Direct naar artikelinhoud

Salesianen en jezuïeten slaan mea culpa in misbruikcommissie

In de bijzondere parlementaire commissie die het seksueel misbruik in de kerk onderzoekt, hebben de oversten van de Vlaamse jezuïeten en van de salesianen van Don Bosco schoon schip gemaakt met hun pedofiele verleden.

Jos Claes, provinciaal overste voor de salesianen van Don Bosco, zei dat hij met schaamte naar de commissie was gekomen. “Vandaag beseffen we welke pijn slachtoffers en hun familie soms jaren hebben moeten dragen. Ik ben geraakt door het contact met slachtoffers.”

Voor de salesianen was het misbruik extra pijnlijk omdat de congregatie er bewust voor kiest te werken met jonge en kwetsbare mensen. Claes sprak van een tiental klachten over pedofiele paters in instellingen van de salesianen, zowel in de scholen en internaten als in de tehuizen voor bijzondere jeugdzorg. Opvallend was dat de commissie van Peter Adriaenssens klachten ontving van paters die veroordeeld werden en hun straf uitzaten. “Wellicht was er te weinig aandacht voor de slachtoffers en hun families”, vermoedt Claes. Hij wilde geen excuses zoeken, maar wees erop dat dokters of PMS-centra nooit gewaarschuwd hebben voor seksueel misbruik. “Ook justitie besefte het niet ten volle. Er werd niets opgetekend in een strafregister.” Vanaf 1990 hanteerden de salesianen een gestructureerde aanpak van seksueel misbruik en werden kandidaat-religieuzen gescreend. Net als de jezuïeten tonen de salesianen zich bereid slachtoffers te vergoeden.

Fons Swinnen, de overste van de jezuïeten in Vlaanderen, sprak de hoop uit dat de opendeurpolitiek die nu in de internaten wordt toegepast wanneer een begeleider een jongere apart neemt, straks weer tot het verleden behoort. (SS)