Direct naar artikelinhoud
Champions League

De droom van jongens met acne: zo hemels was de stuntzege van jeugdig Ajax tegen Real Madrid

Frenkie de Jong en Dani de Wit van Ajax feesten na de 4-1 tegen Real Madrid in de Champions League.Beeld ANP

In magisch Madrid werden jongens mannen en mannen weer jongens. Ze lieten zich onderdompelen in taferelen van een sportploeg die een barrière had doorbroken. De bewondering van de internationale voetbalwereld daalde als hemelse confetti neer op Ajax, dat heerser Real Madrid van het podium stootte.

Voetbalgeluk is: buikschuivers van spelers voor hun supportersvakken. Dansjes met ter plekke verzonnen pasjes. De sterke armen van doelman André Onana, met de opgetilde, tengere trainer Erik ten Hag geklemd tegen de borst. Omhelzingen. Tranen van een team dat succes gebruikt als groeimiddel. Het waren filmische beelden in stadion Bernabéu na Real-Ajax (1-4) en de entree van Ajax in de kwartfinales van de Champions League.

Ach, filmpjes. Op de dag van de wedstrijd post de media-afdeling van Ajax een formidabel kunstwerkje. De telefoon gaat, volgens het scenario op de ochtend vóór de wedstrijd. De pa van Donny van de Beek, de zus van Kasper Dolberg en de broer van Hakim Ziyech wensen hun geliefden succes. In het script gaat het over opoffering, over gloriëren en vooral over dromen.

Zo’n filmpje maakte Ajax bijna twee jaar geleden ook, met als boodschap dat de club terug was aan de top. Daarop verloor de ploeg van toen Peter Bosz de finale van de Europa League kansloos van Manchester United en lachten cynici hun holle lach. Maar dergelijke uitingen passen juist bij Ajax. Zij zijn de visualisatie van lef, van durven voetballen op zijn Nederlands, van Bernabéu binnenvallen zonder te kloppen. Zulke filmpjes zijn de tastbare reflectie van de droom.

De droom van jongens met acne: zo hemels was de stuntzege van jeugdig Ajax tegen Real Madrid
Beeld Photo News

Dit is een flard van die droom. Het staat 1-4 in Madrid, Frenkie de Jong kijkt naar de klok en ziet dat nog een paar minuten te spelen is. Dan kijkt hij naar ploeggenoten en staat hij zichzelf toe even volop te genieten. “Matthijs de Ligt riep me nog even: ‘We gaan het doen.’ En dan kijk je elkaar aan. Dat is zo mooi.” Overal in het stadion zingen supporters van Ajax kelen schor. Opeens zijn ze zichtbaar, nu hun buren uit Madrid zichzelf voor even uitwissen uit het voetballeven.

Spelerskennis van Ten Hag

De wereld zag een eigentijdse versie van Ajax, zoals Ajax eens Ajax werd. Dominant durven zijn bij de Europese en wereldkampioen. Voetbal een spel laten zijn op het hoogste niveau. Zonder gemeenheid, zonder Ramos-streken. Jongensdromen opblazen tot realiteit. Trainer Ten Hag sprak mooie woorden. “Dit was een bevestiging van de filosofie van Ajax.” Staccato, over de weg naar succes: “Hard werken. De samenstelling van de selectie. De lat continu hoger leggen. Niet snel tevreden zijn. Moedig zijn, vol vertrouwen. Het maximum van elkaar eisen.” Ten Hag wees op het bijzondere karakter van de prestatie, in een tijd dat de (zelf)verrijking van de Europese top een gat heeft geslagen naar de beste clubs uit de kleinere landen.

Ten Hag profileert zich. Hij durfde Tadic in de spits op te stellen, terwijl hij Dolberg en Huntelaar als centrale aanvallers heeft. Tadic kreeg cijfer 10 in L’Equipe en tijdschrift France Football. Ten Hag vormde Mazraoui om van middenvelder tot rechtsachter. Hij liet hem dinsdag staan, toen ook de wijze heren van de pers in hun kraaiennest op de tribune een wissel verstandig achtten na een gele kaart. “Ik had vertrouwen in hem. Hij groeit meestal in de wedstrijd.” Daar gaat het dus om: kennis van zijn spelers. Vertrouwen.

