Direct naar artikelinhoud

'Films zoals in de seventies maken ze niet meer'

INTERVIEW. Bret Easton Ellis kennen we vooral door zijn rauwe uppercuts van boeken. Maar vandaag is hij bezeten door film, als producent en aspirant-regisseur. En als juryhoofd, volgende week op Film Fest Gent. Hopelijk gaat hij daar verrast worden. 'Films van vandaag pakken me niet meer, maar ik moet daar niet over janken.'

"Bret Easton Ellis", zeg ik. "Kunt u dat nog eens spellen, mijnheer?" Ik kan het niet geloven. De portier van het luxegebouw waarin hij een dure flat bezit, kent hem niet. "Ben je zeker dat hij hier woont?" Het nummer klopt in ieder geval en er is zo maar één luxeappartement op South Doheny. Op vijf minuten wandelen van Sunset Boulevard, en op tien minuten van The Book Soup, de beste boekenwinkel van LA, waar je al zijn boeken vindt. Alle zeven: van Less than Zero en American Psycho over Lunar Park tot Imperial Bedrooms.

Met zijn drugsgekke, gewelddadige en verdorven personages die alle mogelijke grenzen verleggen, vatte Ellis de tijdgeest van ongebreideld kapitalisme in de jaren 80 en 90. Was die portier op Patrick Bateman gebotst, het personage dat Christian Bale vertolkt in de verfilming van American Psycho, hij zou hier niet meer zitten lachen. "I'm new here", gniffelt hij. Tja, alsof dat een excuus is. Hopelijk weet men straks aan de deur van het 41ste Film Fest Gent wel wie Bret Easton Ellis is.

Scenario voor Kanye West

"Nee, ik ben nog nooit in Gent geweest, nooit in België zelfs", zegt Bret Easton Ellis iets later, in zijn schrijfkamer met uitzicht over West-Hollywood. "Ik heb gewoon eens rondgevraagd in de industrie", zegt hij, "en ik hoorde alleen maar goeie commentaren. Paul Schrader is er vorig jaar nog in de bloemetjes gezet, toen hij er was met onze film The Canyons, en hij zei me dat het een fantastisch festival was."

Bret Easton Ellis is van origine van LA maar heeft lang in New York gewoond. Sinds hij terug aan de Westkust is, schrijft hij vooral voor films en tv en produceert hij ook films. Zoals The Canyons. Projecten waar je zelden iets over hoort. En als je er wel wat over hoort, is het meestal niet goed. Hij is een scenario aan het schrijven voor een film van Kanye West, maar mag daar niet over praten. "Al gaat het zeker door", zegt hij. "Er is eindelijk een eerste betaling binnengekomen."

Over de romantische komedie, de horrorfilm en de biografische film die hij heeft geschreven, heeft hij ook niets te zeggen, want die zitten nog in ontwikkelings- of financieringsfase. Vier van zijn romans zijn verfilmd, op de drie andere zitten er opties. Maar of we Glamorama, Lunar Park, Imperial Bedrooms ooit te zien zullen krijgen, betwijfelt hij.

Het beste filmproject waar hij de voorbije maanden mee bezig is geweest is zijn wekelijkse filmpodcast, die sinds oktober van vorig jaar gratis via het internet te beluisteren is. Boeiende babbels over de staat van de film. Een uur lang ratelt hij er op los, iedere week in het gezelschap van een andere gast. Je vindt zonder moeite zijn eerdere podcasts met Kanye West, Marilyn Manson en Gus Van Sant terug. En deze week had hij Matthew Weiner te gast, de schrijver van Mad Men.

"Toen een productiemaatschappij uit Los Angeles anderhalf jaar geleden met het voorstel kwam voor een podcast, zei ik aanvankelijk neen. Ik wist zelfs niet wat een podcast was. Maar ik had gemerkt dat de lange blogs en essays die ik voor de sites van The Daily Beast en Out Magazine had geschreven, stukken van vijf- à zesduizend woorden, eigenlijk zelden helemaal gelezen werden. De artikels werden wel vaak aangeklikt, maar je kon uit de reacties opmaken dat veel lezers er vluchtig doorheen waren gegaan of dat ze gewoon de citaten hadden gelezen die als lokmiddel in het groot waren gezet. Zo ging ik aan het denken: misschien moet ik toch eens zo'n podcast proberen. Zal ik kunnen praten over wat ik wil, en ik zal kunnen uitnodigen wie ik wil om te praten over wat ik wil.

