseerd is in de impact van bepaalde migratiekanalen. En dan in de eerste plaats gezinshereniging. 'Dat gaat elk jaar om meerdere tienduizenden mensen die naar ons land komen. Maar ook als blijkt dat daar een enorme kost zit, wil dat niet zeggen dat we mensen gaan verbieden om met iemand te trouwen uit hun land van herkomst. Net zoals we niet zullen stoppen met asielzoekers te erkennen die uit landen komen waar er oorlog woedt, zoals Syrië. Wij zijn nog altijd een land dat de Conventie van Genève heeft ondertekend. Er spelen altijd verschillende elementen mee. Wat we kunnen leren uit deze studie zal er daar een van zijn.'

Belangrijk verkiezingsthema

Wanneer de studie klaar zal zijn, is nog niet duidelijk. Van Overtveldt vroeg de Nationale Bank enkele weken geleden al per brief om eraan te beginnen. Francken gaat ervan uit dat ze zeker voor de verkiezingen van mei 2019 afgerond zal zijn. Voor zijn partij wordt dit een belangrijk verkiezingsthema, geeft hij toe. 'Migratie, integratie, identiteit: dat zijn dingen waar de mensen mee bezig zijn. Ik merk dat elke dag wanneer ik in Vlaanderen ga spreken.'

Het verwijt dat de N-VA op deze manier het rekenwerk voor haar campagne laat financieren door de belastingbetaler wuift hij weg. 'Deze studie is besteld zoals er zo veel andere studies besteld worden. Het staat iedereen toch vrij om studiewerk te gebruiken om zijn standpunten te onderbouwen, niet?