De Block niet van plan minimumleeftijd alcohol te verhogen

Minister Maggie De Block © Photo News

Minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) verwerpt de vraag van de CM om de minimumleeftijd voor alle alcoholgebruik te verhogen tot 18 jaar. Ondanks de ‘verontrustende cijfers’ over het aantal jongeren dat door alcoholmisbruik in het ziekenhuis terechtkomt is de minister niet van plan haar eerder uitgestippelde beleid aan te passen.

Wim Lecluyse

Uit de gegevens van de mutualiteiten blijkt dat er vorig jaar 2.334 jongeren in het ziekenhuis zijn binnengebracht met alcoholintoxicatie. Dat zijn er acht procent meer dan een jaar eerder, en meteen ook het hoogste aantal van de voorbije tien jaar. De daling van de voorbije paar jaar komt daarmee abrupt tot een einde.

Vorige maand brak er al een stevig debat uit over de verhoging van de minimumleeftijd. De minister stelde toen voor om de regels te verduidelijken: het verkopen, schenken of aanbieden van alcoholische dranken aan personen jonger dan achttien jaar is principieel verboden, maar voor bier, wijn en schuimwijn is er een uitzondering. Daarmee gaat ze in tegen een recent rapport van de Hoge Gezondheidsraad, dat pleit voor een verbod van alle alcohol voor minderjarigen.

In een reactie spreekt Jelle Boone, woordvoerder van de minister, van ‘verontrustende cijfers’. Maar aanleiding om de regels aan te passen is dat niet. ‘Alcohol pas toelaten vanaf 18 jaar, en er dus een verboden vrucht van maken, is niet de oplossing’, klinkt het opnieuw. Het ministerie verwijst naar de situatie in Groot-Brittannië, waar er wel een volledig verbod is. ‘Ondanks de strenge regels belanden daar nog steeds heel wat bingedrinkende tieners in het ziekenhuis.’

Dus blijft de oplossing in de eerste plaats preventie. ‘Jongvolwassenen moeten de kans krijgen om met hun verantwoordelijkheden te leren omgaan. De meeste kunnen dat, het zijn geen kinderen meer. Daarnaast speelt ook de opvoeding een belangrijke rol. Het is niet aan de overheid om jongvolwassenen op te voeden.’

Ouderen

Boone wijst er ook op dat er niet alleen bij jongeren preventie nodig is, ‘want die cijfers zijn minstens even verontrustend.’ ‘Niemand wil zijn zoon of dochter op de spoed aantreffen. Maar evenmin zijn moeder of vader, grootmoeder of grootvader’.