Fors meer zelfstandigen in bijberoep (maar zelden wordt het hun hoofdberoep)
Het aantal zelfstandigen in bijberoep is de afgelopen 5 jaar met 12 procent toegenomen. Ruim een kwart miljoen werknemers klust nu bij als zelfstandige. Amper 5 procent van deze kleine zelfstandigen maakt van dit bijberoep zijn hoofdberoep. “Te weinig”, zegt zelfstandigenorganisatie NSZ.
België telde in 2017 670.091 zelfstandigen in hoofdberoep, dat is 7 procent meer dan in 2013. Dat is een stevige toename, maar als we naar het het aantal zelfstandigen in bijberoep, zien we een relatief sterkere stijging in dezelfde tijdspanne: van 222.678 naar 250.263, een stijging van 12 procent.
(Lees verder onder de grafiek.)
Door bovenstaande stijging maakt het aantal zelfstandigen in bijberoep nu bijna een kwart uit van het totale aantal zelfstandigen. Heel weinig zelfstandigen in bijberoep - amper 5 procent - stromen echter door naar het statuut van zelfstandige in hoofdberoep, stelt zelfstandigenorganisatie NSZ vast. Dat is te weinig, zegt Christine Mattheeuws van NSZ.
Volgens Mattheeuws zou het statuut van zelfstandige in bijberoep meer een springplank moeten zijn naar voltijds ondernemerschap. Omdat dat nog veel zelfstandigen in bijberoep afschrikt, pleit ze ervoor om het sociale statuut van zelfstandigen gelijk te stellen aan de andere statuten.
(On)Veiligheid
Waarom maken zo weinig zelfstandigen in bijberoep hun hoofdberoep van hun nevenactiviteit? Driekwart waagt die stap niet omdat ze de veiligheid van hun vaste inkomen als werknemer niet willen verliezen. Zo blijkt uit een bevraging van NSZ bij een kleine 600 ondernemers.
Bijna 60 procent maakt de overstap niet omdat ze de sociale voordelen als werknemer niet willen verliezen en een kleine helft blijft werknemer omdat ze simpelweg te weinig verdienen in bijberoep.
Daarnaast blijft zo’n derde werknemer wegens persoonlijke of familiale redenen, en ruim een kwart blijft de twee jobs combineren omdat ze het leuk vinden om te focussen op verschillende zaken.
Veel vrouwen
Opmerkelijk is dat vrouwen steviger vertegenwoordigd zijn in de groep zelfstandigen in bijberoep (40 procent) dan in het totale aantal zelfstandigen (34 procent).
Vrouwen die zelfstandig zijn in bijberoep werken het vaakst als paramedicus (verpleegster, psychologe of kinesiste) of als tussenpersoon (bv. makelaar en handelsreiziger). Mannen die bijklussen in bijberoep zijn vooral te vinden in de bouw, bij de zogenoemde intellectuele beroepen en in de kleinhandel.