Direct naar artikelinhoud
Nobelprijs

Ze werd door IS verhandeld als seksslavin. Haar strijd daarna leverde haar de Nobelprijs op

Nadia Murad bezoekt voor het eerst haar dorp na haar ontvoering.Beeld REUTERS

Vier jaar geleden werd Nadia Murad (25) met duizenden andere jezidi-vrouwen ontvoerd door Islamitische Staat en verhandeld als seksslavin. Na haar ontsnapping maakte ze het tot haar missie seksueel misbruik als oorlogsmisdaad te laten erkennen en strafvervolging mogelijk te maken. Vrijdag werd bekendgemaakt dat Murad voor die inzet de Nobelprijs voor de Vrede zal ontvangen.

Bij de verovering van haar dorp Kocho bij de stad Sinjar in het noorden van Irak werden zes van haar broers en haar moeder vermoord. Die was te oud om de IS-strijders nog seksuele diensten te kunnen bewijzen.

De jonge vrouwen – de jongste was 9 jaar – werden naar Mosul gebracht en verkocht aan IS-leden. Meerdere malen probeerde ze te ontsnappen aan haar verkrachters. Tevergeefs. Een keer werd ze daarvoor afgestraft met een groepsverkrachting die zo lang duurde dat ze het bewustzijn verloor. ‘Seksuele jihad’, noemden de IS-strijders dat, zo vertelde Murad eens in een emotioneel interview met de BBC. Later werd ze weer aan anderen overhandigd, die haar gevangen hielden bij een checkpoint, waar passerende IS-leden ‘gebruik van haar mochten maken’, zo tekende Trouw eerder dit jaar op in een interview.

Missie

Na enkele maanden wist Murad toch met hulp van een Irakese familie te ontsnappen. Ze kreeg asiel in Duitsland en werd het gezicht van de genocide op de jezidi’s in het Iraakse Sinjar in 2014. Haar missie is om IS verantwoordelijk te stellen voor de haar en duizenden andere vrouwen aangedane oorlogsmisdaad van seksueel geweld. Ik zal de laatste zijn; mijn strijd tegen de Islamitische Staat is de titel van het boek dat ze schreef over de verschrikkingen die haar zijn overkomen. Met haar verhaal wil Murad bereiken dat seksueel misbruik als oorlogsmisdaad wordt erkend en tot strafvervolging kan leiden.

Murad wordt in haar strijd gesteund door de jezidische non-profitorganisatie Yazda en vertegenwoordigd door de bekende mensenrechtenadvocaat Amal Clooney. Murad verscheen voor de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties om te vertellen wat ze had meegemaakt en werd  door de VN uitgeroepen tot de eerste Goodwill Ambassadeur voor slachtoffers van mensenhandel.

Nadia Murad.Beeld AFP

Geen slachtoffer

In 2016 kreeg Murad samen met Lamiya Haji Bashar, een andere jezidi-vrouw, de Sacharovprijs voor de mensenrechten toegekend van het Europees Parlement. "Ze hadden ervoor kunnen kiezen een slachtoffer te zijn, maar ze gebruiken hun persoonlijk leed om alle vrouwen en meisjes die nog altijd in handen zijn van de terroristen te helpen, en te vechten voor gerechtigheid voor de slachtoffers van de genocide op de jezidi’s", zo lichtte het Europees Parlement destijds toe.

Jezidi’s zijn een religieuze minderheid in Irak die door moslims als ongelovigen worden beschouwd. Na de genocide in 2014 zijn 350 duizend jezidi’s in opvangkampen terechtgekomen. Ook de meeste vrouwen die bevrijd zijn uit IS-gevangenschap verblijven daar nog steeds. Zonder psychologische hulp. Volgens Murad doet de internationale gemeenschap nog steeds te weinig, zei ze tegen Trouw. "We weten wat deze vrouwen is overkomen in gevangenschap en toch worden ze aan hun lot overgelaten."

De genocide op de jezidi’s

In februari kwam Farida Abbas Khalaf naar de Tweede Kamer. Ariejan Korteweg zag en beschreef hoe deze Yezidivrouw een glimp ellende liet zien waarvan we ons geen voorstelling kunnen maken.

De online documentaire Yezidi Girls (2016) vertelt het verhaal van drie meisjes die door IS gevangen werden genomen tijdens de beruchte aanval op het Noord-Irakese Sinjar, in augustus 2014.