Ten Hag bedacht voor het seizoen een speciale rol voor De Jong. Zeg maar: totale vrijheid op het middenveld. En kijk eens: gegroeid tot wereldvoetballer, in één seizoen. Terwijl Luka Modric in de Madrileense nacht langs hem glipte met zijn rugzakje, alsof de Kroaat weer een jongen was zonder reputatie, vertelde de nieuwe man met de jongensnaam over de “goede manier” van voetbal bij Ajax. De Jong: “Waar wij ook spelen, we proberen altijd de tegenstander onder druk te zetten. Dat is in fasen heel goed gelukt, al zijn we ook naar achteren geduwd. Dat is ook logisch tegen een goede tegenstander.”

Het is een momentopname, maar op dinsdag 5 maart was Frenkie de Jong met zijn cruijffiaanse flair beter dan de wereldvoetballer van het jaar, Luka Modric, van wie hij de “persoonlijke strijd wilde winnen”. De Jongs ogen turen bij pretentieuze vragen doorgaans over zijn gehoor heen, naar een punt in dromenland, maar zijn gezicht lacht altijd over de volle breedte. Over zijn potentie: “Ik vind het moeilijk om daarover iets te zeggen. Ik wil niet zeggen dat ik een groot talent ben, maar er zijn heel veel grote talenten geweest die een stap maken en het dan toch niet redden, om wat voor reden dan ook. En ik sta nog aan het begin van mijn carrière. Modric heeft de Gouden Bal gewonnen, zijn loopbaan is geslaagd. Hopelijk kan ik mooie dingen bereiken, hopelijk dit seizoen al met Ajax.”

Dromen dus. Hakim Ziyech geeft koele handjes, maar als het over voetbal gaat, over het filmpje met zijn broer bijvoorbeeld, dan lacht hij. “Wij weten waartoe we in staat zijn, dat we met zijn allen heel goed kunnen voetballen en combineren. Nu kwam dat er allemaal uit. We geloven in elkaar. We gingen voor elkaar door het vuur en ondertussen bleven we voetballen. Alles kan nu gebeuren. We hebben de wereld laten zien dat het Nederlands voetbal een rol kan blijven spelen.”

De toekomst

Alleen: hoe moet dat straks verder, als de wereld met zijn miljoenen Ajax uit elkaar gaat trekken? Frenkie de Jong is volgend seizoen al vertrokken naar Barcelona voor 75 tot 86 miljoen euro. Dusan Tadic deed een voorzichtige oproep, in de geest van Jari ­Litmanen bijna 25 jaar geleden: blijf bij Ajax! “Dit was onze beste wedstrijd, niet alleen van mij, van het hele team. Dat hangt ook samen met de tegenstander. De waarde is veel groter als je tegen de beste ploeg van de wereld speelt. We hebben veel mensen trots gemaakt. Ik denk niet dat heel veel spelers zullen vertrekken. Ze willen bij Ajax voetballen.”

Tadic keerde even terug naar het begin van het seizoen, om aan te geven dat het kan verkeren. “Toen ik arriveerde bij Ajax na het WK praatte ik individueel met alle spelers. De een na de ander zei: ‘Ik vertrek.’ Of: ‘Ik wil vertrekken.’ Ik zou het prachtig vinden als ook De Ligt nog een seizoen blijft. Ik blijf zeker. Dat heb ik al tegen mijn zaakwaarnemer gezegd. We kunnen niet te veel spelers laten gaan. Als er hier en daar nog eentje vertrekt, zullen we goede vervangers moeten halen. Ajax moet zijn waar we verdienen te zijn.”

Vooralsnog is dat in kwartfinales van de Champions League, seizoen 2018-2019. En wie weet in welk hoofdstuk de droom is aanbeland, op de dag van ontwaken.