Direct naar artikelinhoud

Béatrice Delvaux

Met belangstelling las ik het artikel van het werkbezoek van jullie journalist aan de redacties van Le Soir en La Une (DM 10/11). Mevrouw Delvaux (hoofdredacteur Le Soir, red.) laat in dat artikel noteren dat ze in Dilbeek woont en consequent in haar omgang het Nederlands gebruikt. Dat siert haar, maar ik mis eerlijk gezegd een stuk in het verhaal. Alsof ik nu in katzwijm moet vallen omdat een Franstalige in Dilbeek als ze naar de winkel gaat het Nederlands gebruikt. Iets wat eigenlijk vanzelfsprekend zou moeten zijn komt bij mij over als iets waarvoor ik bijzondere waardering en respect moet hebben. In haar verhaal mis ik het gegeven dat het voor vele Franstaligen verre van vanzelfsprekend is om in Dilbeek, Leuven, Tienen, Hasselt of waar dan ook niet het Frans als taal te gebruiken. It takes two to tango en ik heb niet de indruk dat de taalhoffelijkheid steeds wederkerig is.

Paul Quintiens, Herk-de-Stad

Overgewicht

In de krant ('Scholen nemen voortouw in strijd tegen dikke kinderen', DM 13/11) lees ik: "Zo'n 65 procent van de Vlaamse basisscholen heeft een voedingsreglement dat snoepen beperkt. In basisschool De Klijpe in Ronse gaan ze daarin wel heel ver: zelfs op een verjaardag is snoep verboden. 'Een cake mag nog wel, zonder chocola of slagroom dan', zegt juf Carolien. 'Maar eigenlijk hebben we liever dat de ouders een boek kopen, een snoepboek zoals wij dat noemen. Chocoladekoeken of chips zijn ook verboden als tienuurtje. Als iemand toch chocola meeheeft, klikken de kinderen daar zelfs over: 'Juf, hij heeft chocola bij, dat mag niet!' Frisdrank mag bij ons ook niet, wel fruitsap of water. In één klasje drinken alle kinderen water: een kindje dat nogal populair is, bracht altijd water mee, en nu doet de hele klas dat. Er is maar één kind bij ons dat wat overgewicht heeft, maar haar ouders gaan met haar naar de diëtist."

Ik huiver als ik dat lees. Bepaalde soorten van intolerantie kunnen ver gaan.

Michel Huygens, Brussel

Doctoraat in de kunsten

In het artikel 'Fluitist is eerste Vlaamse doctor in de muziek' (DM 13/11) wordt het voorgesteld alsof het doctoraatsdiploma een conditio sine qua non zou betekenen voor een lesopdracht in een kunstdepartement. Graag wil ik u melden dat daar tot nader order geen sprake van is. Integendeel, bij de departementshoofden heerst er een communis consentio dat naast doctores ook kunstenaars met naam en faam bij het onderwijs betrokken moeten worden. Zo gaat het er ook aan toe in beroemde buitenlandse instituten zoals het Royal College of Music in Londen of de Sibelius Academy in Helsinki.

Jan Rispens, departementshoofd Conservatorium Hogeschool Gent

Telenet-Belgacom (1)

Wij lazen uw artikel 'Telenet opent oorlog over digitale televisie' (DM 13/11). De Orde van Vlaamse Balies, die alle 8.500 Vlaamse advocaten groepeert, gaat niet akkoord met de uitspraak van de heer Ivo Mechels van Test-Aankoop. Volgens hem "wordt maar één groep beter van dergelijke reclames: advocaten, want zo goed als altijd komen er rechtszaken van. De consument heeft er dus niks aan."

Voor zover de heer Ivo Mechels die uitspraken heeft gedaan, betreuren wij dat. De heer Mechels heeft uiteraard recht op een standpunt over vergelijkende reclame. Dat koppelen aan een gekleurde uitspraak over onze beroepsgroep kan echter niet.

Indien het tot een proces komt, staat de advocaat zijn cliënt inderdaad bij voor de rechtbank. Dat is zijn taak. Dat is echter niet de enige rol van de advocaat. De Orde van Vlaamse Balies benadrukt dat de advocaat een belangrijke advies- en verzoenende functie heeft. Op die manier kan vaak een proces vermeden worden.

