Direct naar artikelinhoud

Samen vechten smeedt internationale banden

Club Brugge-Antwerp is El Clásico van het hooliganisme. De harde kern van Club Brugge werd zondag geflankeerd door een vreemdelingenlegioen van Nederlanders, Fransen, Slovenen en Britten. 'Hooligantoerisme, het bestaat.'

Zondag, rond twintig over vier. Het laatste fluitsignaal in Club Brugge-Antwerp weerklinkt. De thuisploeg wint met 1-0, na een weinig spectaculaire wedstrijd. Voor een paar dozijn supporters moest het dan nog beginnen: relletjes.

De politie houdt 126 relschoppers aan na een massale vechtpartij. Dat is in principe geen grote verrassing. Club en Antwerp zijn de twee toppers inzake hooliganisme. Hun kernen zijn zonder twijfel de hardste.

Wel opmerkelijk is de samenstelling van de verzamelde relschoppers. Zo werden tachtig jonge fans van de Nederlandse club ADO Den Haag als aanstokers gezien. Volgens onze bronnen werden zij geflankeerd door supporters van Lille OSC, York City, Beerschot-Wilrijk en zelfs het Sloveense Olimpija Ljubljana. Die wilden dus de strijd aangaan met de harde kern van The Great Old.

Dat maakt van Club-Antwerp een soort internationaal congres voor voetbalvandalen en dus de kroniek van een aangekondigde vechtpartij. "Hooligans horen over die affiche en maken er een citytrip van. Hooligantoerisme, het bestaat", zegt een bron die het reilen en zeilen van het Europese hooliganisme kent.

Raf Willems van De Witte Duivel, een denktank met visies en verhalen over het voetbal, ziet nog een andere verklaring. "Vroeger vond je het hooliganisme in de tribunes. Men heeft dat eruit kunnen drijven, maar die mensen sterven natuurlijk niet uit. Ze uiten die vechtcultuur dan anders: de harde kern van de tegenstander bekampen op een parking, of in het buitenland", zegt Willems.

Eigen land

Het buitenland lijkt hierin interessant, meer nog dan de knokpartijen in eigen land. "Ze kunnen hier een boete en een Belgisch stadionverbod krijgen, maar dat verbod geldt niet voor alle Europese stadions", zegt Cathy Van den Berghe, directeur van de voetbalcel van de FOD Binnenlandse Zaken. "Als ze zich hier misdragen, kunnen ze in hun eigen land nog altijd naar het voetbal."

Dan blijft het nog de vraag waarom precies de harde kernen van Beerschot, Den Haag, Lille, York en - godbetert - Ljubljana een delegatie stuurden. De aanwezigheid van die eerste kern hoeft weinig te verbazen, de aartsrivaliteit met Antwerp indachtig. Ook de ADO-achterban is niet nieuw in Brugge. De Hagenezen onderhouden al tientallen jaren goede banden met Club. Dat is geen uniek fenomeen in ons voetbal. Nagenoeg elke Belgische ploeg heeft vriendschapsbanden met de noorderburen.

Van vader op zoon

Enkele voorbeelden: Anderlecht verbroedert met Ajax, Charleroi met PSV Eindhoven, Lokeren met NAC Breda. Die banden zijn er overigens niet enkel op het hoogste niveau. Ook in de lagere reeksen wordt verbroederd. Zo zijn er nauwe banden tussen FC Dender, uit de eerste amateursklasse, en de Nederlandse tweedeklasser Helmond Sport. "De grens is vlakbij, er is meestal geen taalbarrière. Dan worden banden gemakkelijk gesmeed", bevestigt Van den Berghe.

Over de link met York, Lille en Ljubljana is minder duidelijkheid. Meestal begint dat met persoonlijke relaties tussen mensen uit beide harde kernen. Die kunnen ontstaan na verbroedering op een onderlinge oefenwedstrijd, of na een succesvolle transfer van een speler tussen beide teams.

Zelfs een onderlinge vechtpartij kan het begin van een vriendschap zijn, als het bloed van de lip is geveegd en handen worden geschud. Dergelijke banden blijven bestaan. "Kijk naar die ADO-hooligans in Brugge: allemaal jonge kerels", zegt de hooliganisme-watcher. "Dit is de zoveelste generatie, het wordt doorgegeven van vader op zoon."