"Ik was er meteen uit dat ik wou praten over film, niet over literatuur. Film is nu mijn hoofdbezigheid. Ook als ik Kanye West uitnodig, stel ik hem geen vragen over muziek. Het gaat over film. Iedere week druk ik mijn bezorgheid uit over de toekomst van die prachtige kunstvorm, die door het kapitalisme is geëvolueerd tot een product waar in de eerste plaats in economische termen over wordt gesproken. En ik moet zeggen dat ik ervan geniet om hardop na te denken over de staat van het medium. Net als van datgene wat er uit die babbels voortvloeit. Ik was vroeger nog nooit ingegaan op een uitnodiging om in een filmjury te zetelen. Maar eerder dit jaar zat ik de jury voor van het Festival van de Zuid-Oost-Europese film in LA, ik zat in een panelgesprek over de onafhankelijke film op het Sundance Filmfestival, en nu ben ik dus uitgenodigd in Gent."

Te oud?

In zijn wekelijkse uitzending hoor je Ellis vaak zeggen dat hij nog eens verrast wil worden. Hij snakt naar nieuwigheden in de film.

"Die hoop heb ik opgegeven. Het is over. Daar heb ik me bij neergelegd. Want ik klink als een plaat die is blijven hangen. Het begon toen ik twee jaar geleden geschokt vaststelde dat het niveau van de Amerikaanse film echt pijnlijk gezakt was. Het probleem is dat ik ben opgegroeid in de jaren 70 en dat mag je nu gerust The Golden Age of American Filmmaking noemen. Wat ik daar heb leren kennen, dient nog altijd als mijn referentie. En je zou kennen zeggen: 'Je probleem is dat je gewoon te oud geworden bent, en geen voeling meer hebt met het medium.' Oké, ik ben oud, maar als ik jonge filmmakers van eind de twintig ontmoet, dan hoor ik ze ook keer op keer refereren aan films uit die periode.

"Mensen die van film houden, willen films maken zoals Martin Scorsese, Francis Ford Coppola, William Friedkin, Sidney Lumet en Robert Altman ze toen maakten. Alleen worden zulke films niet meer gemaakt. In de wereld van de onafhankelijke film zou men het nog wel willen, maar daar is er geen geld. En als ze er wel in slagen om films te maken die ergens over gaan, kunnen ze het niet laten om een boodschap mee te geven. Of het gaat over racisme of de ongelijkheid tussen de geslachten, en noem maar op. De speelsheid is weg. David O. Russell trachtte in zijn American Hustle onlangs nog de eigenzinnigheid te vatten die eigen was aan de seventies. Maar ook daar voelde het aan als een uitmelken van een gevoel dat al lang uitgemolken was. Dus nee, ik word niet meer verrast, en ik moet me daarbij neerleggen en er niet blijven over janken."

Depressie

Of er zelf iets aan veranderen. Ellis heeft zijn eigen productiemaatschappij en schrijft aan de lopende band scenario's voor tv en film. Is het dan zijn ambitie om scenario's te schrijven die op een zelfde manier kunnen verrassen zoals zijn boeken dat wel deden?

"Ik heb eigenlijk helemaal geen interesse in het schrijven van scenario's. Wat ik wil doen, is zelf films maken. Maar ik voelde me daar nog niet meteen klaar voor, ik miste nog technische bagage. Dus begon ik scripts te zoeken, trachtte geld te vinden om films te produceren. Zo hoopte ik genoeg over film bij te leren opdat ik op een dag zelf zou kunnen regisseren. Ik ben hier opgegroeid, ik had veel vriendjes wier ouders in de industrie werkten. Ik wist op mijn tiende al: je wil geen scenarist zijn. Je wil producer of regisseur zijn. Toen ik twee jaar geleden met Paul Schrader de krachten bundelde, werd ik producer. We stopten ons eigen geld in The Canyons en we draaiden als een team een film voor amper 150.000. dollar. Paul was de regisseur, ik de schrijver, en mijn productiepartner Braxton Pope was de producer.

