Direct naar artikelinhoud
klimaat

Gevonden tussen de bergen klimaatpessimisme: drie redenen voor optimisme

Sir David Attenborough op de VN-klimaattop in Polen. “De instorting van onze samenleving is niet veraf is.”Beeld EPA

Nee, de wereld is niet op weg naar een scherpe en dringende daling van de broeikasgasuitstoot. ‘Die stijgt en er lijkt niet meteen verandering op til’, melden klimatoloog Corinne Le Quéré (directeur van het Ryndall Centre for Climate Research) en haar collega’s. Toch zien zij, samen met voormalig VN-klimaattopvrouw Christina Figueres, ook drie redenen op om niet in wanhoop te verzinken.

1. De belangrijkste technologie zit op schema

In theorie kunnen we de opwarming nog onder de riskante twee en zelfs nog riskantere anderhalve graad houden. “Een van drie redenen tot optimisme is dat de wereld snel evolueert naar een schoon, goedkoop en betrouwbaar energiesysteem”, zo  schrijven Le Quéré, Figueres en collega’s in het vakblad Nature Communications.

Zo zijn de kosten van zonne-energie de voorbije tien jaar met 80 procent gedaald. Marokko, Egypte en Mexico produceren nu zonne-energie tegen drie dollarcent per kilowattuur, goedkoper dan natuurlijk gas.

‘De helft van de nieuwe energie-installaties draait nu op hernieuwbare energie. In het huidige tempo komt de helft van de elektriciteit in 2030 uit hernieuwbare energie’
Corinne Le Quéré en collega’s in Nature CommunicationsUniversity of East Anglia

Ook draaien de helft van de nieuwe energie-installaties op hernieuwbare energie. In ontwikkelingslanden is het zelfs de meerderheid. In dat tempo komt de helft van de elektriciteit in 2030 uit hernieuwbare energie.

De VS sluiten dit jaar een recordaantal steenkoolcentrales en de Wereldbank sponsort geen nieuwe meer. Ondertussen dalen de kosten van batterijtechnologie snel en neemt het, weliswaar nog steeds kleine, aantal elektrische auto’s fiks toe: in 2018 lag de verkoop 66 procent hoger dan in 2017. Verder kan tegen 2050 zelfs de zware industrie (chemie, staal en cement) klimaatneutraal zijn en dat hoeft de wereldwijde economie slechts weinig te kosten (minder dan 0,5 procent van het wereldwijde bnp tegen 2050). 

Er zijn nu negentien landen, waaronder Frankrijk, Ierland, Nederland, Denemarken en Zweden waar de uitstoot daalt terwijl de economie groeit

2. Regio’s, staten, steden, bedrijven verscherpen hun klimaatacties

De VS stappen uit het klimaatakkoord van Parijs. Brazilië en Australië overwegen het, vaak om ‘economische redenen’. Maar ondertussen zijn er negentien landen, waaronder Frankrijk, Ierland, Nederland, Denemarken en Zweden, waar de uitstoot daalt terwijl de economie groeit.

Bovendien gebeurt er op lagere niveaus dan de nationale heel wat. “Meer dan 9.000 steden en 254 staten en regio’s, goed voor een derde van de wereldbevolking, scharen zich volop achter ‘Parijs’. Meer dan 100 leden van een klimaatverbond van staten en regio’s halen uitstootreducties die veel hoger liggen dan de nationale. Als die belangrijkste verbonden hun doelen halen, doen ze de uitstoot tegen 2030 met een derde dalen”, stellen Le Quéré en co.

In totaal 6.225 bedrijven, goed voor het bnp van de VS en China samen, doen dat ook. Zo’n 1.400 multinationals hebben daarenboven intern een prijs op CO2 gezet. Het betekent dat ze in hun werking en zakenplannen een zo objectief mogelijke prijs plakken op vervuilende grondstoffen, processen of investeringen, zodat ze automatisch vergroenen. In 2017 waren het er al acht keer meer dan in 2014.

‘Uitstootgewijs ziet het er niet goed uit, maar deze vierde industriële revolutie lijkt niet meer te stoppen omdat ze economisch logisch is. Het komt er nu op aan dat momentum te versnellen’
Christina Figueres en collega’s in Nature CommunicationsMission 2020

3. Klimaatdoelen worden opgeschroefd

In het klimaatakkoord van Parijs beloven landen de opwarming onder de twee en liefst anderhalve graad te houden, maar er staan geen harde uitstootdoelen in. Ieder land mag zijn Nationaal Vastgelegd Engagement (NDC) indienen. Een diplomatiek compromis dat niet bepaald een winnende formule blijkt: met de huidige beloftes zijn we op weg naar een opwarming met zeker drie graden.

Toch ontwaren Figueres en co. ook wat dat betreft hoopvolle evoluties. “China, India en Europa, goed voor 40 procent van de uitstoot, halen meer dan wat ze in de eerste ronde beloofden en 22 landen overwegen hun engagementen te verscherpen. Ook sluiten steeds meer landen zich aan bij de Coalitie voor Klimaatneutraliteit.”

Uitstootgewijs ziet het er inderdaad niet goed uit, zo besluiten ze. “Maar deze vierde industriële revolutie lijkt niet meer te stoppen, omdat ze economisch logisch is. Het komt er nu op aan dat momentum te versnellen. Onder andere grote spelers zoals China, India en Europa kunnen nog veel meer realiseren. Wat drie jaar geleden nog radicaal leek, blijkt nu slim en voordelig.”