Direct naar artikelinhoud
plagiaat

Sterreporter verzint verhalen: “Ondanks twijfel rond zijn werk kon hij blijven schrijven. Pijnlijk”

Nederlandse journalist leidt Vlaamse en Nederlandse media jarenlang om de tuin
Beeld Thinkstock

De activiteiten van de Italiaanse maffia in Nederland, de choquerende praktijken van Belgische neonazi’s of een medisch schandaal in Bulgarije. Peter Blasic schreef de voorbije jaren het ene spraakmakende artikel na het andere. Nu blijkt dat hij die gewoon van achter zijn bureau in Roermond verzon. 

Ruim vierhonderd artikels tikte Peter Blasic de laatste zeven jaar bij elkaar. Verhalen die verschenen bij een hele reeks Vlaamse en Nederlandse media met naam. Knack, Apache, MO*, Elsevier, De Nieuwe Revue of HP/De Tijd, allemaal zagen ze de voorstellen van Blasic graag in hun mailbox binnenlopen. Logisch ook. Blasic, die aan de kost komt als ambtenaar bij de Nederlandse gemeente Roermond, slaagt er op wonderbaarlijke manier in om binnen te dringen in kringen waar zijn collega-journalisten geen toegang toe krijgen. Neonazi’s, Russische spionnen of teruggekeerde Syrië-gangers. Blasic krijgt ze allemaal aan de praat. 

Het Nederlandse blad De Groene Amsterdammer brengt nu aan het licht hoe hij dat deed. Hun uitgebreide onderzoek toont aan dat de journalist het merendeel van zijn anonieme getuigenissen gewoon verzon. 

Dat Blasic, die ook onder de naam Peter Mertens stukken schreef, dat trucje zo lang kon toepassen mag een wonder heten. Na een passage bij MO* liep hij in 2014 bij de nieuwswebsite Apache immers al een eerste keer tegen de lamp. “We stelden vast dat hij in zijn artikels hele paragrafen kopieerde uit Foreign Policy”, legt hoofdredacteur Karl van den Broeck uit. De samenwerking wordt stopgezet maar de stukken van Blasic blijven wel online staan. Drie jaar later verdwijnen ze alsnog van de site wanneer ook de Deense journalist Nikolaj Nielsen van EUObserver klaagt dat Blasic stukken uit zijn artikels heeft gekopieerd. 

‘Dit was gewoon een geval van plagiaat zoals elke hoofdredacteur er in zijn carrière wel een aantal ziet passeren’
Karl van den Broeck, hoofdredacteur Apache

Maar op dat moment is er geen sprake van fake news of verzonnen getuigenissen, benadrukt Van den Broeck. “Dit was gewoon een geval van plagiaat zoals elke hoofdredacteur er in zijn carrière wel een aantal ziet passeren.” Meteen ook de reden waarom Van den Broeck besluit niet te veel rumoer rond de zaak te maken. 

Ook bij de Nederlandse magazines HP/De Tijd en Elsevier doen ze er het zwijgen toe wanneer ze in respectievelijk 2017 en 2018 opnieuw gekopieerde passages in de artikels van Blasic ontdekken. “Voor media die van anderen altijd transparantie en eerlijkheid eisen kan dat niet", vindt hoogleraar Alexander Pleijter, die zich aan de universiteit van Leiden bezighoudt met  factchecking. “Als het in je eigen organisatie fout loopt, moet je daar open over communiceren. Hadden ze dat bij Apache in 2014 al gedaan dan was veel onheil misschien voorkomen.” 

‘Hadden ze hier bij Apache open over gecommuniceerd in 2014, dan was veel onheil misschien voorkomen’
Hoogleraar Alexander Pleijter

Want na zijn passage bij Apache breidt Blasic zijn trukendoos uit. Naast kopiëren van ander journalistiek werk laat hij nu ook veelvuldig anonieme bronnen aan het woord. Bronnen waar ook op de redacties waar hij voor werkt niemand de identiteit van kent. “Ik ben absoluut geen voorstander van zwarte lijsten”, zegt Gie Goris, hoofdredacteur van MO*. “Maar we moeten als sector toch tot een afspraak kunnen komen waarbij we elkaar inlichten wanneer iets dergelijks gebeurt. Dat Blasic, ondanks de twijfels rond zijn werk, gewoon kon blijven schrijven vind ik het pijnlijkste van deze hele zaak.” 

Er doken de voorbije jaren wel vaker verhalen over journalistieke fraude op. Een paar weken geleden nog kwam aan het licht dat Claas Retolius, sterreporter van het Duitse Der Spiegel, minstens veertien verhalen grotendeels verzon. De Nederlandse krant Trouw trok vier jaar geleden 126 verzonnen artikels van reporter Perdiep Ramesar terug en ook het Amerikaanse Rolling Stone moest in 2014 een verhaal over een groepsverkrachting intrekken. 

“Toch is het geen fenomeen van deze tijd”, zegt professor Sarah Van Leuven, directeur van het Center for Journalism Studies van de UGent. “Die rotte appels zijn er altijd geweest. Maar de komst van het internet heeft ervoor gezorgd dat ze sneller door de mand vallen.” 

Lezers kunnen zelf op onderzoek gaan wanneer ze het idee hebben dat een verhaal te goed is om waar te zijn. En sociale media geven hen de kans om journalisten tot de orde te roepen wanneer ze fouten in hun artikels opmerken. Net daar liggen de kansen voor de journalistiek, denkt Van Leuven. “Transparantie wordt steeds belangrijker. Journalisten kunnen online bijvoorbeeld verwijzen naar de bronnen die ze voor hun artikel raadpleegden. Ze kunnen de lezer ook uitleggen hoe ze precies te werk zijn gegaan. Zo kunnen verhalen zoals dat van Blasic het imago van de journalistiek op lange termijn toch een boost geven.”