Direct naar artikelinhoud
Buitenland

Echtgenote van Woody Allen, Soon-Yi Previn, weerspreekt beschuldigingen van misbruik aan het adres van Allen

Woody Allen en Soon-Yi Previn op het filmfestival van Cannes in 2010.Beeld AP

Soon-Yi Previn, echtgenote van filmmaker Woody Allen (82) en pleegdochter van actrice Mia Farrow, is de afgelopen jaren zelden of nooit in de publiciteit getreden. Afgelopen zondag presenteerde New York Magazine een groot interview met de 47-jarige Previn, waarin ze voor het eerst sprak over haar leven in het pleeggezin en over de beschuldigingen dat Allen zijn toen 7-jarige dochter Dylan Farrow zou hebben gemolesteerd.

In het interview beschuldigt Previn Mia Farrow ervan de recente MeToo-beschuldigingen te hebben gebruikt om oude ‘leugens’ rond Allen nieuw leven in te blazen, waarbij dochter Dylan als slachtoffer wordt voorgesteld. Previn, als 6-jarige geadopteerd door Farrow en haar toenmalige echtgenoot André Previn, schetst een vreugdeloze jeugd waarbij ze stelselmatig geestelijk en fysiek zou zijn mishandeld door haar moeder.

De oude beschuldigingen rond het misbruik van Dylan doken afgelopen jaar weer op in een atmosfeer waarin gevestigde reputaties in de film en entertainmentindustrie sneuvelden, nadat talloze vrouwen (en mannen) naar de pers waren gestapt met verhalen over aanrandingen en andere vormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Acteurs distantieerden zich van hun werk met Allen en er ligt zeker nog een film op de plank, die onder deze omstandigheden waarschijnlijk geen distributeur vindt.

Om de zaken complexer te maken is Ronan Farrow, zoon van Mia en broer van Dylan, de journalistieke en Pulitzerprijs-winnende motor achter de MeToo-beweging, met een niet aflatende stroom onthullingen die tycoons als Harvey Weinstein en CBS-baas Les Moonves ten val hebben gebracht.

Het uitgebreide interview in New York Magazine werd afgenomen door Daphne Merkin, al veertig jaar bevriend met Woody Allen. Zowel Dylan als Ronan Farrow hebben op sociale media gereageerd met verklaringen waarin ze het interview ‘oneerlijk’ en leugenachtig’ noemen en waarin ze Mia Farrow een ‘goede moeder’ noemen. Ronan Farrow noemt het stuk een ‘huurmoord’ (hit job), uitgevoerd door een bewonderaar en vriend van Woody Allen: ‘Als een journalist ben ik gechoqueerd door het negeren van de feiten en het ontbreken van getuigenissen die de onwaarheden in het stuk zouden tegenspreken.’

In het stuk in New York Magazine gaat Woody Allen ook nog in op het gerucht dat Ronan Farrow niet zijn zoon, maar die van Frank Sinatra zou zijn. ‘Ik denk dat hij van mij is, maar ik zou er niet mijn leven om verwedden.'