Komt het toch tot een proces, dan verdedigt hij/zij de belangen van de cliënt voor de rechter, zoals zijn cliënt hem vraagt. De advocaat heeft geen enkel persoonlijk belang in de zaken die hij behartigt. Het is zeldzaam dat een burger over de nodige objectiviteit, sereniteit, juridische competentie en welsprekendheid beschikt om alleen voor de rechter te verschijnen. Daarom kunnen diegenen die een proces voeren altijd een beroep doen op een professionele spreekbuis: de advocaat. Hij is opgeleid om mensen bij te staan voor alle rechtbanken en in alle materies. Dankzij zijn ervaring met procesvoering is de advocaat de juiste persoon om raad te geven, te onderhandelen, te verzoenen.

Kathleen Vercraeye,

Orde van Vlaamse Balies

Telenet-Belgacom (2)

Ik ben zo vrij te reageren op de uitlating van Ivo Mechels, woordvoerder van Test-Aankoop. Dat alles naar aanleiding van de in de kranten gevoerde reclamecampagnes van Belgacom TV en Telenet. Mijn bedenkingen daaromtrent zijn de volgende:

1. Waar haalt de heer Mechels zijn gegevens om dergelijke gratuite stelling te poneren die een zoveelste poging is om de advocatuur in een weinig fraai daglicht te stellen?

2. Als ik mij niet vergis is Test Aankoop steeds voorstander geweest van vergelijkende reclame.

3. Test-Aankoop vindt zijn bestaansreden zelf juist in het maken van vergelijkende studies in verband met prijzen en kwaliteiten van goederen en diensten.

4. Ten slotte - maar daar heb ik absoluut geen probleem mee - zullen allicht in de eerste plaats de kranten en publiciteitsmakers financieel baat vinden bij dergelijke megacampagnes.

P. Ghysbrecht, Aalst

Applaus voor Urbain Vandeurzen

Het glasheldere interview met VOKA-voorzitter Urbain Vandeurzen (DM 10/11) was een ware verademing in uw krant.

Klaar en verzoenend geformuleerd maar ook beginselvast en eindelijk eens over de grond van de zaak: onze verdomde plicht om de nodige maatregelen te nemen die onze welvaart (en onze welvaartsstaat) vrijwaren in de toekomst.

Ook gaat het over het elementaire recht van de Vlaamse meerderheid om dat minstens voor onszelf te doen volgens onze eigen inzichten als blijkt dat het niet meer lukt binnen een Belgische context.

Dat alles wordt binnen een kader van transparante solidariteit geplaatst, het liefst - maar niet noodzakelijk - met een Franstalig woordje van dank vanuit Waalse hoek op het einde van ieder werkjaar.

Dat heeft niets te maken met bijkomstigheden maar met het allerbelangrijkste waar de politiek moet mee bezig zijn. We hebben heus nog een beetje tijd om tot een goede oplossing te komen.

Francis Deknudt

Vlaamse onderhandelaars

Geachte heren (voorlopig ontwaar ik geen vrouwen onder u), ik richt me enkel tot u omdat enkel u aan mij, Vlaamse kiezer, verantwoording heeft af te leggen. Of ik dat nu wil of niet, de Franstalige onderhandelaars kan ik noch belonen, noch afstraffen voor de manier waarop zij mij vertegenwoordigen. En daar gaat het mij net om. Ik ben een van de vele kiezers die toevallig in Vlaanderen woont. En al meer dan 150 dagen lees ik hoe u zegt te handelen in naam van die kiezer. "De kiezer wil dit, de kiezer heeft ons dat mandaat gegeven." Ik krijg dat aan mijn kinderen niet uitgelegd. En zoals zo vaak, wanneer je iets niet uitgelegd krijgt aan een kind, is dat omdat het niet klopt.

Waarom mag ik in het stemhokje mijn goed- of afkeuring niet geven aan het beleid van een minister van Defensie of Justitie, enkel en alleen omdat die een andere taal spreekt? Zijn of haar beleid gaat nochtans ook over mij. Mijn Waalse collega mag geen voor- of afkeur uiten voor de minister van Begroting, terwijl die over zaken beslist die hem aangaan. Dat kan toch nooit begrepen worden onder een definitie van goed bestuur?

Michel Vandenbroeck, Gentbrugge