"Bij The Informers, de catastrofale bewerking van mijn boek, waar ik een depressie aan overhield, was ik ook deel van het team. Weer met de ambitie om te leren. Eigenlijk wil ik al van in mijn tienerjaren zelf films maken. Maar ik had veel dromen. Ik was toen ook bezig met muziek en ik schreef heel veel. Mijn eerste boek werd geheel onverwacht meteen gepubliceerd en het bleek ook aan te slaan. En zo ben ik blijven schrijven. Maar ik ben er altijd van blijven dromen om ooit zelf een film te maken. Ik was alleen bang om eraan te beginnen. Het leek me een gigantische job. Maar intussen heb ik het ook geprobeerd. En ja, het is veel werk, maar niet oncontroleerbaar veel. En zo moeilijk is het niet: je neemt veel beslissingen, je hebt nauwelijks tijd om te gaan zitten en je bent voortdurend tegen anderen aan het zeggen wat ze moeten doen."

Ellis blikte zelf een kortfilm in en een reeks vignettes waarvan hij nog niet weet of hij ze los van elkaar op het internet zal gooien, of ze ooit zal samenplakken tot een speelfilm. Het is guerrillafilmmaken, gedraaid zonder vergunningen en met materiaal dat hij en zijn medewerkers hier en daar samenrapen. En het is zeer de vraag of de wereld zijn probeerselen ooit te zien krijgt. Terwijl zijn boeken over de hele wereld in de rekken liggen. Wil hij dan niet dezelfde impact als filmmaker die hij als romanschrijver heeft?

"Dat hangt niet van jezelf af, maar van het publiek. Ik schreef Less than Zero omdat ik daar zin in had. Ik schreef Rules of Attraction toen ik studeerde, omdat ik dat wou. Ik schreef American Psycho toen ik in New York zat, omdat ik diezelfde pijn voelde als het personage. Glamorama schreef ik omdat ik altijd al eens een Robert Ludlumboek had willen schrijven over terroristen. Daar besteedde ik acht jaar van mijn leven aan. Daarna kwam The Informers, met verhalen die ik geschreven had in de middelbare school en tijdens mijn hogere studies. Vervolgens wou ik graag eens een Stephen King-achtig boek schrijven, maar dat evolueerde tot een boek over mezelf en mijn verleden.

"Dat zijn allemaal heel persoonlijke romans. Geen ervan is bedacht om een impact te hebben. Als ik impact wou hebben, dan had ik wel geluisterd naar mijn uitgever en mijn agent. Die zeiden: 'Zou je niet wat meer schrijven en zou je niet eens een prijs trachten te winnen? Waarom schrijf je niet eens een boek over homoseksualiteit en uit de kast komen?' Imperial Bedrooms was ik helemaal niet van plan om te schrijven, tot ik in een situatie kwam waarin ik me helemaal verloren voelde: ik was met een film bezig die niet van de grond geraakte, terwijl ik er waanzinnig veel tijd had ingestopt. En dus verwerkte ik al mijn frustraties in dat boek. Maar schrijven om impact te hebben? Nee."

Iedereen kan films maken

"Al mijn boeken zijn persoonlijk. Ik heb altijd beseft dat je als auteur geen vat hebt op hoe de lezer ervaart wat je schrijft. Ik ben niet de auteur die literaire prijzen wint en ik krijg meer slechte recensies dan goeie. Maar doordat mijn boeken verkopen, leeft het idee dat ik niets beter kan dan romans schrijven. En ik kan daar weinig tegen inbrengen. Maar ik zeg het, ik heb altijd al films willen maken. En doordat de technologie zoveel goedkoper geworden is, kun je nu met heel weing geld je verhaal verteld krijgen. Iedereen kan nu een film maken. Wat weer een ander probleem met zich meebrengt: Als iedereen films maakt, wie gaat er dan nog kijken?

"Vorig jaar zijn er 800 films in de bioscoop uitgekomen in de Verenigde Staten. Het waren er nooit meer. Maar per film waren er gemiddeld nog nooit minder toeschouwers. Dus tegen de tijd dat ik een film regisseer, gaat er niemand meer kijken."

Film Fest Gent, van 14 tot 25 oktober op verschillende locaties. www.filmfestival.be